De Slag bij Caporetto: nederlaag in de Eerste Wereldoorlog

Kaart van het Italiaanse front tijdens de Eerste Wereldoorlog, met een focus op de Slag bij Caporetto en omliggende gebieden.
Kaart die de locaties toont van belangrijke gevechten tijdens de Slag bij Caporetto, een cruciaal moment in de Eerste Wereldoorlog.

De Slag bij Caporetto, ook bekend als de Twaalfde Slag aan de Isonzo, vond plaats van 24 oktober tot 19 november 1917 op het Italiaanse front tijdens de Eerste Wereldoorlog. Deze veldslag, nabij de stad Kobarid (tegenwoordig gelegen in noordwestelijk Slovenië, destijds onderdeel van de Oostenrijkse Kustlanden), markeerde een dramatisch keerpunt in de oorlog. De naam “Caporetto” verwijst naar de Italiaanse naam van de stad, terwijl de slag in het Duits bekendstaat als de Slag bij Karfreit.

De strijd werd uitgevochten tussen het Koninkrijk Italië en de Centrale Mogendheden, bestaande uit Oostenrijk-Hongarije en Duitsland. De Oostenrijks-Hongaarse troepen, versterkt door Duitse eenheden, gebruikten geavanceerde tactieken en technologische innovaties zoals stormtroepen en gifgas om door de Italiaanse linies te breken. Deze doorbraak leidde tot een volledige ineenstorting van het Italiaanse Tweede Leger en dwong de rest van het Italiaanse leger tot een terugtocht van 150 kilometer naar de Piave-rivier. Het verlies had verregaande militaire, politieke en sociale gevolgen voor Italië, waaronder het aftreden van premier Paolo Boselli.

Aanloop naar de Slag

De Spanningen aan het Isonzo-front

In de maanden voorafgaand aan de Slag bij Caporetto was het Isonzo-front een toneel van hevige gevechten tussen Italië en Oostenrijk-Hongarije. Vanaf 1915 hadden de Italianen elf offensieven gelanceerd langs de Isonzo-rivier, met als doel de Oostenrijks-Hongaarse verdedigingslinies te doorbreken. Hoewel deze aanvallen soms terreinwinst opleverden, waren ze buitengewoon kostbaar in termen van manschappen en middelen. Na het relatief succesvolle Elfde Isonzo-offensief in augustus 1917 waren beide partijen uitgeput. De Italiaanse opperbevelhebber, generaal Luigi Cadorna, bleef echter vasthouden aan een strategie van frontale aanvallen.

Duitse Inmenging en Voorbereidingen

De Oostenrijkse keizer Karel I voorzag dat zijn leger niet in staat zou zijn een nieuwe Italiaanse aanval te weerstaan en vroeg de Duitse bondgenoten om hulp. Dit leidde tot de oprichting van de Duitse 14e Leger, onder bevel van generaal Otto von Below. Dit leger, bestaande uit negen Oostenrijks-Hongaarse en zes Duitse divisies, werd belast met het uitvoeren van een beslissende aanval op een zwakke plek in de Italiaanse linies.

De voorbereidingen voor de aanval waren minutieus. Duitse militaire planners, waaronder luitenant-kolonel Georg Wetzell en bergoorlogspecialist Konrad Krafft von Dellmensingen, selecteerden de regio rond Caporetto als doelwit. Het gebied bood een strategische doorgang naar de Venetiaanse vlakte via een goed begaanbare vallei. Tegelijkertijd onderzocht een team chemische oorlogvoeringsexperts onder leiding van Otto Hahn de mogelijkheden voor een gifgasaanval.

Italiaanse Onoplettendheid

Ondanks verkenningsvluchten die de opbouw van vijandelijke troepen in het gebied signaleerden, onderschatte de Italiaanse leiding de dreiging. Radiocommunicatie van het Italiaanse leger, waarin zelfs weersvoorspellingen werden gedeeld, werd onderschept door de Duitsers en gebruikt voor het plannen van de aanval. Bovendien werden Italiaanse troepen in de regio slecht geleid door generaal Luigi Capello, die verzwakt was door ziekte en onvoldoende maatregelen nam om zijn troepen voor te bereiden op een mogelijk offensief.

De Slag bij Caporetto

Begin van de Aanval

De aanval begon in de vroege ochtend van 24 oktober 1917 onder barre weersomstandigheden. Om 02:00 uur lanceerden de Duitse troepen een grootschalige gifgasaanval op Italiaanse stellingen bij Caporetto. Via speciaal ontworpen buizen werd een mengsel van chloorgas en difosgeen losgelaten, wat leidde tot paniek en zware verliezen onder de Italiaanse verdedigers. Hoewel velen van hen vluchtten, verloren ongeveer 500 tot 600 soldaten het leven door vergiftiging. Tegelijkertijd bombardeerden artillerie-eenheden Italiaanse versterkingen en communicatielijnen, wat de coördinatie van de verdediging ernstig bemoeilijkte.

Om 06:41 uur openden 2.200 artilleriestukken het vuur op de Italiaanse posities, waarbij ook de belangrijkste toevoerwegen werden bestookt. Daarna begon de infanterieaanval, geleid door speciaal getrainde stormtroepen. Deze elite-eenheden maakten gebruik van innovatieve wapens zoals lichte machinegeweren, vlammenwerpers en handgranaten, terwijl bergtroepen de flanken van de Italiaanse linies bestormden. Binnen enkele uren doorbraken de aanvallers de verdedigingslinie van het Italiaanse Tweede Leger.

Chaos en Terugtocht

De centrale doorbraak van de Duits-Oostenrijkse troepen veroorzaakte een complete chaos in de Italiaanse gelederen. Generaal Capello, die ziek op bed lag, drong bij opperbevelhebber Cadorna aan op een terugtocht naar de Tagliamento-rivier. Cadorna weigerde echter, in de veronderstelling dat de Italiaanse troepen zich konden hergroeperen en weerstand konden bieden. Pas op 30 oktober gaf hij toestemming voor een algehele terugtrekking, maar tegen die tijd waren de verliezen al enorm.

Tijdens de terugtocht werden Italiaanse troepen voortdurend belaagd door de oprukkende vijand, met zware verliezen als gevolg. Veel soldaten gaven zich zonder weerstand over, uitgeput door de slechte logistieke omstandigheden en gedemoraliseerd door het gebrek aan effectief leiderschap. Tegen 2 november hadden Duitse en Oostenrijks-Hongaarse troepen een bruggenhoofd gevestigd aan de Tagliamento-rivier. Uiteindelijk dwongen logistieke problemen en uitputting de Centrale Mogendheden om hun opmars te staken, waardoor de Italianen zich konden hergroeperen aan de Piave-rivier.

Slachtoffers en Verliezen

De Italiaanse verliezen waren catastrofaal: ongeveer 13.000 soldaten werden gedood, 30.000 gewond en 275.000 gevangengenomen. Daarnaast verloor Italië meer dan 3.000 artilleriestukken, 3.000 machinegeweren en enorme hoeveelheden militaire voorraden. De Centrale Mogendheden leden aanzienlijk minder verliezen, met ongeveer 70.000 slachtoffers in totaal. Het moreel onder de Italiaanse troepen bereikte een dieptepunt, grotendeels als gevolg van de strenge discipline en slechte behandeling onder Cadorna.

Gevolgen en Nasleep

Politieke en Militaire Veranderingen

De rampzalige uitkomst van de Slag bij Caporetto had verregaande gevolgen voor Italië. Het debacle leidde tot een politieke crisis, waarbij premier Paolo Boselli aftrad en vervangen werd door Vittorio Emanuele Orlando. Ook op militair gebied vonden drastische veranderingen plaats: generaal Luigi Cadorna werd ontslagen en vervangen door generaal Armando Diaz, wiens strategie gericht was op het consolideren van defensieve posities en het herstellen van het moreel onder de troepen. Onder Diaz omarmde Italië een meer defensieve aanpak, terwijl het nationale bewustzijn werd versterkt door propaganda die opriep tot eenheid en patriottisme.

Strategische Implicaties

Ondanks het succes van de Centrale Mogendheden bij Caporetto, waren de logistieke beperkingen en de uitputting van hun troepen factoren die verdere vooruitgang belemmerden. De Italiaanse verdediging aan de Piave-rivier bleek uiteindelijk ondoordringbaar, en deze natuurlijke barrière werd later een springplank voor het Italiaanse tegenoffensief in de Slag bij Vittorio Veneto in oktober 1918, waarmee Oostenrijk-Hongarije definitief werd verslagen.

Historisch Belang en Nalatenschap

De term “Caporetto” werd in Italië synoniem met catastrofale nederlagen en werd decennialang gebruikt in politieke en sociale discussies. De slag werd later uitgebreid geanalyseerd in historische werken en militaire studies. Boeken zoals Infanterie greift an van Erwin Rommel en Isonzo: The Forgotten Sacrifice of the Great War van John R. Schindler bieden diepgaande inzichten in de tactieken en implicaties van de slag. Ook literaire werken, zoals Ernest Hemingways roman A Farewell to Arms, beschrijven de gebeurtenissen vanuit een menselijk perspectief.

Tegenwoordig wordt de Slag bij Caporetto herdacht in het Museum van het Isonzo-front in Kobarid, Slovenië, dat de complexiteit en het menselijke leed van de oorlog belicht.

Conclusie

De Slag bij Caporetto was een van de grootste militaire catastrofes in de Italiaanse geschiedenis en een beslissend moment in de Eerste Wereldoorlog. Het conflict toonde de effectiviteit van moderne tactieken en technologie, maar ook de beperkingen van logistiek en moraal in een totale oorlog. Hoewel de nederlaag Italië zwaar trof, markeerde het ook een keerpunt in de geallieerde samenwerking en strategie, wat uiteindelijk bijdroeg aan de overwinning in 1918.

Bronnen

  1. Schindler, John R. Isonzo: The Forgotten Sacrifice of the Great War. Greenwood Press, 2001.
  2. Afbeelding:History Department of the US Military Academy West Point, Public domain, via Wikimedia Commons
  3. Tucker, Spencer C. Battles That Changed History: An Encyclopedia of World Conflict. ABC-CLIO, 2010.
  4. “Battle of Caporetto.” Encyclopedia Britannica. Laatst geraadpleegd op 21 november 2024.
  5. Bronnen Mei1940