Jean Bart was een Frans snel slagschip en het tweede schip van de Richelieu-klasse. Ontworpen als reactie op de Italiaanse Littorio-klasse slagschepen, werd Jean Bart gekenmerkt door zijn ongebruikelijke indeling, waarbij de hoofdbatterijen volledig voorin waren geplaatst. Hoewel het schip tijdens de Tweede Wereldoorlog niet voltooid was, bleef het een symbool van de Franse marine. Jean Bart speelde een rol in enkele belangrijke gebeurtenissen, zoals de slag om Casablanca tijdens Operatie Torch, en werd pas na de oorlog voltooid.
Inhouds opgave
De bouw van Jean Bart
Toen Italië in 1934 aankondigde te beginnen met de bouw van twee Littorio-klasse slagschepen, besloot Frankrijk om onmiddellijk te reageren. De nieuwe Franse Richelieu-klasse, waartoe Jean Bart behoorde, was een schaalvergroting van de voorgaande Dunkerque-klasse. De Richelieu-schepen werden ontworpen om te voldoen aan de eisen van de Washington Naval Treaty, die een limiet van 35.000 ton oplegde aan slagschepen.
Jean Bart werd op 12 december 1936 op stapel gezet in Saint-Nazaire, maar vanwege beperkte middelen en personeel verliep de bouw traag. Bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog in september 1939 werd de bouw echter versneld om het schip inzetbaar te maken.
Specificaties Jean Bart
Jean Bart had een standaard waterverplaatsing van 37.250 ton en een volle belading van 43.992 ton. Het schip was 247,85 meter lang, 33,08 meter breed, en had een maximale diepgang van 9,9 meter. De hoofdmotor bestond uit vier Parsons-stoomturbines en zes Sural-watertobuisketels, wat een totaal vermogen van 155.000 pk opleverde en het schip in staat stelde een topsnelheid van 32 knopen (59 km/u) te behalen.
De bewapening van Jean Bart bestond uit acht 380 mm/45 Modèle 1935 kanonnen, geplaatst in twee viervoudige torens, allebei aan de voorkant van het schip. De secundaire bewapening bestond uit negen 152 mm kanonnen, twaalf 100 mm luchtafweerkanonnen, acht 37 mm luchtafweerkanonnen en twintig 13,2 mm machinegeweren. De bepantsering van het schip was eveneens indrukwekkend, met een maximaal pantser van 430 mm op de torens en 330 mm op de pantsergordel.
Vlucht naar Casablanca
In mei 1940, terwijl Duitse troepen Frankrijk binnentrokken, was Jean Bart nog niet voltooid. De Franse marine besloot het schip zo snel mogelijk uit de handen van de vijand te houden. Ondanks dat het schip slechts één van zijn hoofdturrets geïnstalleerd had, werd het op 19 juni 1940 naar Casablanca gesleept, waar het relatief veilig zou zijn van de Duitse bezetters.
Tijdens deze operatie werd het schip onder vuur genomen door Duitse vliegtuigen, maar wist het zware schade te voorkomen. Na aankomst in Casablanca werd de bewapening van het schip versterkt en het bleef daar gedurende de oorlog in een onafgemaakte staat liggen.
Jean Bart en Operatie Torch
In november 1942 begon Operatie Torch, de geallieerde invasie van Frans Noord-Afrika. Jean Bart speelde een belangrijke rol in de verdediging van Casablanca tegen de Amerikaanse aanval. Ondanks dat het schip slechts één van zijn hoofdbatterijen operationeel had, nam het deel aan de gevechten en vuurde het enkele schoten af op het Amerikaanse slagschip USS Massachusetts.
Tijdens de gevechten werd Jean Bart zwaar beschadigd door Amerikaanse duikbommenwerpers. Ondanks de aanzienlijke schade wist het schip te blijven drijven, maar het kon niet langer effectief deelnemen aan de gevechten. Dit was een belangrijke gebeurtenis in de maritieme geschiedenis, aangezien het schip een belangrijke verdediging vormde voor de Franse troepen in Casablanca.
Reparaties in Casablanca
Na Operatie Torch werd Jean Bart hersteld in Casablanca. Er werd overwogen om het schip naar de Verenigde Staten te brengen voor volledige reparaties, maar de Amerikaanse marine was niet geïnteresseerd. Jean Bart bleef gedurende de rest van de oorlog in Casablanca, waar het diende als opleidingsschip.
Na de oorlog: Afbouw en actieve dienst
Na de oorlog werd de toekomst van Jean Bart besproken. Er werden verschillende opties overwogen, waaronder de conversie naar een vliegdekschip of het afmaken als een volwaardig slagschip. Uiteindelijk werd besloten om het schip als slagschip af te maken, een proces dat enkele jaren duurde. De afbouw werd voltooid in 1955, waarna Jean Bart eindelijk in actieve dienst trad.
Operationele inzet
In 1956 nam Jean Bart deel aan de Franse interventie tijdens de Suezcrisis. Het schip voerde een korte bombardement uit op de Egyptische stad Port Said. Ondanks deze militaire operatie bleef het schip in de jaren daarna voornamelijk in de reserve, waar het diende als opleidings- en logementschip.
Jean Bart werd in 1957 in de reserve geplaatst en deed vanaf dat moment nauwelijks nog actieve dienst. Het schip werd uiteindelijk in 1961 definitief uit dienst genomen.
De laatste jaren en de ontmanteling
Jean Bart bleef tot 1970 in de inventaris van de Franse marine, hoewel het schip al sinds 1961 niet meer operationeel was. Uiteindelijk werd het schip op 21 mei 1970 verkocht voor de sloop. Ondanks dat het schip nooit volledig operationeel werd tijdens de Tweede Wereldoorlog, speelde het een belangrijke rol in de Franse marine en fungeerde het later als testplatform voor nieuwe wapens en radarapparatuur.
Conclusie
Jean Bart was een fascinerend voorbeeld van maritieme technologie en een symbool van Franse vastberadenheid tijdens en na de Tweede Wereldoorlog. Hoewel het schip nooit volledig werd ingezet zoals oorspronkelijk bedoeld, weerspiegelt zijn geschiedenis de complexiteit van oorlogvoering en de uitdagingen van technologische ontwikkeling in de eerste helft van de 20e eeuw. Jean Bart diende uiteindelijk als een nuttig testplatform voor nieuwe wapentechnologieën en bleef een icoon in de Franse maritieme geschiedenis.
Bronnen en meer informatie
- Jordan, J., & Dumas, R. (2009). French Battleships 1922-1956. Seaforth Publishing.
- Chesneau, R. (2004). Conway’s All the World’s Fighting Ships 1922–1946. Conway Maritime Press.
- Afbeelding: Unknown US Navy pilot (US Navy official photograph), Public domain, via Wikimedia Commons
- Bronnen Mei1940