Invasie van Noorwegen 8 april 1940

Operatie Weserubung
Operatie Weserubung

Operatie Weserübung, de gezamenlijke amfibische en luchtlandingsaanval op Noorwegen en Denemarken die begon op 8 april 1940, markeert een cruciaal moment in de Tweede Wereldoorlog. Deze aanval was essentieel voor Duitsland vanwege de strategische maritieme posities en de toegang tot vitale grondstoffen zoals ijzererts die Noorwegen bood. Desondanks protesteerde Noorwegen fel tegen inbreuken op hun neutraliteit, vooral tegen het leggen van mijnen door de geallieerden in hun territoriale wateren, wat directe gevolgen had voor de Duitse scheepvaart.

Voorbereidingen van de Asmogendheden

De operatie werd uitgevoerd door 6 regimenten, een bataljon parachutisten, 1000 vliegtuigen en 30 onderzeeërs, met het doel om in één snelle actie Noorwegen onder Duitse controle te brengen. Adolf Hitler, de Führer van Nazi-Duitsland, besloot tot deze ingrijpende aanval nadat Frankrijk en Engeland Duitsland gewaarschuwd hadden hun schepen uit de Noorse wateren te houden. De noodzaak voor verrassing en snelheid was cruciaal, gezien de sterkere geallieerde vloot die potentiële Duitse operaties kon dwarsbomen.

De rol van Vidkun Quisling

Een sleutelfiguur in de voorbereidingen was Vidkun Quisling, een voormalige Noorse militair en minister die met de Duitsers samenwerkte. Zijn verraad was cruciaal in het verstrekken van informatie die de aanval faciliteerde. Dit verraad versterkte de vermogen van Duitsland om een plotselinge en overrompelende aanval uit te voeren.

De Uitvoering van de Invasie

Aanval onder Valse Vlaggen

Op de vroege ochtend van 8 april 1940 begon de daadwerkelijke invasie van Noorwegen. Duitse troepen, verborgen in schepen die als onschuldige vrachtschepen vermomd waren, stroomden uit de ruimen in de havens zoals Narvik en Kristiansand. Bijzonder was dat enkele Duitse oorlogsschepen onder Franse vlag binnen voeren, een tactiek die de Noorse verdediging in verwarring bracht. Een vervalst telegram, zogenaamd afkomstig van de Noorse minister van buitenlandse zaken, droeg bij aan deze verwarring door Noorse commandanten op te dragen het vuur niet te openen op de binnenkomende Duitse schepen.

Lucht- en Zeelandingen

Parallel aan de amfibische aanvallen werden luchtlandingen uitgevoerd op strategische locaties door heel Noorwegen. De Duitsers hadden de elementen van verrassing en snelheid volledig aan hun zijde en wisten snel belangrijke Noorse havens en luchthavens in te nemen. De operatie was gedetailleerd voorbereid met troepen en wapentuig die dagen van tevoren naar het noorden waren verzonden, verborgen in kolenschepen richting Narvik.

Eerste Reacties en Verdediging

Hoewel de invasie enigszins onverwachts kwam, hadden de geallieerden enkele voorafgaande signalen opgemerkt die wezen op een mogelijke aanval. Op de avond voor de invasie had een Britse onderzeeër,  een Duitse vlooteenheid waargenomen die richting de Noorse kust voer. Dit, samen met de concentratie van Duitse schepen in de haven van Stettin, had alarmbellen moeten laten rinkelen. De Noorse volledige mobilisatie werd te laat afgekondigd, en hoewel de Engelse Home Fleet de basis Scapa Flow verliet, slaagden zij er niet in tijdig contact te maken met de Duitse zeestrijdkrachten.

Op 8 april meldde de torpedobootjager Glowworm via de radio dat zij in de Noordzee de Duitse kruiser Admiral Hipper had waargenomen. Direct daarop werd de radio van de Glowworm uitgeschakeld door Duits kanonvuur. Later bleek dat de Glowworm in een confrontatie met de Admiral Hipper de kruiser had geramd, waardoor deze aanzienlijke schade opliep.

Vroege Successen en Tegenslagen

De Duitsers leden zware verliezen tijdens de eerste aanvallen, zoals de zinking van de zware kruiser Blücher door oud Noors kustgeschut, wat resulteerde in honderden Duitse doden. Ondanks deze tegenslagen bleek de aanval grotendeels succesvol; steden zoals Oslo en Kristiansand werden snel onder controle gebracht. De Luftwaffe had vrij spel in het Noorse luchtruim, wat een bepalende factor was in het ondersteunen van de grondtroepen en het belemmeren van geallieerde reacties.

Geallieerde Interventie en Verdere Operaties

Geallieerde Reactie op de Invasie

Na de initiële succesvolle invasie door Duitse troepen, trachtten de geallieerden snel Noorwegen te hulp te komen. Drie afzonderlijke expedities werden gelanceerd: een Brits expeditieleger landde op 15 april in Narvik, terwijl andere geallieerde troepen op 16 april in Namsos, en op 17 april in Åndalsnes landden. Deze pogingen verliepen echter niet voorspoedig; de Britten en hun bondgenoten werden geconfronteerd met hevige weerstand van goed voorbereide en ervaren Duitse troepen.

Logistieke Moeilijkheden en Tegenslagen

De geografische en klimatologische uitdagingen van Noorwegen maakten de geallieerde operaties bijzonder moeilijk. De geallieerde troepen, die onvoldoende logistieke ondersteuning en luchtsteun hadden, vonden zichzelf vaak geïsoleerd en onder constante aanval van de Duitse Luftwaffe. Hun vooruitgang door het ruige Noorse landschap was traag en werd gekenmerkt door zware verliezen.

Terugtrekking uit Noorwegen

De situatie voor de geallieerde troepen werd steeds benauwder, wat leidde tot een onvermijdelijke terugtrekking. De expedities naar Namsos en Åndalsnes werden eind april ontruimd, en de operaties om Narvik te behouden, ondanks enige successen, begonnen te wankelen. Winston Churchill gaf toe dat het falen om Narvik te behouden een grote ramp zou betekenen, gezien de strategische waarde van de stad voor de controle over de ijzerertsbronnen.

De Strijd om Narvik

De veldslagen rond Narvik waren intens, met zware gevechten tussen de geallieerde en Duitse troepen. Narvik werd uiteindelijk tijdelijk heroverd door de geallieerden, mede dankzij de inzet van het slagschip HMS Warspite. Tijdens deze slag vernietigde de HMS Warspite in totaal zeven Duitse torpedobootjagers. Dit gebeurde tijdens een actie in het Vestfjord

Deze overwinningen waren echter kortstondig, gezien de uiteindelijke noodzaak voor de geallieerden om zich terug te trekken onder druk van de Duitse versterkingen en aanhoudende aanvallen.

Conclusie en Evaluatie van Operatie Weserübung

De Impact van de Operatie

Operatie Weserübung resulteerde uiteindelijk in een strategische overwinning voor Duitsland, ondanks de aanvankelijke zware verliezen en de hevige geallieerde tegenstand. De Duitse controle over Noorwegen bood niet alleen toegang tot cruciale maritieme routes en grondstoffen maar verzekerde ook de Duitse marine van belangrijke steunpunten langs de Noorse kust. Deze overwinning had significante gevolgen voor de verdere verloop van de oorlog, met name in de strijd om de Atlantische Oceaan.

Laatste Gevechten en Duitse Dominantie

De geallieerde terugtrekking uit Noorwegen eindigde met een aantal gedurfde maar desastreuze pogingen om de Duitse troepen te verdrijven. Op 4 juni lanceerde de Duitse marine onder leiding van de slagkruisers Scharnhorst en Gneisenau een aanval, wat resulteerde in de vernietiging van diverse geallieerde bevoorradingsschepen. De aanval culmineerde op 8 juni met het tot zinken brengen van het vliegdekschip HMS Glorious en twee begeleidende torpedobootjagers, een zware slag voor de geallieerde zeestrijdkrachten.

Strategische en Humanitaire Consequenties

De langdurige bezetting van Noorwegen door Duitse troepen had diepgaande humanitaire en strategische implicaties. De bezetting zette de deur open voor verdere Duitse expansie en versterkte hun positie in Scandinavië. Echter, de weerstand tegen de Duitse overheersing bleef gedurende de gehele oorlog bestaan, zowel vanuit de Noorse bevolking als vanuit geallieerde ondersteuningsacties.

Reflectie op Operatie Weserübung

De aanval op Noorwegen toont de complexiteit van militaire planning en uitvoering, waarbij de combinatie van verrassing, snelheid, en brute kracht vaak tegenover strategische voorzichtigheid en diplomatieke afwegingen staat. Het illustreert ook de invloed van militaire acties op de burgerbevolking en de gevolgen van oorlog op nationale soevereiniteit en internationale relaties.

Bronnen

  1. Churchill, W. (1948). The Second World War.
  2. Beevor, A. (2012). The Second World War.
  3. Norges hjemmefrontmuseum. [Online beschikbaar].
  4. Diverse overheidsarchieven en militaire verslagen.
  5. Bronnen Mei1940