De wolfpack-tactiek was een aanvalsmethode waarbij meerdere onderzeeërs gecoördineerd aanvielen, voornamelijk toegepast door de Kriegsmarine tijdens de Tweede Wereldoorlog in de Slag om de Atlantische Oceaan. De tactiek, ontwikkeld door admiraal Karl Dönitz, werd ook door de Amerikaanse marine gebruikt in de Stille Oceaan. Hoewel de tactiek aanvankelijk succesvol was, verloren wolfpacks uiteindelijk hun effectiviteit door verbeterde geallieerde tegenmaatregelen.
Inhouds opgave
Eerste Wereldoorlog: De oorsprong van wolfpacks
Tijdens de Eerste Wereldoorlog voerde Duitsland een Handelskrieg (oorlog op handel) waarbij geallieerde schepen individueel reisden en kwetsbaar waren voor aanvallen van Duitse U-boten. De invoering van konvooien door de Britten verminderde deze dreiging, waardoor de U-bootmacht overwoog eigen gecoördineerde aanvallen uit te voeren.
Vroege pogingen tot gebruik van wolfpacks
In 1917 stelde Hermann Bauer, commandant van de Hochsee-U-Boote, voor om U-boten in patrouillelinies te positioneren langs konvooiroutes. Deze boten zouden worden ondersteund door bevoorradingsschepen en een hoofdkwartierboot uitgerust met radio’s en torpedo’s. Een belangrijke poging in mei 1918 mislukte echter volledig. Van de zes ingezette U-boten werden er twee vernietigd zonder noemenswaardige schade aan geallieerde konvooien. Ook een gecoördineerde aanval in oktober 1918 in de Middellandse Zee faalde, waarbij Karl Dönitz, toen commandant van een U-boot, gevangen werd genomen.
Interbellum: Voorbereidingen voor de toekomst
Na de Eerste Wereldoorlog werd Duitsland door het Verdrag van Versailles verboden U-boten te bezitten. Toch begon de Kriegsmarine vanaf 1935, na de herbewapening onder Hitler, met het ontwikkelen van nieuwe tactieken. Karl Dönitz perfectioneerde deze technieken, geïnspireerd door Bauer’s ideeën en zijn eigen ervaringen. De tactiek, Rudeltaktik genoemd, simuleerde de jachtmethoden van wolven en vormde de basis voor de latere Duitse strategie in de Tweede Wereldoorlog.
Tweede Wereldoorlog: Wolfpacks in actie
Met het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog werd de wolfpack-tactiek in de praktijk getest. De eerste pogingen in 1939 mislukten, deels door gebrekkige coördinatie en communicatie op zee. Dit leidde tot een herziening van de strategie.
Tactieken en operaties
Onder leiding van Dönitz werden U-boten in patrouillelinies verspreid over belangrijke konvooiroutes. Wanneer een konvooi werd gedetecteerd, werden andere U-boten opgeroepen om zich bij de aanval aan te sluiten. Vanuit zijn hoofdkwartier in Lorient, Frankrijk, coördineerde Dönitz de operaties via bericht die met de Enigma-codeermachine, werden verstuurd.
Deze communicatie konden de geallieerden steeds beter en sneller ontcijferen via Ultra Intelligence. Succesvolle aanvallen resulteerden in wat de U-bootbemanningen de “Gelukkige Tijd” noemden, vooral in 1940 en 1941, toen geallieerde scheepsverliezen hoog waren.
Beperkingen en tegenmaatregelen
Ondanks vroege successen hadden wolfpacks belangrijke nadelen:
- Kwetsbaarheid door radioverkeer: De uitgebreide communicatie tussen U-boten maakte hen kwetsbaar voor de geallieerde High-Frequency Direction Finder (HF/DF) ook bekend als huff-duff, waarmee een peiling van radio uitzendingen konden worden vastgesteld. Hierdoor wisten escorte schepen in welke peiling zich de onderzeeboten zich bevonden.
- Gebrek aan coördinatie: U-bootcommandanten voerden aanvallen zelfstandig uit, wat leidde tot inefficiënties en ongelukken, zoals botsingen tussen eigen schepen.
De geallieerden reageerden met verbeterde escorteschepen, luchtsteun en technologische innovaties, zoals verbeterde radar, sonar, CIC, Ultra, Hedgehog en escortevliegdekschepen. Dit keerde het tij in 1943, tijdens de beslissende fase van de Slag om de Atlantische Oceaan.
Wolfpacks in de Stille Oceaan
In de Stille Oceaan gebruikte de Amerikaanse marine vergelijkbare tactieken. Onderzeebootgroepen, gecoördineerde aanvalsgroepen genoemd, bestonden meestal uit drie schepen onder een senior commandant. Hun missie was het aanvallen van Japanse konvooien.
De eerste succesvolle Amerikaanse wolfpack werd geleid door Charles “Swede” Momsen in oktober 1943. Groepen zoals “Ben’s Busters” en “Blakely’s Behemoths” gebruikten groepsaanvallen om aanzienlijke schade toe te brengen aan de Japanse koopvaardij.
De reden voor hun succes was dat Japan achterliep op het gebied van technologie en militaire doctrines. Ze introduceerden pas later konvooien en beschikten over slechts een beperkt aantal escorteschepen. De Japanse marine ontwikkelde pas laat effectieve tactieken en technologieën voor onderzeebootbestrijding.
Na de Tweede wereldoorlog
Tijdens de Koude Oorlog raakten wolfpacks in onbruik. Submarines kregen nieuwe rollen, zoals nucleaire afschrikking, inlichtingenvergaring en vlootondersteuning. Convoysystemen werden zeldzaam, en moderne onderzeeërs opereerden individueel, aangepast aan de strategische realiteiten van de tijd.
Conclusie
De wolfpack-tactiek was een kenmerkende strategie van de onderzeebootoorlogen in de 20e eeuw. Hoewel de tactiek aanvankelijk effectief was, leidden technologische en strategische innovaties aan geallieerde zijde tot het einde van het tijdperk van wolfpacks. De geschiedenis van deze tactiek biedt waardevolle inzichten in de evolutie van oorlogvoering op zee.
Bronnen en meer informatie
- Afbeelding: UnknownUnknown, Public domain, via Wikimedia Commons
- Blair, Clay (1996). Hitler’s U-Boat War: The Hunters 1939-1942. Cassell. ISBN 0-304-35260-8.
- VE Tarrant (1989). The U-Boat Offensive 1914–1945. Pen & Sword Books. ISBN 0-85368-928-8.
- Dan van der Vat (1990). Schlachtfeld Atlantik. Heyne, München. ISBN 3-453-04230-1.
- Elmar B. Potter, Chester W. Nimitz, Jürgen Rohwer (1982). Seemacht – eine Seekriegsgeschichte von der Antike bis zur Gegenwart. Manfred Pawlak Verlag, Herrsching. ISBN 3-88199-082-8.
- Karl Dönitz (1980). 40 Fragen an Karl Dönitz. Bernard & Graefe, München. ISBN 3-7637-5182-3.
- Arthur O. Bauer, Ralph Erskine, Klaus Herold (1997). Funkpeilung als alliierte Waffe gegen deutsche U-Boote 1939–1945. Liebich Funk, Rheinberg. ISBN 3-00-002142-6.
- Winston S. Churchill (1996). Der Zweite Weltkrieg. Mit einem Epilog über die Nachkriegsjahre. Scherz, Berlin/München/Wien. ISBN 3-502-19132-8.
- Bernard Ireland (2003). Battle of the Atlantic. Naval Institute Press, Annapolis. ISBN 1-59114-032-3.
- Bronnen Mei1940