De Oprichting en Vroege Jaren van de Reichswehr

Oprichting Reichswehr in chaotisch naoorlogs Duitsland, strijd tegen interne politieke vijanden.
Oprichting Reichswehr in chaotisch naoorlogs Duitsland, strijd tegen interne politieke vijanden.

Na de verwoestende gebeurtenissen van de Eerste Wereldoorlog en de daaropvolgende wapenstilstand, stond Duitsland voor enorme uitdagingen. Het keizerlijke leger van het Duitse Keizerrijk, onder leiding van Keizer Wilhelm II, desintegreerde snel na een chaotische terugtocht van het westelijk front. In deze periode van revolutionaire chaos en nationale ontbinding, namen de Rat der Volksbeauftragten (Raad van Volkscommissarissen) het initiatief tot de vorming van de vrijkorpsen. Deze paramilitaire eenheden waren samengesteld uit demobiliseerde soldaten en andere vrijwilligers, en hadden als doel om interne tegenstanders zoals communisten, socialisten, joden en republikeinen te bestrijden. Deze binnenlandse strijd was gedeeltelijk geïnspireerd door de zogenaamde dolkstootlegende, waarbij vermeend verraad aan het thuisfront werd beschuldigd van de Duitse nederlaag in de oorlog.

Oprichting van de Reichswehr

In een poging de stabiliteit van de pas uitgeroepen Weimarrepubliek te waarborgen, kwam president Friedrich Ebert tot een geheime overeenkomst met voormalige leden van de Oberste Heeresleitung, het opperbevel tijdens het Keizerrijk. Deze overeenkomst leidde tot de oprichting van de Schwarze Reichswehr, een coalitie van vrijkorpsen die ingezet werd tegen de verscheidene Radenrepublieken die in Duitsland waren ontstaan. Deze acties waren tevens gericht tegen separatistische bewegingen in Beieren en het Rijnland, regio’s waar respectievelijk lokale onafhankelijkheidsbewegingen en Franse militaire aanwezigheid nieuwe uitdagingen vormden voor de jonge republiek.

Het Verdrag van Versailles en de Beperkingen van de Reichswehr

Inperking door het Verdrag van Versailles

Het Verdrag van Versailles, ondertekend in juni 1919, had diepgaande gevolgen voor de Duitse militaire capaciteit. Artikel 160 van het verdrag stelde strikte beperkingen aan de omvang en bewapening van de Duitse strijdkrachten, nu officieel bekend als de Reichswehr, die bestond uit het Reichsheer (leger) en de Reichsmarine (marine). De Reichswehr mocht volgens het verdrag niet meer dan 100,000 man sterk zijn en was beperkt tot een defensieve rol. Zware wapens, zoals artillerie en tanks, waren sterk gelimiteerd, wat de Reichswehr moest transformeren in een strikt defensief leger, bedoeld voor grensverdediging en binnenlandse veiligheid.

Organisatorische Veranderingen

Als reactie op deze beperkingen onderging de Reichswehr aanzienlijke organisatorische veranderingen. Het opperbevel van het leger kwam direct onder de controle van de Rijkspresident, een maatregel die bedoeld was om militaire autonomie, zoals ervaren tijdens de Eerste Wereldoorlog, te voorkomen. Deze structuur zorgde ervoor dat de militaire macht binnen de grenzen van de democratische controle van de Weimarrepubliek bleef, waardoor de rol van het leger in de binnenlandse politiek fundamenteel veranderde.

Deze veranderingen waren essentieel om de republiek te stabiliseren en om het vertrouwen van de internationale gemeenschap in het democratische proces van Duitsland te herstellen. Desondanks zorgden de strenge beperkingen ook voor frustratie en onvrede onder veel voormalige militairen en nationalistische groeperingen binnen het land.

Politieke Dynamiek en Militaire Evolutie tijdens de Late Weimarrepubliek

De Rijkspresident en Militaire Macht

Volgens de Weimar Grondwet had de Rijkspresident uitgebreide bevoegdheden in tijden van nationale crisis. Deze bevoegdheden omvatten onder andere het recht om de staat van beleg uit te roepen en in extreme gevallen een dictatuur te vestigen om de eenheid en veiligheid van de staat te waarborgen. Deze macht, gecombineerd met de directe controle over de Reichswehr, verleende de Rijkspresident een cruciale rol in de stabiliteit van Duitsland.

De Impact van de Rijkskanselier Adolf Hitler

Op 2 augustus 1934, na het overlijden van Rijkspresident Paul von Hindenburg, vond een cruciale verschuiving plaats in de Duitse politiek. Adolf Hitler, die al sinds 1933 als Rijkskanselier diende, consolideerde de volledige macht door de rollen van Rijkspresident en Rijkskanselier te combineren. Deze machtsgreep stelde Hitler in staat om als de Führer en kanselier onbeperkte controle over de Reichswehr te verwerven.

Deze overgang markeerde een significante verandering in de functie en de ideologie van de Reichswehr. Onder Hitlers bewind transformeerde het leger van een defensieve instelling naar een offensief instrument dat klaargestoomd werd voor zijn agressieve expansieplannen. De eed van trouw, die de leden van de Reichswehr nu aan Hitler moesten zweren, symboliseerde deze verschuiving van een staatsleger naar een partijleger.

Deze periode kenmerkte zich door een toenemende politisering van het leger en een verdere vermenging van militaire en politieke belangen, wat fundamenteel bijdroeg aan de instabiliteit en latere rampen van het Derde Rijk.

Conclusie en Reflectie op de Reichswehr

De Overgang naar de Wehrmacht

In 1935 onderging de Reichswehr de uiteindelijke transformatie naar de Deutsche Wehrmacht. Dit markeerde het begin van een nieuw tijdperk waarin het leger niet alleen groter en sterker werd, maar ook expliciet gericht op aanvallende oorlogsvoering. Deze verandering viel samen met een significante opschaling van Duitslands militaire capaciteiten en voorbereidingen voor wat uiteindelijk zou uitmonden in de Tweede Wereldoorlog.

Reflectie op de Impact van de Reichswehr

De Reichswehr speelde een complexe rol in de geschiedenis van de Weimarrepubliek en het vroege Derde Rijk. Als product van de post-Eerste Wereldoorlog periode en het Verdrag van Versailles, werd het leger gevormd onder restricties die bedoeld waren om een nieuwe grote oorlog te voorkomen. Echter, de interne en externe druk, gecombineerd met politieke machinaties en nationale sentimenten, leidde uiteindelijk tot een herdefiniëring van zijn rol en capaciteit.

De evolutie van de Reichswehr naar de Wehrmacht weerspiegelt een kritieke fase in Duitse militaire en politieke geschiedenis, waarin de fundamenten werden gelegd voor de latere expansie en de catastrofen van de Tweede Wereldoorlog. Het onderstreept ook de invloed van militaire structuren op politieke stabiliteit en de potentieel destructieve gevolgen van het vermengen van militaire macht met politieke ambities.

Bronnen

  1. Bronnen Mei1940
  2. “The Weimar Republic” door Eberhard Kolb, die een uitgebreide analyse biedt van de politieke en sociale omstandigheden van Duitsland in die tijd.
  3. “The German Army and Nazi Politics 1933-1945 door Klaus-Jürgen Müller, die zich specifiek richt op de relatie tussen het Duitse leger en de opkomst van het Nazisme.
  4. “Weimar: From Enlightenment to the Present” door Michael H. Kater, die de culturele en historische context van de Weimarperiode onderzoekt.
  5. Afbeelding: foto: By Bundesarchiv, Bild 102-16108 / CC-BY-SA 3.0CC BY-SA 3.0 deLink