Gewehr 98: geschiedenis, ontwerp en militair gebruik

Geweer 98, een Duits grendelgeweer uit 1898, zonder achtergrond en archieflabel, met toegevoegde technische schaduw voor detailweergave.
Geweer 98, iconisch Duits grendelgeweer, afgebeeld zonder achtergrond met technische schaduw voor betere weergave van details.

Het Gewehr 98 (afgekort G98 of M98) was een handbediend grendelgeweer ontworpen door Mauser, en diende als het standaardgeweer van het Duitse keizerlijke leger van 1898 tot 1935. Dit wapen was een verbeterde combinatie van eerdere grendelgeweertechnieken en werd geladen met een 7,92×57mm Mauser-patroon via een vijf-schots laderclip. De technische verfijningen van het Gewehr 98 zouden later worden overgenomen door andere landen, waaronder het Verenigd Koninkrijk, de Verenigde Staten en Japan.

Ontwikkeling en introductie

Oorsprong van het ontwerp

Het Gewehr 98 was gebaseerd op de grendelontwerpen van Paul Mauser, die in 1895 een patent verkreeg voor een vernieuwd systeem dat uiteindelijk leidde tot het Gewehr 98. Het Duitse leger had eerder de Gewehr 1888 in gebruik, maar deze bleek een teleurstelling door ontwerptekortkomingen. In april 1898 keurde de Gewehr-Prüfungskommission (G.P.K.) de introductie van het Gewehr 98 goed. Het eerste gebruik van dit geweer vond plaats tijdens de Bokseropstand (1898-1901), gevolgd door grootschalige inzet tijdens de Eerste Wereldoorlog.

Productie en verspreiding

Bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog had het Duitse leger ongeveer 2.273.080 Gewehr 98-geweren in gebruik. Gedurende het conflict werden nog eens 7 miljoen exemplaren geproduceerd om aan de grote vraag te voldoen. Deze productie vond plaats bij onder andere de fabrikanten Waffenfabrik Mauser en Deutsche Waffen- und Munitionsfabriken (DWM).

Technische specificaties en ontwerpdetails

Mechanisme en kenmerken

Het Gewehr 98 was een handbediend, met een magazijn gevoed grendelgeweer met een totale lengte van 1.250 mm en een gewicht van 4,09 kg. De loop van 740 mm en het interne magazijn met een capaciteit van vijf patronen maakten het tot een formidabel infanteriewapen. Een van de meest onderscheidende kenmerken was het grendelmechanisme, bekend als het M98-systeem, dat een gecontroleerde voeding en een robuust veiligheidssysteem bood.

De M98 had een unieke “drie-positie veiligheid” aan de achterkant van de grendel. In de veilige stand (rechts) was zowel de grendel als de trekker vergrendeld. De middenstand stond het openen van de grendel toe voor herladen zonder dat het geweer kon vuren. In de linkse stand was het geweer klaar om te schieten.

Veiligheidsmechanismen en betrouwbaarheid

Het ontwerp bevatte verschillende veiligheidsvoorzieningen om de schutter te beschermen tegen gaslekken en mogelijke ontploffingen van de patroonhuls. Twee grote gasafvoeropeningen aan de onderkant van de grendel en een gasafscherming op de grendelhuls hielpen bij het afvoeren van hogedrukgassen. Hierdoor werd het risico op letsel bij defecten beperkt. Het Gewehr 98 was ook uitgerust met een noodgrendel om asymmetrische krachten te vermijden bij het sluiten van de grendel.

Munitie en prestaties

De overstap naar de S Patrone

Aanvankelijk was het Gewehr 98 ontworpen voor de 8 mm M/88-patroon, maar in 1903 werd deze vervangen door de 7,92×57mm Mauser S Patrone, die een scherpschutterstuiter (spitzer) projectiel had met een verbeterd ballistisch traject. Deze verandering vereiste aanpassingen aan het Lange Visier, het achterste vizier van het geweer. De nieuwe patroon verhoogde de trefzekerheid en reikwijdte van het geweer aanzienlijk.

Precisie en gebruik

Het Gewehr 98 had een tweefase trekkermechanisme, waardoor een gecontroleerde trekkerdruk mogelijk was, essentieel voor nauwkeurig schieten in stressvolle situaties. Het Lange Visier kon worden afgesteld van 400 tot 2.000 meter, maar dit betekende dat het geweer vaak te hoog schoot op kortere afstanden, wat een nadeel was in de directe confrontaties die kenmerkend waren voor de loopgravenoorlog.

Militaire inzet en gebruik tijdens de Eerste Wereldoorlog

Het Gewehr 98 aan het front

Het Gewehr 98 diende als het standaard infanteriewapen van het Duitse leger gedurende de Eerste Wereldoorlog. Het wapen werd geprezen om zijn betrouwbaarheid en precisie op lange afstand, hoewel de lengte en het gewicht het minder geschikt maakten voor gevechten in nauwe loopgraven. De minimale vizierinstelling van 400 meter zorgde ervoor dat het geweer vaak te hoog schoot tijdens gevechten op korte afstand, wat een nadeel was in de directe confrontaties die kenmerkend waren voor de loopgravenoorlog.

Desondanks werd het Gewehr 98 door de Duitse infanterie gewaardeerd vanwege zijn duurzaamheid en het gebruik van de krachtige 7,92×57mm Mauser S Patrone. Dit maakte het geweer effectief in gebieden waar langeafstandsgevechten nog steeds een rol speelden, zoals in open veldslagen en tijdens defensieve operaties.

Sniperversies van het Gewehr 98

In 1915 begon het Duitse leger met het aanpassen van het Gewehr 98 voor gebruik als scherpschuttersgeweer. Ongeveer 15.000 geweren die in fabriekstests uitzonderlijk accuraat waren gebleken, werden uitgerust met telescopische vizieren van fabrikanten zoals Zeiss en Görtz. De vizieren, met vergrotingen van 2,5× tot 4×, werden links van de grendel gemonteerd, zodat het magazijn nog steeds met laderclips kon worden gevuld. Het ontwerp vereiste een gebogen grendelhendel om ruimte te maken voor het vizier, en een uitsparing in de kolf om deze aanpassing mogelijk te maken. Deze aanpassingen gaven scherpschutters de mogelijkheid om op grotere afstand met precisie te schieten.

Ontwerpaanpassingen en varianten

Karabiner 98a en andere varianten

In de loop van de Eerste Wereldoorlog werd duidelijk dat een korter en lichter wapen nuttig zou zijn voor speciale eenheden zoals de lichte infanterie en cavalerie. Dit leidde tot de introductie van de Karabiner 98a in 1908. De Karabiner 98a, met een lengte van 1.090 mm en een loop van 600 mm, was aanzienlijk korter en lichter dan het oorspronkelijke Gewehr 98. Deze karabijn had een gebogen grendelhendel en een ander vizier, waardoor het wapen beter geschikt was voor mobiel gebruik.

De Karabiner 98a bleek populair onder eenheden die snel moesten bewegen, zoals bergtroepen en stormtroepen, en bood verbeterde hanteerbaarheid in de smalle loopgraven van de Westelijke Front. Aan het einde van de Eerste Wereldoorlog waren er ongeveer 1,5 miljoen Karabiner 98a-geweren geproduceerd.

Het einde van de Gewehr 98 en de introductie van de Karabiner 98k

Het Gewehr 98 werd uiteindelijk in 1935 vervangen door de Karabiner 98k, een kortere versie die was ontworpen om de tekortkomingen van zijn voorganger te verhelpen. De Karabiner 98k behield veel van de technische kenmerken van het Gewehr 98, maar had een kortere loop en een verbeterde ergonomie, wat het beter geschikt maakte voor moderne oorlogsvoering.

Internationale verspreiding en gebruik

Gebruikers buiten Duitsland

Het Gewehr 98 en varianten daarvan werden ook geëxporteerd en gebruikt door andere landen en strijdmachten. Het Ottomaanse Rijk maakte bijvoorbeeld gebruik van grote aantallen Gewehr 98-geweren tijdens de Eerste Wereldoorlog. Spanje gebruikte het geweer tijdens de Spaanse Burgeroorlog, terwijl landen zoals Polen en Tsjecho-Slowakije het ontwerp gebruikten als basis voor hun eigen wapens.

Aanpassingen na de Eerste Wereldoorlog

Na de Eerste Wereldoorlog werden veel Gewehr 98-geweren aangepast of omgebouwd voor gebruik in civiele toepassingen, zoals de jacht. Ook werden sommige exemplaren omgebouwd naar het 8×60mm S-kaliber om te voldoen aan de beperkingen van het Verdrag van Versailles. Deze aanpassingen varieerden van het wijzigen van de trekker tot het verkorten van de kolf en het vervangen van militaire vizieren door jachtvizieren.

Technische innovaties van het Gewehr 98

Grendelsysteem: M98-technologie

Het Gewehr 98 introduceerde een robuust en veilig grendelsysteem dat bekendstaat als het M98-systeem. Dit systeem wordt gekenmerkt door zijn gecontroleerde voedermechanisme en drie vergrendelnokken. De twee hoofdnokken bevinden zich aan de voorkant van de grendel, terwijl een derde, kleinere nok als veiligheidsnok fungeert in het geval van falen van de hoofdnokken. Dit ontwerp zorgde voor een sterke en veilige vergrendeling, wat essentieel was voor de betrouwbaarheid van het wapen tijdens het schieten.

Een belangrijk voordeel van het M98-systeem was het voorkomen van zogenaamde “double feeding” (dubbele toevoer), doordat de grote klauwextractor de patroon vasthoudt vanaf het moment dat deze uit het magazijn komt tot het moment van uitwerping. Dit mechanisme minimaliseerde storingen en verbeterde de algehele betrouwbaarheid van het wapen, zelfs onder uitdagende omstandigheden.

Gasafvoer en veiligheid

Het Gewehr 98 was uitgerust met veiligheidskenmerken om de schutter te beschermen tegen het gevaar van gaslekken bij defecten van de patroon. De grendel had twee grote ovale gasafvoeropeningen aan de onderkant, en een gasafscherming aan de achterkant van de grendelhuls om vrijkomende gassen van het gezicht van de schutter af te leiden. Dit veiligheidsmechanisme was een cruciale innovatie, vooral in een tijd waarin de kwaliteit van munitie soms variabel kon zijn.

Viziermechanisme: het Lange Visier

Het Gewehr 98 was voorzien van een achtervizier, het zogenoemde Lange Visier, dat afstelbaar was van 400 tot 2.000 meter. Dit gebogen tangentiale vizier bood de schutter de mogelijkheid om het wapen nauwkeurig af te stellen voor verschillende afstanden. Het voorste vizier was een open post-type, dat samen met het achtervizier een robuuste en gemakkelijk te gebruiken richtlijn vormde. Deze opstelling was ideaal voor het richten op langeafstandsdoelen, hoewel het in de nauwe gevechten van de Eerste Wereldoorlog soms als een nadeel werd beschouwd.

Civiele aanpassingen en sportgebruik

De Mauser M 98 en het gebruik in de jacht

Na de Eerste Wereldoorlog werden veel Gewehr 98-geweren omgebouwd voor civiel gebruik. De Mauser M 98, een variant van het oorspronkelijke militaire geweer, werd een populaire keuze voor jagers en sportliefhebbers. Dit model werd aangeboden in verschillende kalibers en configuraties, en stond bekend om zijn betrouwbaarheid en precisie, kenmerken die het had geërfd van het militaire Gewehr 98.

De Mauser M 98 onderscheidde zich door zijn luxe afwerkingsopties, waaronder fijnere houtsoorten voor de kolf, gegraveerde details en verbeterde vizieren. Sommige modellen werden zelfs uitgerust met nieuwe veiligheidsvoorzieningen en trekkermechanismen die beter geschikt waren voor sportief schieten. Dit maakte het wapen een veelzijdige keuze voor zowel jagers als sportieve schutters.

Rechambering naar 8×60mm S en andere kalibers

Als gevolg van het Verdrag van Versailles werd het bezit en gebruik van standaard militaire munitie beperkt in Duitsland. Om te voldoen aan deze restricties werden veel Gewehr 98-geweren aangepast naar het 8×60mm S-kaliber. Deze patronen waren specifiek ontworpen om te passen in de originele magazijnen van de Gewehr 98 zonder structurele aanpassingen. Andere aanpassingen omvatten het gebruik van de 8×64mm S en de 9×57mm Mauser, die ook meer kracht boden dan de oorspronkelijke 7,92×57mm Mauser.

Internationale aanpassingen en gebruik

Czechoslowakije en de ontwikkeling van de vz. 24

Na de oprichting van Tsjecho-Slowakije in 1918 kocht het land grote aantallen Gewehr 98-geweren, die de basis vormden voor de ontwikkeling van de vz. 24. Deze nieuwe variant behield veel kenmerken van het Gewehr 98 maar was verbeterd en aangepast aan de behoeften van het Tsjechoslowaakse leger. De vz. 24 werd een commercieel succes en vond zijn weg naar verschillende landen over de hele wereld, waaronder Roemenië, China en Iran.

Gebruik in de Spaanse Burgeroorlog en andere conflicten

Het Gewehr 98 werd tijdens de Spaanse Burgeroorlog gebruikt door de nationalistische troepen onder leiding van generaal Francisco Franco. Veel van deze wapens werden na de oorlog geëxporteerd naar de Verenigde Staten, waar ze als goedkope sportgeweren werden verkocht.

Het Gewehr 98 in de Tweede Wereldoorlog en daarna

Het gebruik van het Gewehr 98 door de Wehrmacht

Hoewel het Gewehr 98 formeel werd vervangen door de Karabiner 98k als het standaardinfanteriewapen van de Wehrmacht in 1935, bleef het in gebruik bij sommige eenheden tijdens de Tweede Wereldoorlog. Door de grote aantallen geproduceerde Gewehr 98-geweren en hun bewezen betrouwbaarheid werden veel oudere exemplaren omgebouwd of aangepast om te voldoen aan de specificaties van de Karabiner 98k. Deze ombouw omvatte vaak het inkorten van de loop, het aanpassen van de grendelhendel en het vervangen van het Lange Visier door een eenvoudiger vizier.

Gevechten aan het Oostfront en binnen de Volkssturm

In de latere fasen van de oorlog, toen de behoefte aan wapens toenam, werd het Gewehr 98 ook toegewezen aan reservetroepen en de Volkssturm (de Duitse volksmilitie). Ondanks het feit dat het wapen verouderd was in vergelijking met moderne semiautomatische geweren, bleef het Gewehr 98 een betrouwbaar schietplatform vanwege zijn eenvoudige, robuuste ontwerp en het gebruik van standaard 7,92×57mm munitie, die overal in Duitsland beschikbaar was.

Naoorlogs gebruik en export

Na de Tweede Wereldoorlog werden veel Gewehr 98-geweren door de geallieerden buitgemaakt en verspreid over verschillende landen. In Nederland werden Duitse Mauserkarabijnen tijdelijk gebruikt door het leger en de politie, zowel in Nederland als in Nederlands-Indië. Sommige exemplaren werden aangepast om een andere functie te vervullen, zoals trainings- en ceremoniële geweren.

In Israël werden omgebouwde Gewehr 98-geweren gebruikt door de Haganah en later door het Israëlische leger. Veel van deze geweren werden omgebouwd naar het 7,62×51mm NAVO-kaliber nadat dit de standaardpatroon van Israël werd in 1958.

Civiele aanpassingen en sportmodellen na de oorlog

Rechambered en sporterized modellen

Na de oorlog werden veel Gewehr 98-geweren omgebouwd voor civiele en jachttoepassingen. Het populaire 8mm-06 wildcat-kaliber, een aangepaste versie van het 8×57mm IS-kaliber, werd vaak gebruikt vanwege de beschikbaarheid van .30-06 Springfield-hulsmateriaal. Deze ombouw maakte het mogelijk om een goedkoop en krachtig jachtgeweer te verkrijgen. Dergelijke aanpassingen moesten echter met zorg worden uitgevoerd om veiligheidsproblemen te voorkomen, zoals kogelhulsbreuk en lekkage van hogedrukgassen.

Het Gewehr 98 diende ook als basis voor schotgeweren die werden geconverteerd naar kalibers zoals 12, 16 en 20-gauge. Deze conversies waren over het algemeen niet geschikt voor modern gebruik vanwege de structurele aanpassingen die nodig waren om van een geweer een veilig schotgeweer te maken.

Invloed en erfenis van het Gewehr 98

Technische nalatenschap

Het Gewehr 98, met zijn M98-boltactie, heeft een blijvende invloed gehad op de ontwikkeling van militaire en jachtgeweren wereldwijd. Het ontwerp van de gecontroleerde toevoer en het drievoudige veiligheidssysteem wordt nog steeds beschouwd als een van de meest betrouwbare grendelsystemen en heeft veel latere modellen geïnspireerd, zoals de Amerikaanse M1903 Springfield en de Britse Lee-Enfield.

De technische eenvoud en betrouwbaarheid van het M98-systeem hebben ervoor gezorgd dat het tot op de dag van vandaag wordt gebruikt in hoogwaardige jachtgeweren en klonen van het originele ontwerp. Moderne fabrikanten blijven nieuwe versies van het M98-systeem ontwikkelen, wat getuigt van de blijvende populariteit en het respect voor de oorspronkelijke technologie van Mauser.

Conclusie

Het Gewehr 98 speelde een cruciale rol in de militaire geschiedenis van Duitsland en beïnvloedde de wereldwijde ontwikkeling van geweren. Vanaf zijn introductie in 1898 tot aan zijn gebruik in de Tweede Wereldoorlog en daarna, stond het symbool voor Duitse precisie en technologische vooruitgang. De robuustheid en betrouwbaarheid maakten het tot een wapen dat zowel door legers als jagers werd gewaardeerd. Het M98-systeem blijft een maatstaf voor veiligheid en efficiëntie, en zijn erfenis leeft voort in moderne bolt-action-geweren.

Bronnen en meer informatie

  1. Ball, Robert W. D. (2011). Mauser Military Rifles of the World. Iola: Gun Digest Books. ISBN 9781440228926.
  2. Afbeelding: Armémuseum (The Swedish Army Museum)CC BY-SA 4.0, via Wikimedia Commons
  3. Grant, Neil (2015). Mauser Military Rifles. Osprey Publishing. ISBN 9781472805942.
  4. Storz, Dr. Dieter. Gewehr & Karabiner 98: Die Schußwaffen 98 des deutschen Reichsheeres von 1898 bis 1918.
  5. Smith, Joseph E. (1969). Small Arms of the World. Harrisburg, Pennsylvania: The Stackpole Company. ISBN 9780811715669.
  6. Bronnen Mei1940