Lieutenant-Generaal Sir Noel Monson de la Poer Beresford-Peirse KBE, CB, DSO (22 december 1887 – 14 januari 1953), was een vooraanstaande Britse legerofficier die een lange en gevarieerde militaire carrière had. Hij diende in zowel de Eerste als de Tweede Wereldoorlog en speelde een cruciale rol in verschillende militaire campagnes, waaronder de Noord-Afrikaanse veldtocht en de Oost-Afrikaanse campagne. Naast zijn indrukwekkende militaire loopbaan bekleedde hij verschillende administratieve en instructieposities binnen het Britse leger. Dit artikel belicht zijn familieachtergrond, zijn huwelijken en zijn uitgebreide militaire carrière.
Inhouds opgave
Familieachtergrond
Noel Beresford-Peirse werd geboren in een familie met een rijke militaire traditie. Hij was de zoon van kolonel William John de la Poer Beresford-Peirse en Mary Chambers, de dochter van Thomas Chambers uit Aberfoyle, County Londonderry. Beresford-Peirse kwam uit een militaire afstamming; zijn overgrootvader was admiraal John Beresford en hij was verwant aan de Beresford-Peirse baronets. Dit sterke militaire erfgoed zou van invloed zijn op zijn eigen carrière binnen het Britse leger.
Hij genoot zijn opleiding aan Wellington College in Berkshire, een prestigieuze militaire school, en vervolgde zijn opleiding aan de Royal Military Academy in Woolwich. Deze academische voorbereiding was de basis voor zijn succesvolle carrière in de krijgsmacht.
Huwelijken
Beresford-Peirse trouwde drie keer, maar al zijn huwelijken bleven kinderloos. Zijn eerste huwelijk, in 1912, was met Hazel Marjorie Cochrane, de dochter van J.A. Cochrane uit Riverina, Australië. Dit huwelijk eindigde in een scheiding in 1924. Een jaar later, in 1925, trouwde hij met Jean Jameson, de enige dochter van chirurg-kapitein R.D. Jameson, CMG, van de Royal Navy. Helaas stierf Jean in 1926, slechts een jaar na hun huwelijk. In 1929 ging Beresford-Peirse een derde huwelijk aan met Katharine Camilla Colvin, de dochter van kolonel James Morris Colquhoun Colvin, die tijdens zijn leven het Victoria Cross had ontvangen.
Vroege militaire carrière
Beresford-Peirse begon zijn militaire loopbaan in 1907 toen hij werd benoemd tot officier bij de Royal Artillery. Zijn vroege diensttijd was gekenmerkt door zijn deelname aan de Eerste Wereldoorlog, waar hij op verschillende fronten diende. Hij werd aanvankelijk ingezet in Egypte in 1914, maar werd later overgeplaatst naar Mesopotamië en keerde uiteindelijk terug naar Egypte. Daarna diende hij in Frankrijk en België.
Tijdens de oorlog maakte hij indruk met zijn leiderschap en moed, waarvoor hij meerdere keren werd vermeld in officiële rapporten (Mentioned in Dispatches). In 1918 ontving hij de Distinguished Service Order (DSO), een van de hoogste onderscheidingen binnen het Britse leger voor dapperheid.
Na de Eerste Wereldoorlog volgde hij een opleiding aan het prestigieuze Staff College in Camberley van 1924 tot 1925. Hierna vervulde hij diverse rollen binnen de Royal Artillery in zowel Frankrijk als Groot-Brittannië. Zijn expertise en ervaring maakten hem een gerespecteerd officier binnen de militaire gemeenschap.
Interbellum en benoemingen in India
Tussen de twee wereldoorlogen bekleedde Beresford-Peirse verschillende administratieve en stafposities in het Verenigd Koninkrijk. In 1935 werd hij gepromoveerd en naar India gestuurd voor “speciale taken”. Daar diende hij twee jaar als instructeur aan de Senior Officers’ School in Belgaum, een belangrijke academie voor militaire training.
In 1939 werd hij benoemd tot brigadier bij de Royal Artillery van het Southern India Command. Tijdens deze periode diende hij ook als adjudant van koning George VI, wat zijn reputatie als een invloedrijke en betrouwbare officier verder versterkte.
Tweede Wereldoorlog: Noord-Afrika en Oost-Afrika
Met het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog werd Beresford-Peirse benoemd tot commandant van de artillerie van de Indiase 4e Infanteriedivisie, die destijds gestationeerd was in Egypte. Zijn leiderschap en strategisch inzicht leidden tot zijn promotie tot commandant van deze divisie in augustus 1940.
Onder zijn bevel speelde de Indiase 4e Infanteriedivisie een cruciale rol in Operatie Compass, een succesvolle militaire campagne in Noord-Afrika tegen de Italiaanse troepen. De veldtocht betekende een belangrijke overwinning voor de geallieerden in de vroege jaren van de oorlog. Bovendien leidde hij de divisie tijdens de Oost-Afrikaanse campagne in Soedan, waar ze met succes de Italiaanse strijdkrachten wisten terug te dringen.
In maart 1941 werd Beresford-Peirse onderscheiden met de titel Knight Commander of the Order of the British Empire (KBE), een erkenning voor zijn buitengewone prestaties en toewijding aan het Britse leger.
Commandant van de Western Desert Force en verdere campagnes
Op 14 april 1941 kreeg Beresford-Peirse het bevel over de Western Desert Force, die later werd omgedoopt tot het XIII Corps. Dit korps speelde een sleutelrol in de veldslagen in Noord-Afrika tegen de Duitse Afrikakorps, onder leiding van veldmaarschalk Erwin Rommel.
Na zijn dienst in Noord-Afrika keerde Beresford-Peirse terug naar India, waar hij in oktober 1941 werd benoemd tot commandant van de Britse strijdkrachten in Soedan. In april 1942 nam hij het bevel over het XV Corps van het Indiase leger en in juni 1942 werd hij benoemd tot commandant van het Southern Army in India, een positie die hij bekleedde tot 31 maart 1945. Tijdens deze periode lag zijn focus op de verdediging van Brits-Indië en de opleiding van troepen voor operaties in Zuidoost-Azië.
Naoorlogse periode en pensioen
Na het einde van de Tweede Wereldoorlog bleef Beresford-Peirse in dienst van het leger als Welfare General van het Indiase commando tussen april 1945 en 1946. Zijn rol in de nasleep van de oorlog was vooral gericht op het welzijn van de soldaten en hun integratie in de samenleving na hun militaire dienst.
Op 13 juni 1947 ging Beresford-Peirse officieel met pensioen en trad toe tot de Reserve van Officieren van het Britse leger. Hij overleed op 14 januari 1953.
Conclusie
Lieutenant-Generaal Sir Noel Monson de la Poer Beresford-Peirse had een indrukwekkende en invloedrijke militaire carrière. Hij diende met onderscheiding in beide wereldoorlogen en droeg bij aan enkele van de meest cruciale geallieerde overwinningen in Noord-Afrika en Oost-Afrika. Zijn leiderschap, strategisch inzicht en toewijding aan zijn land maakten hem een gerespecteerd officier binnen het Britse leger. Hoewel hij geen kinderen had en zijn huwelijken tragisch eindigden, laat hij een blijvende erfenis achter door zijn bijdragen aan de militaire geschiedenis van de 20e eeuw.
Bronnen en meer informatie
- Liddell Hart, B. H. The History of the Second World War. Cassell, 1970.
- Mead, Richard. Churchill’s Lions: A Study of the British Generals of the Second World War. Spellmount, 2007.
- Bronnen Mei1940
- Playfair, Major-General I. S. O. The Mediterranean and Middle East, Volume I: The Early Successes Against Italy (to May 1941). HMSO, 1954.