De NSDAP: Geschiedenis, Opkomst en Macht in Nazi-Duitsland

NSDAP. Hitler en Schwarz bij de inhuldiging van de verbouwing van het Palais Barlow aan de Brienner Strasse in het "Bruine Huis", 1930
De NSDAP was een extreemrechtse politieke partij in Duitsland, geleid door Adolf Hitler, verantwoordelijk voor het naziregime en de Holocaust.

Op 5 januari 1919 richtte Anton Drexler de Duitse Arbeiderspartij (DAP) op in München. Deze partij fungeerde als voorloper van de Nationalsozialistische Deutsche Arbeiterpartei (NSDAP). In de nasleep van de Eerste Wereldoorlog ontstonden in de Weimarrepubliek talloze extreemrechtse groeperingen die zich kenmerkten door hun nationalistische en racistische ideologieën. De DAP was aanvankelijk slechts een van deze vele splintergroepen, maar zou later uitgroeien tot een van de meest invloedrijke politieke bewegingen in Duitsland.

Politieke context en doelstellingen

De DAP opereerde in een periode van politieke onrust en economische onzekerheid in Duitsland. De partij had haar machtsbasis in München en richtte zich voornamelijk op de heropbouw van een sterk Duits leger, wat echter verboden was volgens het Verdrag van Versailles. Dit verdrag, dat werd opgelegd na de Duitse nederlaag in de Eerste Wereldoorlog, legde zware beperkingen op aan de militaire capaciteit van Duitsland. De DAP en later de NSDAP verwierpen dit verdrag ten stelligste en pleitten voor de herziening ervan.

Hitler en de opmars van de NSDAP

In september 1919 trad Adolf Hitler toe tot de DAP. Zijn charisma en retorische vaardigheden stelden hem in staat om snel op te klimmen binnen de partij. Op 24 februari 1920 organiseerde de partij haar eerste grote bijeenkomst in München, waarbij Hitler erin slaagde om de aanwezige 2000 mensen te mobiliseren en te overtuigen van zijn visie. Dit markeerde het begin van zijn dominantie binnen de partij.

Onder Hitlers leiding richtte de NSDAP zich op een aantal kernprincipes, waaronder de verheerlijking van het autoritaire leiderschap (Führerprinzip), de afkeer van democratie en het streven naar de vernietiging van de Weimarrepubliek. Andere belangrijke elementen van de partijideologie waren militarisme, revanchisme, antisemitisme, en de herziening van het Verdrag van Versailles, met als doel de terugkeer van gebieden die Duitsland had moeten afstaan.

Uitbreiding van de invloed

Tegen 1921 was Hitler de onbetwiste leider van de NSDAP. Onder zijn leiding begon de partij aan een intensieve propagandacampagne om haar invloed te vergroten. Hitler verzamelde een kern van vertrouwelingen om zich heen, waaronder Joseph Goebbels, Hermann Göring, Alfred Rosenberg, en Julius Streicher. Deze mannen zouden later belangrijke rollen spelen binnen het nazi-regime.

Dankzij deze strategische inspanningen groeide het ledental van de partij gestaag. In 1922 had de NSDAP al 20.000 leden, en tegen 1923 was dit aantal gegroeid tot meer dan 50.000. Deze groei vond plaats te midden van de economische crisis die Duitsland teisterde en de diepe onvrede die heerste onder de Duitse bevolking. De NSDAP wist met succes in te spelen op deze gevoelens van onbehagen, vooral onder de arbeidersklasse.

Ontstaan van de Sturmabteilung (SA)

Parallel aan de groei van de NSDAP werd ook de Sturmabteilung (SA) opgericht, een paramilitaire organisatie die diende als de gewapende vleugel van de partij. De SA, aanvankelijk een knokploeg, was verantwoordelijk voor de bescherming van NSDAP-bijeenkomsten en voor het intimideren van politieke tegenstanders. De organisatie vond haar oorsprong in de Freikorpsen, ongeregelde milities die na de Eerste Wereldoorlog in Duitsland actief waren en bestond uit voormalige soldaten en nationalistische sympathisanten.

Militaire ambities van Hitler

Onder leiding van Ernst Röhm, een van Hitlers vroegere strijdmakkers, groeide de SA uit tot een krachtig en invloedrijk orgaan binnen de NSDAP. Röhm, een gepassioneerd nationalist, zag de SA als de kern van een nieuw volksleger dat Duitsland zou beschermen tegen interne en externe vijanden. Zijn visie sloot nauw aan bij Hitlers eigen ambitie om een machtig privéleger op te bouwen, los van de beperkingen die door het Verdrag van Versailles aan het reguliere leger werden opgelegd.

De SA groeide snel in omvang en invloed. Tegen 1933 telde de organisatie naar schatting twee miljoen leden, wat haar groter maakte dan het officiële Duitse leger. Deze snelle groei benadrukte de militaristische aard van de NSDAP en versterkte de partij’s positie in het Duitse politieke landschap.

De Schutzstaffel (SS) en de machtsstrijd binnen de NSDAP

Hoewel de SA een cruciale rol speelde in de vroege jaren van de NSDAP, begon Hitler al snel te werken aan de oprichting van een meer elite-eenheid binnen de partij. Dit leidde tot de oprichting van de Schutzstaffel (SS), aanvankelijk bedoeld als een persoonlijke lijfwacht voor Hitler en andere hooggeplaatste partijleden. De SS werd al snel een geduchte organisatie met een eigen identiteit en ideologie, die zich onderscheidde van de meer chaotische en volksgerichte SA.

De groeiende invloed van de SS, onder leiding van Heinrich Himmler, leidde uiteindelijk tot spanningen binnen de NSDAP. Röhm, die droomde van een revolutionair leger waarin de SA de dominante rol zou spelen, kwam steeds meer in conflict met Hitler en zijn plannen om de macht van de SA te beperken. Deze spanningen zouden uiteindelijk culmineren in een dodelijke machtsstrijd die de toekomst van de NSDAP drastisch zou beïnvloeden.

De Bierkellerputsch en de gevolgen

De onrust in Duitsland, veroorzaakt door de hyperinflatie en de economische crisis begin jaren ’20, bood de NSDAP een uitgelezen kans om een greep naar de macht te doen. Op 9 november 1923 probeerde Hitler samen met zijn naaste bondgenoten, waaronder Röhm en Ludendorff, de macht in Beieren over te nemen tijdens de zogenaamde Bierkellerputsch. Het plan was om vanuit München een revolutionaire golf te starten die zich door heel Duitsland zou verspreiden, met Berlijn als einddoel.

De staatsgreep mislukte echter jammerlijk. De opstand werd snel neergeslagen door de Beierse autoriteiten, en Hitler werd gearresteerd en berecht. Ondanks de mislukking was het proces tegen Hitler en zijn medestanders een politieke zege voor de NSDAP. Hitler gebruikte zijn rechtszaak als platform om zijn ideeën te verspreiden en zijn martelaarschap versterkte zijn status binnen de partij en bij het Duitse volk.

Tijdens zijn gevangenschap schreef Hitler zijn boek Mein Kampf, waarin hij zijn politieke ideeën en plannen voor Duitsland uiteenzette. Dit werk zou de ideologische basis vormen voor het nationaalsocialisme en de verdere ontwikkeling van de NSDAP.

Herstructurering en politieke strategie van de NSDAP

Na zijn vrijlating uit de gevangenis in 1924, nam Hitler een strategische beslissing om de NSDAP te herstructureren en de partij te transformeren van een regionale Zuid-Duitse beweging tot een nationale kracht. De mislukte staatsgreep had Hitler geleerd dat een gewelddadige revolutie niet de weg naar de macht was. In plaats daarvan besloot hij de legale weg naar de macht te bewandelen, via verkiezingen en politieke manoeuvres.

De NSDAP richtte zich op het uitbreiden van haar invloed in heel Duitsland. Hitler organiseerde de partij op een strak hiërarchische wijze en introduceerde de functie van Gauleiter, regionale partijleiders die rechtstreeks verantwoording aan hem moesten afleggen. Deze herstructurering stelde de NSDAP in staat om haar boodschap en propaganda effectiever te coördineren en te verspreiden.

Opkomst tijdens de economische crisis

De economische depressie van eind jaren twintig bood de NSDAP nieuwe kansen. De beurskrach van 1929 en de daaropvolgende economische recessie hadden desastreuze gevolgen voor Duitsland. Miljoenen mensen verloren hun banen, spaargelden verdampten en de politieke onrust nam toe. De Weimarrepubliek, al wankel door interne verdeeldheid en onvrede over het Verdrag van Versailles, werd geconfronteerd met een groeiende radicalisering van de bevolking.

Hitler en de NSDAP wisten handig in te spelen op de angsten en frustraties van de Duitse bevolking. De partij presenteerde zichzelf als de enige oplossing voor de chaos en de economische ellende. Door middel van massabijeenkomsten, propagandafilms en andere communicatiemiddelen wist de NSDAP een groot deel van de bevolking te overtuigen van haar boodschap. De verkiezingsresultaten weerspiegelden dit succes: bij de verkiezingen van 1930 behaalde de NSDAP 6,4 miljoen stemmen, goed voor 107 zetels in de Rijksdag, waarmee ze de tweede grootste partij van Duitsland werd.

De machtsstrijd met de communisten en de weg naar regeringsdeelname

Tijdens de jaren van politieke onrust stond de NSDAP in direct conflict met de communisten, die ook probeerden te profiteren van de economische crisis. De toenemende steun voor de extremen zorgde voor een gepolariseerd politiek landschap, waarbij de traditionele middenpartijen terrein verloren. In deze context nam de NSDAP deel aan een aantal deelstaatregeringen, waaronder die in Thüringen, waar ze voor het eerst regeringsverantwoordelijkheid droegen.

Hoewel de deelname van de NSDAP aan de regering in Thüringen niet succesvol was, zette de partij haar opmars voort. In 1932, na een reeks van politieke crises en nieuwe verkiezingen, werd de NSDAP de grootste partij in de Rijksdag met 230 zetels. Hitler verloor echter de presidentsverkiezingen van dat jaar van de zittende president, Paul von Hindenburg.

Onderhandelingen en politieke manipulatie

Ondanks het verkiezingssucces stond Hitler nog niet aan het hoofd van de Duitse regering. President von Hindenburg weigerde aanvankelijk om Hitler als rijkskanselier te benoemen. Hindenburg wantrouwde Hitler en vreesde dat hij de democratie zou ondermijnen. De NSDAP bevond zich ondertussen in een financiële crisis door de voortdurende verkiezingscampagnes en de noodzaak om haar uitgebreide partijapparaat te onderhouden.

Toch werd de druk op Hindenburg om Hitler te benoemen steeds groter. Conservatieve politici en industriëlen, die vreesden voor een communistische revolutie, zagen in Hitler een leider die hun belangen kon beschermen. Ze dachten dat ze Hitler konden controleren en gebruiken voor hun eigen doeleinden. Uiteindelijk zwichtte Hindenburg onder de druk, en op 30 januari 1933 benoemde hij Hitler tot rijkskanselier van een coalitieregering.

De machtsovername en het begin van de dictatuur

Na zijn benoeming tot rijkskanselier in januari 1933, begon Hitler onmiddellijk met het consolideren van zijn macht. Zijn eerste officiële actie was het ontbinden van de Rijksdag en het uitschrijven van nieuwe verkiezingen. Deze verkiezingen werden echter niet op democratische wijze gevoerd; de NSDAP gebruikte intimidatie, geweld en propaganda om een meerderheid te behalen. Bij de verkiezingen in maart 1933 behaalde de NSDAP 43,9% van de stemmen, wat hen in staat stelde om samen met hun coalitiepartners een meerderheid te vormen.

Kort na de verkiezingen, op 23 maart 1933, werd de Machtigingswet aangenomen, die Hitler de bevoegdheid gaf om zonder de goedkeuring van de Rijksdag wetten uit te vaardigen. Dit markeerde het begin van de dictatuur van de NSDAP. De wet legde de basis voor het uitschakelen van politieke tegenstanders en de vernietiging van de Weimarrepubliek. Vanaf dat moment was Hitler niet alleen rijkskanselier, maar de facto dictator van Duitsland.

Gleichschaltung en het bevestigen van de nazi-controle

Met de invoering van de Gleichschaltung begon de NSDAP de Duitse samenleving in een totalitair keurslijf te dwingen. Alle politieke partijen behalve de NSDAP werden verboden, vakbonden werden ontbonden, en de media werd onder strikte censuur geplaatst. De NSDAP begon ook met het zuiveren van het overheidsapparaat, waarbij alle ambtenaren die niet loyaal waren aan de partij werden vervangen door nazi-getrouwen.

De controle van de NSDAP strekte zich uit tot alle aspecten van het Duitse leven. Organisaties zoals de Hitlerjugend en de Bund Deutscher Mädel werden opgericht om de jeugd te indoctrineren met nazi-ideologie. Het onderwijs werd aangepast om racistische en antisemitische ideeën te bevorderen, en kunst en cultuur werden onderworpen aan strikte richtlijnen die overeenkwamen met de nazi-idealen.

Machtstrijd en de Nacht van de Lange Messen

Ondanks de snelle consolidatie van de macht bleef er interne oppositie binnen de NSDAP. De SA, onder leiding van Ernst Röhm, was uitgegroeid tot een machtige en autonome kracht binnen de partij. Röhm droomde ervan om de SA te transformeren in het belangrijkste leger van Duitsland, wat hem in conflict bracht met de reguliere Wehrmacht en met Hitler zelf, die de steun van het reguliere leger nodig had om zijn machtspositie te behouden.

In juni 1934 besloot Hitler om af te rekenen met Röhm en andere potentiële rivalen binnen de partij. Tijdens de zogenaamde Nacht van de Lange Messen werden Röhm en tientallen andere SA-leiders gearresteerd en geëxecuteerd. Deze zuivering versterkte de positie van de SS, onder leiding van Heinrich Himmler, die vanaf dat moment de belangrijkste machtsbasis binnen de NSDAP vormde. De SS zou later een sleutelrol spelen in de uitvoering van de meest gruwelijke aspecten van het nazi-bewind, waaronder de Holocaust.

De rassenwetten van Neurenberg en het begin van de jodenvervolging

Een van de meest sinistere aspecten van de NSDAP-ideologie was haar antisemitisme. Dit kwam tot uiting in de Rassenwetten van Neurenberg, die in september 1935 werden ingevoerd. Deze wetten ontnamen Joden hun burgerrechten en verboden huwelijken en seksuele relaties tussen Joden en niet-Joden. De wetten markeerden het begin van een systematische campagne om Joden uit het Duitse openbare leven te verwijderen en vormden de juridische basis voor de latere genocide.

De vervolging van Joden en andere minderheden werd steeds intensiever naarmate de nazi’s hun grip op Duitsland versterkten. Geweld tegen Joden, zoals tijdens de Kristallnacht in november 1938, werd aangemoedigd door de nazi-regering en leidde tot de verdere escalatie van antisemitische maatregelen. De Rassenwetten en de daaropvolgende acties tegen Joden waren de eerste stappen in een reeks van gebeurtenissen die zouden uitmonden in de Holocaust, waarin zes miljoen Joden systematisch werden vermoord.

Het einde van de NSDAP en de val van Hitler

De dictatuur van de NSDAP duurde tot het einde van de Tweede Wereldoorlog in 1945. Tijdens de laatste jaren van de oorlog werden alle middelen van de staat gemobiliseerd voor de oorlogsinspanningen, waarbij de nazi-ideologie nog meer verankerd raakte in de Duitse samenleving. Toch begon het regime barsten te vertonen naarmate de militaire situatie verslechterde.

De Blomberg-Fritsch-affaire in 1938, waarbij twee hoge legerofficieren door Hitler werden gedwongen om af te treden op basis van dubieuze beschuldigingen, ondermijnde de laatste restanten van onafhankelijkheid binnen het Duitse leger. Het leger kwam volledig onder nazi-controle te staan, wat de weg vrijmaakte voor de rampzalige militaire avonturen die zouden leiden tot de uiteindelijke nederlaag van Duitsland.

Na de zelfmoord van Hitler op 30 april 1945 en de capitulatie van Duitsland op 8 mei 1945, kwam er een definitief einde aan de NSDAP en haar terreurbewind. De partij werd verboden, en veel van haar leiders werden berecht tijdens de Processen van Neurenberg, waar hun misdaden tegen de menselijkheid aan het licht kwamen.

Conclusie

De opkomst en consolidatie van de NSDAP onder leiding van Adolf Hitler vormt een van de meest donkere hoofdstukken in de moderne geschiedenis. De systematische ondermijning van democratische instellingen, de brute onderdrukking van oppositie, en de ideologische haatcampagnes die leidden tot de Holocaust, zijn blijvende herinneringen aan de gevaren van totalitarisme en extremisme. De geschiedenis van de NSDAP dient als een waarschuwing voor toekomstige generaties om waakzaam te blijven tegen de krachten die democratie en mensenrechten bedreigen.

Bronnen en meer informatie

  1. Shirer, W. L. (1960). The Rise and Fall of the Third Reich. New York: Simon & Schuster.
  2. Kershaw, I. (1998). Hitler: 1889-1936 Hubris. New York: W.W. Norton & Company.
  3. Evans, R. J. (2003). The Coming of the Third Reich. London: Penguin Books.
  4. Burleigh, M. (2000). The Third Reich: A New History. New York: Hill and Wang.
  5. Bullock, A. (1991). Hitler and Stalin: Parallel Lives. New York: Alfred A. Knopf.
  6. Afbeelding: Bundesarchiv, Bild 119-0289 / Unknown authorUnknown author / CC-BY-SA 3.0CC BY-SA 3.0 DE, via Wikimedia Commons
  7. Bronnen Mei1940
Previous articleAnton Drexler en de oorsprong van de NSDAP
Next articleThe Beer Hall Putsch (Bierkellerputsch) 8 november 1923
Redactie Mei 1940
De redactie van mei1940.org bestaat uit een diverse groep schrijvers met een gemeenschappelijke interesse in de Tweede Wereldoorlog. Sommigen hebben een militaire achtergrond en brengen praktijkervaring en strategisch inzicht mee, terwijl anderen een academische of wetenschappelijke opleiding hebben gevolgd, zoals aan de Koninklijke Militaire Academie (KMA) of in historisch onderzoek. Deze combinatie van expertise zorgt voor diepgaande, goed onderbouwde artikelen die zowel feitelijk accuraat als analytisch sterk zijn. De redactie streeft ernaar om objectieve en goed gedocumenteerde informatie te bieden, waarbij kennis en ervaring samenkomen om een genuanceerd beeld te schetsen van deze ingrijpende periode in de geschiedenis.