Operation Margarethe: Duitse bezetting van Hongarije 1944

Duitse bezetting van Hongarije in maart 1944, een cruciale fase in de controle door Nazi-Duitsland tijdens WOII.
Operatie Margarethe, de Duitse bezetting van Hongarije in maart 1944, markeerde een belangrijk keerpunt in de Tweede Wereldoorlog.

In maart 1944 werd Hongarije bezet door de Wehrmacht, een actie die bekend staat als Operatie Margarethe (Unternehmen Margarethe). Deze bezetting had verstrekkende gevolgen voor het land en zijn bevolking, vooral voor de Joodse gemeenschap. Dit artikel beschrijft de gebeurtenissen die leidden tot de bezetting, de politieke manoeuvres van de Hongaarse leiders, en de impact van de Duitse aanwezigheid in Hongarije tijdens de Tweede Wereldoorlog.

De politieke achtergrond: Hongarije en de Tweede Wereldoorlog

Hongarije was sinds 1941 een bondgenoot van Nazi-Duitsland, mede door de wens van Hongarije om de verloren gebieden uit het Verdrag van Trianon terug te krijgen. Onder leiding van admiraal Miklós Horthy, de regent van Hongarije, nam het land echter een tweeslachtige houding aan. Hoewel Hongarije deelnam aan de Duitse militaire campagnes, probeerde Horthy tegelijkertijd een zekere mate van onafhankelijkheid te behouden. Dit leidde tot een ongemakkelijke relatie met de Nazi’s, die steeds meer wantrouwig werden over de werkelijke loyaliteit van Hongarije.

Vanaf 1942 had de Hongaarse premier Miklós Kállay, met goedkeuring van Horthy, geheime onderhandelingen gevoerd met de geallieerden om een afzonderlijke vredesovereenkomst te sluiten. Deze pogingen om zich van de asmogendheden los te maken, werden door Hitler gezien als een potentiële bedreiging voor de Duitse oorlogsstrategie, vooral omdat de Sovjet-Unie steeds dichter bij de Hongaarse grenzen kwam.

Duitse bezettingsplannen: Operatie Margarethe

Om te voorkomen dat Hongarije zich aan de oorlog zou onttrekken en zich mogelijk bij de geallieerden zou aansluiten, besloot Hitler in maart 1944 tot een militaire bezetting van Hongarije. Dit plan, bekend als Operatie Margarethe, was bedoeld om volledige controle over het land te verkrijgen en te voorkomen dat het van kamp zou wisselen. Op 12 maart 1944 gaf Hitler de Duitse troepen het bevel om belangrijke Hongaarse faciliteiten in te nemen, met als doel Hongarije onder Duitse invloed te houden.

Het Klessheim-verraad

Op 15 maart 1944 nodigde Hitler admiraal Horthy uit voor een ontmoeting in het paleis van Klessheim, nabij Salzburg. Deze ontmoeting had als doel Horthy af te leiden en buiten Hongarije te houden terwijl de Duitse troepen zich voorbereidden op de invasie. Terwijl Horthy aanwezig was bij een uitvoering van de opera Petőfi, ontving hij een dringende boodschap van de Duitse minister Dietrich von Jagow. Horthy moest onmiddellijk naar de Duitse legatie komen, waar hij een brief van Hitler ontving met de mededeling dat de Führer hem op 18 maart wilde spreken in Schloss Klessheim.

De onderhandelingen tussen Hitler en Horthy duurden tot 18 maart, maar dienden in werkelijkheid alleen om tijd te winnen. Ondertussen marcheerden Duitse troepen vanuit Oostenrijk (het voormalige Reichsgaue van de Ostmark) Hongarije binnen. Toen Horthy op 19 maart naar Hongarije terugkeerde, stond het Duitse leger al op strategische punten in het land.

De Duitse bezetting begint

Bij aankomst in Boedapest op 19 maart 1944, werd Horthy geconfronteerd met de nieuwe realiteit. Duitse soldaten wachtten hem op bij het station en Dietrich von Jagow informeerde hem dat Hongarije zijn soevereiniteit alleen kon behouden als Kállay zou aftreden. Hitler eiste de installatie van een nieuwe regering die volledig met de Duitsers zou samenwerken. Horthy, om een volledige bezetting te voorkomen, zag zich gedwongen om premier Kállay te vervangen door Döme Sztójay, een pro-Duitse politicus.

De Duitse bezetting verliep snel en zonder veel weerstand. De Hongaarse strijdkrachten waren door de verrassing niet in staat om te reageren. Oorspronkelijk was het Duitse plan om het Hongaarse leger te ontwapenen, maar door de snelle opmars van het Sovjetleger en de dreiging van geallieerde invasies via de Balkan, besloot de Duitse legerleiding de Hongaarse troepen in het veld te houden om strategische gebieden, zoals de Karpaten, te verdedigen tegen de Sovjets.

De gevolgen van de bezetting

De Duitse bezetting van Hongarije had verwoestende gevolgen, vooral voor de Joodse bevolking. Onder leiding van Adolf Eichmann, die naar Hongarije werd gestuurd om de deportaties te coördineren, werden ongeveer 550.000 Hongaarse Joden naar concentratie- en vernietigingskampen gestuurd. Dit aantal omvatte niet alleen Joden uit Hongarije zelf, maar ook uit gebieden die Hongarije tijdens de oorlog had geannexeerd, zoals delen van Tsjechoslowakije, Roemenië en Joegoslavië.

De samenwerking tussen de Hongaarse autoriteiten en de Nazi’s bij de Jodenvervolging was een pijnlijk hoofdstuk in de geschiedenis van het land. Hoewel sommige Hongaren zich verzetten tegen de deportaties en probeerden levens te redden, werkten veel Hongaarse ambtenaren actief mee aan de uitvoering van de Holocaust in hun land.

Pogingen tot verzet en de nasleep

Ondanks de Duitse bezetting bleef Horthy in het geheim zoeken naar een manier om een einde te maken aan de oorlog en een afzonderlijke vrede met de geallieerden te sluiten. Tegen oktober 1944, toen het Rode Leger op het punt stond Boedapest te bereiken, kondigde Horthy in een radiotoespraak aan dat Hongarije een wapenstilstand had getekend met de Sovjet-Unie.

De Duitsers waren echter voorbereid op een dergelijke zet. Op 15 oktober 1944 voerden zij Operatie Panzerfaust uit, waarbij Horthy werd afgezet en vervangen door de extreemrechtse Pijlkruispartij (Nyilaskeresztes Párt). Deze partij, geleid door Ferenc Szálasi, was loyaal aan Nazi-Duitsland en voerde een terreurbewind over het land, waarbij de vervolging van de Joodse bevolking verder werd opgevoerd.

De bezetting en de wreedheden van de Pijlkruispartij duurden voort tot februari 1945, toen Boedapest na een bloedige belegering door het Sovjetleger werd ingenomen. Met de val van Boedapest kwam er een einde aan het Nazi-marionettenbewind in Hongarije.

Conclusie

De Duitse bezetting van Hongarije in 1944 markeerde een cruciale fase in de Tweede Wereldoorlog. Door Operatie Margarethe konden de Duitsers voorkomen dat Hongarije zich zou aansluiten bij de geallieerden, maar de bezetting leidde ook tot massale deportaties van Hongaarse Joden naar concentratiekampen, wat een van de grootste tragedies van de oorlog betekende. Ondanks Horthy’s pogingen om een afzonderlijke vrede te sluiten, hielden de Duitsers Hongarije onder controle totdat het Sovjetleger het land in 1945 bevrijdde.

Deze gebeurtenissen illustreren de complexe politieke en militaire dynamiek in Oost-Europa tijdens de laatste fase van de Tweede Wereldoorlog en werpen een schrijnend licht op de humanitaire gevolgen van de Duitse bezetting.

Bronnen en meer informatie