Slag om Cherbourg: 6 juni tot 29 juni 1944

De Slag om Cherbourg: cruciale geallieerde overwinning in 1944, verbeterde bevoorrading na D-Day, strategisch belangrijk voor verdere Europese operaties.
De Slag om Cherbourg: cruciale geallieerde overwinning in 1944, verbeterde bevoorrading na D-Day, strategisch belangrijk voor verdere Europese operaties.

De Slag om Cherbourg vond plaats van 6 juni tot 29 juni 1944, direct na de geallieerde landingen op D-Day. Het was een onderdeel van de grotere Slag om Normandië tijdens de Tweede Wereldoorlog. Deze strijd vond plaats onmiddellijk na de succesvolle geallieerde landingen op 6 juni 1944. Geallieerde troepen, voornamelijk Amerikaanse, isoleerden en veroverden de versterkte haven van Cherbourg, die als vitaal werd beschouwd voor de campagne in West-Europa. In deze uitgebreide beschrijving zullen we de geallieerde plannen, de landingen, de opmars over het schiereiland Cotentin en de uiteindelijke aanval op Cherbourg bespreken.

Geallieerde Plannen

Bij het opstellen van hun plannen voor de invasie van Frankrijk, beschouwden de geallieerde stafleden het als noodzakelijk om een diepwaterhaven te beveiligen, zodat versterkingen rechtstreeks vanuit de Verenigde Staten konden worden aangevoerd. Zonder zo’n haven zouden de uitrustingen die voor de overtocht waren verpakt, eerst in een haven in Groot-Brittannië moeten worden gelost, uitgepakt, waterdicht gemaakt en vervolgens opnieuw geladen op landingsvaartuigen om overgebracht te worden naar ondiepe faciliteiten in Frankrijk. Cherbourg, aan het einde van het schiereiland Cotentin, was de grootste haven die toegankelijk was vanaf de landingen.

De geallieerde planners besloten aanvankelijk om niet direct op het schiereiland Cotentin te landen, omdat dit gebied gescheiden zou zijn van de belangrijkste geallieerde landingen door de Douve-vallei, die door de Duitsers was overstroomd om luchtlandingen te ontmoedigen. Toen de Britse generaal Bernard Montgomery in januari 1944 werd benoemd tot opperbevelhebber voor de invasie, herstelde hij de landing op het schiereiland Cotentin. Dit was deels om het front te verbreden en te voorkomen dat de indringers in een smalle linie zouden worden vastgepind, maar ook om een snelle verovering van Cherbourg mogelijk te maken.

Generaal Bernard Montgomery herstelde de landing op het schiereiland Cotentin om de geallieerde frontlinie te verbreden en Cherbourg snel te veroveren.
Generaal Bernard Montgomery herstelde de landing op het schiereiland Cotentin om de geallieerde frontlinie te verbreden en Cherbourg snel te veroveren.

Landingen

In de vroege uren van 6 juni landden parachutisten van de Amerikaanse 82e en 101e Luchtlandingsdivisies aan de basis van het schiereiland Cotentin. Hoewel de landingen verspreid waren, verzekerden ze toch de meeste routes waarlangs het Amerikaanse VII Korps zou oprukken vanaf Utah Beach. Kort na zonsopgang landde de Amerikaanse 4e Infanteriedivisie op Utah Beach met weinig verliezen.

In de onmiddellijke nasleep van de landingen was de prioriteit voor de invasiemacht bij Utah Beach om verbinding te maken met de belangrijkste geallieerde landingen verder naar het oosten. Op 9 juni slaagde de 101e Luchtlandingsdivisie erin om de Douve-vallei over te steken. De volgende dag, na hevige straatgevechten tijdens de Slag om Carentan, konden de luchtlandingstroepen de stad innemen, wat de geallieerden een aaneengesloten front verzekerde. Dit front werd gehandhaafd ondanks een Duitse tegenaanval, versterkt door gepantserde eenheden, op 13 juni, bekend als de Slag om Bloody Gulch.

De strategisch vitale havenstad Cherbourg was cruciaal voor de geallieerde bevoorrading en de verdere opmars door Europa na D-Day.
De strategisch vitale havenstad Cherbourg was cruciaal voor de geallieerde bevoorrading en de verdere opmars door Europa na D-Day.

Beweging over het Schiereiland Cotentin

Dit succes stelde VII Korps in staat om westwaarts op te rukken en het schiereiland Cotentin af te snijden. Er waren drie extra infanteriedivisies geland om het korps te versterken. Generaal-majoor J. Lawton Collins, de korpscommandant, dreef zijn troepen hard vooruit en verving eenheden in de frontlinies of ontsloeg officieren als de voortgang traag was.

De Duitse troepen die het VII Korps confronteerden, waren een mix van regimenten en gevechtsgroepen van verschillende divisies, waarvan vele al zware verliezen hadden geleden bij het vechten tegen de Amerikaanse luchtlandingstroepen in de eerste dagen van de landingen. Slechts zeer weinig Duitse gepantserde of mobiele troepen konden naar dit deel van het front worden gestuurd vanwege de dreiging voor Caen verder naar het oosten. Infanterieversterkingen arriveerden slechts langzaam. Tactisch gezien werkte de Duitse overstroming van de Douve tegen hen, omdat het de geallieerde zuidelijke flank beveiligde.

Op 16 juni waren er geen verdere natuurlijke obstakels meer voor de Amerikaanse troepen. Het Duitse commando was in enige verwarring. Erwin Rommel en andere commandanten wilden hun troepen in goede orde terugtrekken naar de Atlantikwall-vestingen van Cherbourg, waar hij geloofde dat ze een belegering enige tijd konden weerstaan, maar Adolf Hitler eiste dat ze hun huidige linies zouden houden.

Laat op 17 juni stemde Hitler ermee in dat de troepen zich mochten terugtrekken, maar hij specificeerde dat ze een nieuwe, onlogische verdedigingslinie moesten bezetten die het hele schiereiland net ten zuiden van Cherbourg overspande. Rommel protesteerde tegen deze order, maar hij ontsloeg toch generaal Wilhelm Fahrmbacher, commandant van het LXXXIV Korps, omdat hij dacht dat Fahrmbacher probeerde deze order te omzeilen.

Aanval op Cherbourg

Op 18 juni bereikte de Amerikaanse 9e Infanteriedivisie de westkust van het schiereiland, waardoor het garnizoen van Cherbourg geïsoleerd werd van mogelijke versterkingen. Binnen 24 uur rukten de 4e, 9e en 79e Infanteriedivisies in noordelijke richting op over een breed front. Er was weinig weerstand aan de westelijke zijde van het schiereiland en aan de oostelijke zijde stortten de uitgeputte verdedigers rond Montebourg in. De Amerikanen ontdekten verschillende grote caches van V-1 vliegende bommen en een V-2 raketinstallatie in Brix.

In twee dagen waren de Amerikaanse divisies binnen bereik van Cherbourg. De garnizoenscommandant, luitenant-generaal Karl-Wilhelm von Schlieben, had 21.000 man onder zijn bevel, maar veel van deze soldaten waren haastig ingelijfde marinepersoneel of arbeiders. De vechtende troepen die zich naar Cherbourg hadden teruggetrokken, inclusief de restanten van von Schliebens eigen 709e Infanteriedivisie, waren moe en gedesorganiseerd. Voedsel, brandstof en munitie waren schaars ondanks pogingen van de Luftwaffe om voorraden af te werpen. Toch wees von Schlieben een overgavevoorstel af en begon hij met vernielingen om de haven aan de geallieerden te ontzeggen.

Generaal-majoor Collins lanceerde op 22 juni een algemene aanval. De weerstand was aanvankelijk hevig, maar de Amerikanen ruimden langzaam de Duitsers uit hun bunkers en betonnen pillendozen. Geallieerde marineschepen bombardeerden de vestingwerken in de buurt van de stad op 25 juni. Op 26 juni voerde de Britse elite-eenheid No. 30 Commando, ook bekend als 30 Assault Unit, een aanval uit op Octeville – een voorstad ten zuidwesten van Cherbourg. Dit was de locatie van het Kriegsmarine inlichtingenhoofdkwartier in Villa Meurice, dat door de commando’s werd ingenomen samen met 20 officieren en 500 manschappen. Op dezelfde dag veroverde de 79e Divisie Fort du Roule, dat de stad en haar verdedigingen domineerde. Hiermee eindigde elke georganiseerde verdediging. Von Schlieben werd gevangengenomen. De havenfortificaties en het arsenaal gaven zich op 29 juni over, na een list van geallieerde officieren, kapitein Blazzard en kolonel Teague, die de Duitse officieren overtuigden het schiereiland over te geven door te bluffen over hun manschappen en bewapening. Enkele afgesneden Duitse troepen buiten de verdedigingswerken hielden nog stand tot 1 juli.

Nasleep en Herstel van Cherbourg

De Duitsers hadden de haven van Cherbourg zo grondig vernield en mijnen gelegd dat Hitler de dag na zijn overgave de Ridderkruis van het IJzeren Kruis toekende aan vice-admiraal Walter Hennecke voor “een prestatie zonder weerga in de annalen van kustverdediging.” De haven werd pas halverwege augustus beperkt in gebruik genomen, hoewel de eerste schepen eind juli de haven konden gebruiken. Desalniettemin hadden de Duitsers een grote nederlaag geleden door een snelle geallieerde opbouw aan hun westelijke flank en Hitlers starre bevelen. Generaal Friedrich Dollmann, bevelhebber van het Duitse Zevende Leger, stierf op 28 juni, net nadat hij was geïnformeerd over een op handen zijnde krijgsraad als gevolg van de val van Cherbourg. De doodsoorzaak was officieel een hartaanval, maar mogelijk pleegde hij zelfmoord door vergiftiging.

Strategische Betekenis van de Slag om Cherbourg

De verovering van Cherbourg had een aanzienlijke strategische betekenis voor de geallieerde oorlogsinspanningen in West-Europa. Cherbourg was de grootste diepwaterhaven die de geallieerden konden veroveren kort na de D-Day landingen. De controle over de haven stelde de geallieerden in staat om grote hoeveelheden troepen, voertuigen en voorraden direct vanuit de Verenigde Staten aan land te brengen, wat cruciaal was voor de verdere opmars door Frankrijk en naar het Duitse grondgebied.

Logistieke Uitdagingen en Oplossingen

Ondanks de ernstige vernielingen die de Duitsers aan de haven hadden aangericht, slaagden de geallieerden erin om de haven relatief snel weer operationeel te maken. Dit vergde een aanzienlijke logistieke inspanning en technische expertise. Ingenieurs werkten onafgebroken om mijnen te ruimen, puin te verwijderen en tijdelijke voorzieningen te creëren om de haven in gebruik te kunnen nemen. Deze inspanningen waren van vitaal belang voor het onderhouden van de bevoorradingslijnen die nodig waren voor de geallieerde opmars.

De Geallieerde Vooruitgang na Cherbourg

Met de val van Cherbourg hadden de geallieerden een stevige basis in Noord-Frankrijk. Dit succes zorgde voor een morele opkikker en verbeterde de logistieke situatie aanzienlijk. De verovering van de haven stelde de geallieerden in staat om hun bevoorradingslijnen te stabiliseren en zich voor te bereiden op de volgende fasen van de campagne in Frankrijk. Deze omvatten Operatie Cobra, die gericht was op het doorbreken van de Duitse linies in Normandië en het openen van de weg naar het binnenland van Frankrijk.

Operatie Cobra en de Uitbreiding van het Front

Operatie Cobra, gelanceerd op 25 juli 1944, was een zorgvuldig geplande aanval die gericht was op het uitbuiten van de successen behaald in Cherbourg en het breken van de Duitse verdediging in Normandië. De geallieerden concentreerden een aanzienlijke hoeveelheid artillerie en luchtaanvallen op een smalle frontlijn, gevolgd door een massale infanterie- en tankaanval. Deze operatie was buitengewoon succesvol en leidde tot de ineenstorting van de Duitse verdediging in Normandië en de snelle opmars van de geallieerde troepen door Frankrijk.

Betekenis voor de Algehele Oorlogsinspanning

De succesvolle verovering en herstel van Cherbourg markeerde een belangrijk keerpunt in de geallieerde oorlogsinspanning. Het stelde de geallieerden in staat om hun offensieve operaties in West-Europa te versnellen en bood een cruciale aanvoerroute voor de troepen en materieel die nodig waren voor de bevrijding van Europa van nazi-bezetting. De lessen geleerd in Cherbourg, met betrekking tot logistiek en het omgaan met vernielde infrastructuur, werden later toegepast in andere veroverde gebieden en droegen bij aan de uiteindelijke overwinning in Europa.

De Nasleep van de Slag om Cherbourg

Na de verovering van Cherbourg begonnen de geallieerden onmiddellijk met herstel- en wederopbouwwerkzaamheden. De haven was van vitaal belang voor de aanvoer van versterkingen, voorraden en materieel die nodig waren voor de verdere operaties in Europa. De wederopbouw van de haven ging gepaard met een enorme logistieke operatie die de efficiëntie en vindingrijkheid van de geallieerde troepen benadrukte.

Technische Uitdagingen en Herstel

De Duitsers hadden bij hun terugtrekking de haven grondig vernield, mijnen gelegd en installaties beschadigd. Dit betekende dat de geallieerden aanzienlijke technische uitdagingen moesten overwinnen om de haven weer operationeel te maken. Ingenieurs werkten onafgebroken om de mijnen te ruimen, scheepswrakken te verwijderen en geïmproviseerde aanlegsteigers en dokken te bouwen. Deze inspanningen waren cruciaal voor het openstellen van de haven voor geallieerde schepen en het waarborgen van een constante stroom van bevoorrading.

Invloed op de Geallieerde Strategie

De val van Cherbourg had belangrijke strategische gevolgen voor de geallieerde oorlogsvoering in Europa. De haven diende als een cruciale logistieke hub, wat het mogelijk maakte om een groot aantal troepen en materieel direct naar het front te brengen. Dit was een belangrijke factor in het succes van daaropvolgende operaties, zoals de bevrijding van Parijs en de opmars naar de Duitse grens.

De Bevrijding van Cherbourg en de Morele Impact

De bevrijding van Cherbourg had ook een aanzienlijke morele impact op zowel de geallieerde troepen als de Franse bevolking. De val van de stad symboliseerde de voortgang van de bevrijding van Frankrijk en gaf een belangrijke impuls aan de geallieerde campagne. Voor de Franse bevolking betekende de bevrijding een stap dichter bij het einde van de Duitse bezetting en een hernieuwde hoop op vrijheid en herstel.

Heropening van de Haven van Cherbourg

De verwoesting van de haven door de Duitse troepen was omvangrijk, met grootschalige vernielingen en mijnen die de infrastructuur beschadigden. Geallieerde ingenieurs werkten onafgebroken om de haven weer operationeel te maken. Dit proces omvatte het ruimen van mijnen, het verwijderen van wrakken en het herstellen van dokken en andere essentiële faciliteiten. Deze herstelwerkzaamheden waren cruciaal voor het waarborgen van een continue toevoer van voorraden en troepen.

Hoewel de haven tegen midden augustus 1944 beperkt bruikbaar was, kon de eerste bevoorradingsschip al eind juli 1944 de haven binnenvaren. Dit was een belangrijke mijlpaal voor de geallieerde logistieke operaties, omdat het de mogelijkheid bood om grote hoeveelheden voorraden rechtstreeks naar het front te brengen. De heropening van de haven speelde een cruciale rol in de verdere geallieerde opmars door Frankrijk en naar Duitsland.

Conclusie

De Slag om Cherbourg was een cruciaal moment in de Tweede Wereldoorlog, met verstrekkende gevolgen voor de geallieerde oorlogsinspanningen in Europa. De succesvolle verovering en herstel van de haven van Cherbourg stelden de geallieerden in staat om hun offensieve operaties te versnellen en droegen aanzienlijk bij aan de uiteindelijke nederlaag van nazi-Duitsland. De slag onderstreepte het belang van logistieke voorbereiding, technische vaardigheid en strategische planning in militaire operaties.

Bronnen

  1. Ambrose, Stephen E. D-Day: June 6, 1944: The Climactic Battle of World War II. New York: Simon & Schuster, 1994.
  2. Harrison, Gordon A. Cross-Channel Attack. Washington D.C.: United States Army Center of Military History, 1951.
  3. Morison, Samuel Eliot. History of United States Naval Operations in World War II: The Invasion of France and Germany. Boston: Little, Brown and Company, 1957.
  4. Bronnen mei1940