Wilhelm II (Friedrich Wilhelm Viktor Albert; 27 januari 1859 – 4 juni 1941) was de laatste Duitse keizer (Kaiser) en koning van Pruisen. Hij regeerde van 1888 tot zijn gedwongen troonsafstand in 1918, waarmee een einde kwam aan het Duitse Keizerrijk en de 300-jarige heerschappij van de Hohenzollern-dynastie over Pruisen.
Inhouds opgave
Vroege leven en familie
Wilhelm werd geboren op 27 januari 1859 in Berlijn, in het paleis van de Kroonprins. Hij was de zoon van kroonprins Frederik Willem van Pruisen (later keizer Frederik III) en Victoria, Prinses Royal van het Verenigd Koninkrijk, de oudste dochter van koningin Victoria. Wilhelm was de oudste van de 42 kleinkinderen van koningin Victoria, wat hem nauw verbond met de Britse monarchie.
Door zijn koninklijke afstamming en opvoeding werd hij van jongs af aan voorbereid op een leven aan het hof. Zijn familie, en vooral zijn moeder Victoria, hadden een grote invloed op zijn jeugd. Wilhelm werd echter geboren met een lichamelijke beperking door een geboortetrauma dat zijn linkerarm verlamde, wat een blijvende impact had op zijn zelfvertrouwen en ontwikkeling.
Onderwijs en militaire vorming
In zijn jeugd werd Wilhelm onderwezen door privéleraren en volgde hij zijn opleiding aan het Friedrichsgymnasium in Kassel. Daarna studeerde hij rechten en politieke wetenschappen aan de Universiteit van Bonn. Zijn opvoeding en opleiding waren sterk gericht op zijn toekomstige rol als monarch, met een bijzondere nadruk op militaire vorming, gezien de militaire cultuur die de Pruisische aristocratie kenmerkte.
Zijn relatie met zijn moeder, die sterk beïnvloed was door Britse liberale waarden, werd gaandeweg moeilijker. Wilhelm voelde zich meer aangetrokken tot de conservatieve en autocratische tradities van zijn vader en grootvader, wat leidde tot een vervreemding van zijn ouders, vooral van zijn moeder.
De troonsbestijging en het ontslag van Bismarck
Op 9 maart 1888 overleed keizer Wilhelm I en werd Wilhelm’s vader keizer Frederik III. Deze regeerde slechts 99 dagen voordat hij overleed aan keelkanker, waarna Wilhelm op 15 juni 1888 de troon besteeg als keizer Wilhelm II. Al snel na zijn aantreden botste Wilhelm met Otto von Bismarck, de invloedrijke kanselier die Duitsland had verenigd. Wilhelm wenste een actievere rol te spelen in het bestuur, terwijl Bismarck de voorkeur gaf aan het behouden van macht binnen zijn eigen kringen.
In 1890 dwong Wilhelm Bismarck tot ontslag, waarmee een einde kwam aan een periode van realpolitik en voorzichtig buitenlands beleid. Wilhelm zocht naar een assertievere koers, wat leidde tot de zogenaamde “Nieuwe Koers”, waarin Duitsland probeerde zijn invloed op het wereldtoneel te vergroten.
Buitenlands beleid en kolonialisme
Onder Wilhelm II verschoof het Duitse buitenlandse beleid naar een meer agressieve expansiepolitiek. Duitsland vergrootte zijn koloniaal imperium met nieuwe gebieden in Afrika en Azië, zoals Jiaozhou Bay en de Marianen. Wilhelm zag de uitbreiding van de marine als een cruciaal instrument om Duitsland een plaats onder de wereldmachten te verzekeren. Dit leidde tot een intensieve wapenwedloop met Groot-Brittannië, waarbij beide landen hun marine aanzienlijk uitbreidden.
Het buitenlandse beleid van Wilhelm werd echter gekenmerkt door inconsistenties en tactloze diplomatieke uitspraken, zoals zijn beroemde “Hun Speech” tijdens de Bokseropstand in China, die Duitsland internationaal isoleerde. Bovendien maakte Wilhelm vijanden door de Fransen uit te dagen in de Marokkaanse Crisis van 1905 en door Groot-Brittannië uit te dagen met de bouw van een spoorweg door Bagdad, wat hun invloed in het Midden-Oosten bedreigde.
De aanloop naar de Eerste Wereldoorlog
Hoewel Wilhelm niet direct verantwoordelijk wordt gehouden voor het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog, droegen zijn diplomatieke fouten en zijn steun aan Oostenrijk-Hongarije tijdens de Julicrisis van 1914 bij aan de escalatie van het conflict. Hij gaf Oostenrijk-Hongarije een “blanco cheque” voor militaire steun, wat leidde tot een kettingreactie van oorlogsverklaringen tussen de Europese grootmachten.
Tijdens de oorlog speelde Wilhelm een grotendeels ceremoniële rol. De echte macht lag bij de Duitse militaire leiding, onder leiding van generaal Erich Ludendorff en veldmaarschalk Paul von Hindenburg. Wilhelm werd geleidelijk gemarginaliseerd en had weinig invloed op de daadwerkelijke oorlogsvoering.
Abdicatie en ballingschap
Aan het einde van de Eerste Wereldoorlog, in november 1918, werd Wilhelm geconfronteerd met een revolutie in Duitsland. Hij verloor de steun van zowel het leger als het volk en werd gedwongen afstand te doen van de troon. Wilhelm vluchtte naar Nederland, waar hij in ballingschap leefde in Huis Doorn. Zijn abdicatie betekende het einde van het Duitse Keizerrijk en de monarchie in Duitsland, dat een republiek werd onder de Weimarrepubliek.
Wilhelm bracht de rest van zijn leven door in Nederland. Hij publiceerde zijn memoires, waarin hij probeerde zijn rol tijdens de oorlog te rechtvaardigen en zijn verantwoordelijkheid voor het conflict te ontkennen.
Leven in ballingschap en dood
In zijn ballingschap bleef Wilhelm politiek actief in zijn correspondentie, maar zijn invloed op de wereldpolitiek was minimaal. Hij volgde de opkomst van Adolf Hitler en het nazi-regime met interesse, in de hoop dat de monarchie zou worden hersteld. Hoewel hij aanvankelijk sympathie had voor Hitler, keerde Wilhelm zich uiteindelijk tegen de nazi’s vanwege hun wreedheden, zoals tijdens de Kristallnacht van 1938.
Wilhelm stierf op 4 juni 1941 in Huis Doorn. Hij werd daar begraven, in overeenstemming met zijn wens om niet naar Duitsland terug te keren tenzij de monarchie werd hersteld. Zijn begrafenis was een sobere aangelegenheid, waarbij de nazi-regalia, ondanks zijn wensen, toch aanwezig waren.
Conclusie
Wilhelm II’s regeringstijd markeerde het hoogtepunt en de val van het Duitse Keizerrijk. Hoewel hij bijdroeg aan de modernisering van Duitsland en de opkomst van het land als wereldmacht, werden zijn regering gekenmerkt door diplomatieke fouten en militair expansionisme, die bijdroegen aan de wereldwijde instabiliteit en uiteindelijk de Eerste Wereldoorlog. Zijn abdicatie en ballingschap sloten een hoofdstuk af in de Duitse geschiedenis, dat plaats maakte voor een nieuw tijdperk van democratie en chaos in de Weimarrepubliek.
Bronnen en meer informatie
- Clark, Christopher. Kaiser Wilhelm II: A Life in Power. Penguin Books, 2009.
- Röhl, John C.G. Wilhelm II: The Kaiser’s Personal Monarchy, 1888-1900. Cambridge University Press, 1996.
- Massie, Robert K. Dreadnought: Britain, Germany, and the Coming of the Great War. Random House, 1991.
- Van der Kiste, John. Kaiser Wilhelm II: Germany’s Last Emperor. Sutton Publishing, 2004.
- Bronnen Mei1940
- Afbeelding: See page for author, Public domain, via Wikimedia Commons