USS John D. Ford: Heldhaftige Torpedobootjager WW2

De USS John D. Ford was een torpedobootjager uit de Tweede Wereldoorlog, bekend om haar dappere dienst in Azië en de Atlantische Oceaan.
De USS John D. Ford was een torpedobootjager uit de Tweede Wereldoorlog, bekend om haar dappere dienst in Azië en de Atlantische Oceaan.

De USS John D. Ford (DD-228/AG-119) was een Clemson-klasse torpedobootjager van de Amerikaanse marine die een cruciale rol speelde tijdens de Tweede Wereldoorlog. Dit schip, vernoemd naar schout-bij-nacht John Donaldson Ford, werd beroemd om zijn dienst in de Stille Oceaan en de gevechten tegen de Japanse marine. Dit artikel gaat in op de geschiedenis, kenmerken en de opmerkelijke prestaties van de USS John D. Ford.

Bouw en specificaties van de USS John D. Ford

De USS John D. Ford werd gebouwd door William Cramp & Sons, een bekende scheepswerf in Philadelphia. De bouw van het schip begon op 11 november 1919 en de tewaterlating vond plaats op 2 september 1920. Het schip werd uiteindelijk in dienst genomen op 30 december 1920. Onder het commando van luitenant-commandant C. A. Pownall, begon de USS John D. Ford aan haar maritieme carrière, die zich zou uitstrekken over meerdere decennia en verschillende oceanen.

Algemene kenmerken

  • Type: Clemson-klasse torpedobootjager
  • Waterverplaatsing: 1.190 ton
  • Lengte: 314 voet en 5 inches (ongeveer 95,83 meter)
  • Breedte: 31 voet en 9 inches (ongeveer 9,68 meter)
  • Diepgang: 9 voet en 3 inches (ongeveer 2,82 meter)
  • Aandrijving: 26.500 paardenkracht, tandwielreductie turbines, 2 schroeven
  • Snelheid: 35 knopen (ongeveer 65 km/u)
  • Bemanning: 101 officieren en manschappen
  • Bewapening: 4 x 4 inch (102 mm) kanonnen, 1 x 3 inch (76 mm) luchtafweerkanon, 2 x .30 kaliber (7,62 mm) machinegeweren, 12 x 21 inch (533 mm) torpedobuizen

Sensoren en ASW

De USS John D. Ford werd ontworpen om veelzijdig te zijn, met een focus op snelheid en bewapening, wat essentieel was voor de operaties die het schip zou uitvoeren. De combinatie van kracht en manoeuvreerbaarheid maakte het een waardevolle aanwinst voor de Amerikaanse marine in tijden van conflict.

Aan het begin van de Tweede Wereldoorlog waren de torpedobootjagers van de Clemson-klasse, waaronder de USS John D. Ford, uitgerust met basis sonarapparatuur om vijandelijke onderzeeërs te detecteren. Deze vroege sonar, bekend als QC- of SC-sonar, maakte gebruik van actieve sonartechnologie, waarbij geluidsgolven werden uitgezonden en gereflecteerde echo’s werden gebruikt om onderwaterdoelen te lokaliseren.

Naarmate de oorlog vorderde en de dreiging van Duitse U-boten toenam, werden schepen zoals de USS John D. Ford verder gemoderniseerd en aangepast voor anti-onderzeebootoorlogvoering (ASW). Dit omvatte de toevoeging van geavanceerdere sonarapparatuur, dieptebommen, en de installatie van het Hedgehog-wapen, een voorwaarts schietend anti-onderzeebootsysteem dat meerdere explosieven tegelijk kon afvuren. Bovendien werden deze schepen voorzien van verbeterde radar, wat hun vermogen om vijandelijke schepen en onderzeeërs te detecteren, zelfs bij slecht zicht, aanzienlijk vergrootte. Deze moderniseringen maakten de schepen effectiever in hun ASW-rol.

Vroege dienstjaren en operaties in Azië

Na haar ingebruikname en succesvolle acceptatietests langs de oostkust van de Verenigde Staten, vertrok de USS John D. Ford naar de Asiatic Fleet op 20 juni 1922. Deze vloot was gestationeerd in Azië en hield toezicht op Amerikaanse belangen in de regio. Tijdens haar vroege dienstjaren opereerde de John D. Ford voornamelijk in de wateren rond de Filippijnen, Zuid-China en Japan.

Chinese burgeroorlog: De Chinese Burgeroorlog (1927-1937) veroorzaakte onrust in de regio, wat leidde tot de inzet van de USS John D. Ford bij het beschermen van Amerikaanse burgers en belangen. Op 6 juni werd het schip ingezet in Shanghai om Amerikaanse levens en eigendommen te beschermen te midden van het toenemende geweld tussen rivaliserende Chinese fracties. Na de heropleving van de burgeroorlog in mei 1926, patrouilleerde de John D. Ford langs de Chinese kust om konvooien te beschermen tegen plunderende bendes.

Opkomst van de spanningen en oorlogsdreiging in de Stille Oceaan

Toen de spanningen tussen China en Japan opliepen in de late jaren 1930, bleef de USS John D. Ford actief in de regio. Ze evacueerde Amerikaanse burgers uit Beiping (nu Beijing) na toenemende dreigingen van Japanse militaire aanwezigheid en voerde vlootmanoeuvres uit tussen de Filippijnen en Zuid-China. De escalatie van de situatie in de Stille Oceaan leidde uiteindelijk tot de Amerikaanse betrokkenheid bij de Tweede Wereldoorlog na de aanval op Pearl Harbor op 7 december 1941.

Met de aanval op Pearl Harbor veranderde de inzet van de USS John D. Ford aanzienlijk. Het schip werd onderdeel van DesDiv 59 (Destroyer Division 59) en bereidde zich voor op actie in Cavite, nabij Manila Bay, in de Filippijnen. Ondanks een vernietigende Japanse luchtaanval op 10 december, bleef de John D. Ford ongedeerd en vertrok ze dezelfde dag nog naar de Suluzee en de Straat van Makassar voor patrouillemissies.

De rol van de USS John D. Ford tijdens de Tweede Wereldoorlog

Met de uitbraak van de Tweede Wereldoorlog in de Stille Oceaan, begon de USS John D. Ford een belangrijke periode van actieve dienst. Het schip speelde een kritieke rol in verschillende operaties die gericht waren op het verstoren van Japanse offensieven en het beschermen van geallieerde belangen in de regio.

De Java-campagne en de strijd in de Oost-Indische Archipel

Na de Japanse aanval op Pearl Harbor en de daaropvolgende aanvallen op de Filippijnen, werd de USS John D. Ford toegewezen aan Task Force 6. Dit onderdeel van de Amerikaanse marine kreeg de opdracht om de Japanse opmars door de Oost-Indische Archipel te vertragen. In januari 1942 vertrok de John D. Ford vanuit Surabaya, Java, om zich bij een torpedobootjageraanvalsformatie aan te sluiten voor een verrassingsaanval op Japanse schepen in Balikpapan, Borneo.

Aanval op Balikpapan: Op 24 januari 1942, tijdens de zogenaamde Slag bij Balikpapan, voerde de USS John D. Ford samen met drie andere torpedobootjagers een gewaagde aanval uit op Japanse transporten. Deze operatie vond plaats midden in de nacht, en de Amerikaanse schepen wisten vier Japanse schepen tot zinken te brengen. De aanval was bijzonder significant omdat het de eerste keer was dat Amerikaanse schepen een Japanse zeemacht direct aanvielen tijdens de oorlog in de Stille Oceaan. De vernietiging van de Japanse transporten, waaronder de IJA transport Kuretake Maru, vertraagde de Japanse plannen en gaf de geallieerden waardevolle tijd om hun verdedigingslinies te hergroeperen.

Slag bij de Straat van Badung: Toen de Japanners hun offensief voortzetten en troepen landden op het eiland Bali, werd de USS John D. Ford opnieuw ingezet, deze keer om deel te nemen aan de Slag bij de Straat van Badung op 19 en 20 februari 1942. Samen met andere geallieerde schepen probeerde de Ford de Japanse landingen te verstoren en vijandelijke schepen aan te vallen. Hoewel de geallieerden uiteindelijk geen significante schade aan de Japanse troepen konden toebrengen, leverde de strijd waardevolle ervaring op voor de bemanning van de John D. Ford in het voeren van nachtelijke zeeslagen tegen een beter uitgeruste tegenstander.

Het kritieke gevecht: de Slag in de Javazee

De Slag in de Javazee, die plaatsvond op 27 februari 1942, was een van de belangrijkste gevechten waarin de USS John D. Ford betrokken was. Dit gevecht markeerde een beslissend moment in de verdediging van de Nederlandse Oost-Indië tegen de Japanse invasie. De John D. Ford, als onderdeel van de geallieerde Striking Force, kwam in actie samen met vijf kruisers en negen torpedobootjagers tegen een grotere Japanse vloot bestaande uit vier kruisers en dertien torpedobootjagers.

Strategische betekenis en resultaat: Tijdens de Slag in de Javazee probeerden de geallieerden de Japanse opmars te vertragen en de invasie van Java te voorkomen. Ondanks het moedige verzet van de geallieerde schepen, was de strijd uiteindelijk een nederlaag voor de geallieerden. Vijf geallieerde schepen werden tot zinken gebracht, en de rest werd gedwongen zich terug te trekken. De USS John D. Ford wist echter ongeschonden uit de strijd te komen, wat een opmerkelijke prestatie was gezien de intense gevechten en het numerieke overwicht van de Japanse marine.

Na de Slag in de Javazee en de val van Java, moesten de overgebleven geallieerde schepen, waaronder de USS John D. Ford, zich terugtrekken naar veiliger wateren. De Ford en drie andere torpedobootjagers uit Divisie 58 vertrokken op 28 februari 1942 in het donker vanuit Surabaya en wisten ongemerkt door de nauwe doorgangen van de Straat Bali te varen. Ze arriveerden uiteindelijk veilig in Fremantle, Australië, op 4 maart 1942, waar ze konden hergroeperen en bijtanken voor toekomstige operaties.

Verdere oorlogsactiviteiten en convoybeveiliging

Na haar gedurfde ontsnapping uit de Oost-Indische Archipel, werd de USS John D. Ford toegewezen aan konvooidiensten langs de kust van Australië. Deze fase van haar carrière benadrukte haar veelzijdigheid als zowel een aanvallende als verdedigende eenheid binnen de marine. Op 9 mei 1942 vertrok ze vanuit Brisbane naar Pearl Harbor en begon met het escorteren van konvooien tussen San Francisco en Pearl Harbor gedurende de volgende elf maanden. Deze missies waren cruciaal voor de bescherming van vitale bevoorradingsroutes tegen bedreigingen van vijandelijke onderzeeërs en andere maritieme gevaren.

Dienst in de Atlantische Oceaan: In juni 1943 verplaatste de USS John D. Ford haar operaties naar de Atlantische Oceaan, waar ze werd toegewezen aan de 10e Vloot voor konvooibegeleiding en anti-onderzeebootoorlogsvoering (ASW) patrouilles. Ze patrouilleerde actief de noordelijke en zuidelijke Atlantische Oceaan, van New York en Charleston tot Casablanca en Recife, en bood bescherming tegen Duitse U-boten die op de loer lagen om geallieerde scheepvaartroutes te verstoren.

Het schip nam ook deel aan offensieve ASW-operaties en ondersteunde de vernietiging van de Duitse onderzeeër U-544 op 16 januari 1944. Deze operatie, uitgevoerd in samenwerking met het vliegdekschip USS Guadalcanal, illustreerde de effectiviteit van de John D. Ford in zowel defensieve als offensieve maritieme operaties.

Overgang naar de Atlantische Oceaan en anti-onderzeebootoorlogsvoering

Na haar inzet in de Stille Oceaan en haar bijdrage aan de vroege strijd tegen de Japanse marine, kreeg de USS John D. Ford een nieuwe missie aan de andere kant van de wereld. De focus van de oorlog voor de John D. Ford verschoof van de Stille Oceaan naar de Atlantische Oceaan, waar de dreiging van Duitse U-boten een aanzienlijke uitdaging vormde voor de geallieerde konvooiroutes.

Opleiding en inzet in de Atlantische Oceaan

Na haar terugkeer naar de oostkust van de Verenigde Staten in februari 1944, onderging de USS John D. Ford uitgebreide anti-onderzeebootoorlogstraining (ASW) om zich voor te bereiden op haar nieuwe rol. Ze werd toegewezen aan de 10e Vloot, een eenheid van de Amerikaanse marine die was opgericht om de strijd tegen vijandelijke onderzeeërs te coördineren en te intensiveren. Deze verandering in tactische focus betekende dat de John D. Ford zich moest aanpassen aan een nieuwe vijand en nieuwe operationele omstandigheden, waaronder het opereren in de vaak verraderlijke wateren van de Atlantische Oceaan.

De John D. Ford fungeerde als escorteschip voor verschillende konvooien die cruciale bevoorradingen vervoerden tussen Noord-Amerika en Europa. Ze opereerde vanuit havens zoals New York, Charleston en Norfolk, en escorteerde konvooien naar bestemmingen zoals Casablanca, Reykjavik en Recife. Tijdens deze missies werd ze regelmatig geconfronteerd met aanvallen door Duitse U-boten, die probeerden de toevoer van voorraden naar Europa te onderbreken. Dankzij haar snelheid en bewapening speelde de John D. Ford een sleutelrol in de verdediging van deze konvooien.

Incidenten en reparaties

Hoewel de John D. Ford tijdens haar operaties in de Atlantische Oceaan aan verschillende gevechtsacties deelnam, was haar dienst niet zonder incidenten. Op 29 maart 1944, terwijl ze zich in Gibraltar bevond, raakte de John D. Ford beschadigd bij een botsing met een Britse tanker. Deze botsing dwong het schip tot een tijdelijke terugkeer naar Norfolk voor reparaties, wat haar inzet in de Atlantische Oceaan kort onderbrak.

Na de voltooiing van de reparaties keerde de John D. Ford terug naar actieve dienst. Vanaf mei 1944 hervatte ze haar konvooi-escorteoperaties, waarbij ze haar focus legde op het beschermen van schepen tegen de voortdurende dreiging van U-boot aanvallen. De operaties van de John D. Ford in de Atlantische Oceaan duurden bijna een jaar, gedurende welke tijd ze talrijke konvooien veilig door de gevaarlijke wateren loodste.

Conversie en einde van de dienst

Met de toenemende vraag naar gespecialiseerde schepen naarmate de oorlog vorderde, werd de USS John D. Ford in juli 1945 omgebouwd tot een miscellaneous auxiliary ship (AG-119). Deze conversie vond plaats in de Boston Navy Yard en was gericht op het aanpassen van het schip voor ondersteunende rollen die anders waren dan haar oorspronkelijke inzet als torpedobootjager. Na voltooiing van de ombouw keerde de John D. Ford terug naar Norfolk, waar ze op 9 september 1945 arriveerde.

Op 2 november 1945 werd de USS John D. Ford officieel uit dienst gesteld en werd ze opgeslagen totdat een definitieve bestemming voor het schip werd bepaald. De maritieme carrière van de John D. Ford kwam uiteindelijk ten einde toen ze op 5 oktober 1947 werd verkocht voor sloop aan de Northern Metal Company in Philadelphia. Dit markeerde het einde van een schip dat dienst had gedaan in verschillende cruciale fasen van de Tweede Wereldoorlog en dat een rijke geschiedenis had opgebouwd door zijn veelzijdigheid en inzetbaarheid in zowel de Stille als de Atlantische Oceaan.

Erkenning en decoraties

Tijdens haar dienst in de Tweede Wereldoorlog ontving de USS John D. Ford meerdere onderscheidingen voor haar uitzonderlijke prestaties en moed in de strijd. Een van de meest prestigieuze onderscheidingen was de Presidential Unit Citation voor haar buitengewone heldenmoed tijdens de Java-campagne in de Zuidwestelijke Stille Oceaan. Deze onderscheiding werd verleend aan eenheden die uitzonderlijke prestaties en moed hadden getoond in gevechtsoperaties tegen vijandelijke krachten die overweldigend superieur waren in aantal en vuurkracht.

Citaat van de presidentiële eenheids citatie:

“Voor buitengewone heldenmoed in actie tegen vijandelijke Japanse strijdkrachten tijdens de Java-campagne in het Zuidwest-Pacific oorloggebied, van 23 januari tot 4 maart 1942. Moedig opererend in de verdediging van Nederlands-Indië met de beperkte oppervlakte-eenheden van de gecombineerde Amerikaanse, Britse en Nederlandse Koninklijke Marines, leidde de JOHN D. FORD een colonne van vier torpedobootjagers in een felle nachtelijke tegeninvasie actie voor de kust van Balikpapan…”

Deze erkenning benadrukte de strategische en morele impact van de acties van de John D. Ford, die ondanks de moeilijkheden en de gevaren, steeds weer terugkeerde om te vechten tegen een beter uitgeruste tegenstander. De geschiedenis van de USS John D. Ford weerspiegelt niet alleen de technische capaciteiten van het schip, maar ook de vastberadenheid en het vakmanschap van haar bemanning.

De belangrijke bijdragen aan de geallieerde oorlogsinspanningen

De USS John D. Ford heeft een belangrijke rol gespeeld in verschillende campagnes tijdens de Tweede Wereldoorlog, waaronder de Java-campagne, de Slag bij Balikpapan, en de Slag in de Javazee. Haar betrokkenheid bij deze acties, ondanks zware verliezen en vijandelijke overmacht, toont de vastberadenheid en moed van haar bemanning. Het schip diende niet alleen als een vechtende eenheid maar ook als een symbool van doorzettingsvermogen en strijdlust, vooral tijdens kritieke momenten van de oorlog.

Tijdens haar dienst in de Atlantische Oceaan droeg de John D. Ford bij aan het beschermen van geallieerde scheepvaartroutes tegen de dreiging van Duitse U-boten. Haar inspanningen om konvooien te beschermen en vijandelijke onderzeeërs te bestrijden, waren van onschatbare waarde voor het succes van de geallieerde oorlogsinspanningen. Deze periode van haar inzet benadrukte de flexibiliteit van het schip en haar bemanning om zich aan te passen aan verschillende vijanden en gevechtssituaties.

Conclusie

De nalatenschap van de USS John D. Ford strekt zich uit over meerdere decennia en verschillende oceanen, en is doordrenkt van heroïek en dienstbaarheid. Haar veelzijdigheid als torpedobootjager, gecombineerd met de moed en toewijding van haar bemanning, maakt haar een opmerkelijk voorbeeld van maritieme oorlogsvoering in de 20e eeuw. De onderscheidingen die de John D. Ford ontving, zoals de Presidential Unit Citation, getuigen van haar aanzienlijke bijdrage aan de overwinning van de geallieerden in de Tweede Wereldoorlog.

Bronnen en meer informatie

  1. Navy Department, Naval History and Heritage Command – “USS John D. Ford (DD-228).” Beschikbaar op: https://www.history.navy.mil
  2. Dictionary of American Naval Fighting Ships (DANFS) – Beschrijving en geschiedenis van de USS John D. Ford. Beschikbaar op: https://www.history.navy.mil/research/histories/ship-histories/danfs.html
  3. World War II Database – Gedetailleerde overzichten van operaties en gevechten waar de USS John D. Ford bij betrokken was. Beschikbaar op: https://ww2db.com
  4. Global Security – Informatie over de strategische rollen van Clemson-klasse torpedobootjagers tijdens de Tweede Wereldoorlog. Beschikbaar op: https://www.globalsecurity.org
  5. Bronnen Mei1940
  6. Afbeelding: