
Herta Ehlert (geboren Liess; 26 maart 1905 – 4 april 1997) was een vrouwelijke bewaker in verschillende concentratiekampen tijdens de Holocaust. Ze vervulde haar taken als kampbewaakster onder het regime van de Schutzstaffel (SS) en werd na de oorlog berecht vanwege haar betrokkenheid bij nazi-misdaden.
Inhouds opgave
Werkzaamheden tijdens de Tweede Wereldoorlog
Vroege Carrière en Start in de SS
Ehlert werkte aanvankelijk als assistent in een bakkerij voordat ze op 15 november 1939 werd opgeroepen door het Arbeidsbureau voor werk binnen de Schutzstaffel. Volgens haar eigen verklaringen begon ze als “novice” in het Ravensbrück-concentratiekamp. Haar taken omvatten toezicht houden op arbeiders en ervoor zorgen dat burgers geen contact hadden met gevangenen.
In 1942 werd ze overgeplaatst naar Majdanek, een concentratiekamp bij Lublin, Polen. Ehlert beweerde dat deze overplaatsing een straf was omdat ze gevangenen te vriendelijk behandelde, zoals door hen voedsel te geven en straffen te vermijden. Uit latere getuigenverklaringen bleek echter dat ze juist profiteerde van haar rol, onder meer door betere arbeidsomstandigheden en bonussen.
Transfers naar Andere Kampen
Gedurende de oorlog vervulde Ehlert diverse functies in verschillende concentratiekampen:
- Kraków (1944): Ze werd daarheen overgeplaatst vanwege haar vermeende vriendelijkheid tegenover gevangenen. Tijdens haar tijd in Kraków volgde ze aanvullende trainingen onder leiding van Dorothea Binz, wat resulteerde in een strengere benadering van haar taken.
- Auschwitz en Rajsko: Hier was ze verantwoordelijk voor het toezicht op vrouwen die in dwangarbeidcommando’s werkten. Later werd ze naar het subkamp in Rajsko gestuurd.
- Bergen-Belsen: In de laatste fase van de oorlog werd ze adjunct-kampleidster onder Elisabeth Volkenrath en Irma Grese. Deze positie gaf haar aanzienlijke macht over het kampbeheer.
Gedrag en Beoordeling door Overlevenden
Getuigen zoals Halina Nelken beschreven Ehlert als wreed en geslepen. Nelken herinnerde zich dat Ehlert gevangenen doorzocht op waardevolle voorwerpen en hen streng bestrafte. In het kamp Plaszów, waar ze toezicht hield op de keuken, was Ehlert berucht vanwege haar willekeurige straffen en vernederingen.
Berechting en Straf na de Oorlog
Arrestatie en Belsenproces
Na de bevrijding van het Bergen-Belsen-concentratiekamp door het Britse leger in april 1945, werd Herta Ehlert gearresteerd. Ze werd aangeklaagd tijdens het beroemde Belsenproces, waar ze terechtstond als verdachte #8. In dit proces werden 45 personen aangeklaagd wegens oorlogsmisdaden, waaronder systematische mishandelingen, moorden en wreedheden gepleegd tegen kampgevangenen.
Tijdens het proces ontkende Ehlert de meeste beschuldigingen, waaronder die van mishandeling en diefstal. Ze bleef volhouden dat ze handelde op bevel en geen directe betrokkenheid had bij ernstige misdaden. Niettemin werden haar verklaringen door getuigenissen tegengesproken. Ze werd schuldig bevonden voor haar betrokkenheid bij misdaden in Bergen-Belsen, maar werd vrijgesproken van soortgelijke beschuldigingen in Auschwitz.
Vonnis en Strafvermindering
Herta Ehlert werd aanvankelijk veroordeeld tot een gevangenisstraf van 15 jaar. Deze straf werd later gereduceerd tot 12 jaar. In mei 1953, na het uitzitten van minder dan tien jaar, werd ze vervroegd vrijgelaten. De precieze redenen voor haar strafvermindering zijn niet volledig gedocumenteerd, maar dit was destijds een gebruikelijke praktijk bij veel voormalige nazi-functionarissen.
Het Leven na de Oorlog
Na haar vrijlating uit de gevangenis nam Herta Ehlert een laag profiel aan en leefde ze verder onder de naam Herta Naumann. Over haar latere leven is weinig bekend, maar ze hertrouwde en leefde tot op hoge leeftijd. Ze overleed op 4 april 1997 op 92-jarige leeftijd.
Conclusie
Herta Ehlert’s rol in verschillende concentratiekampen illustreert hoe individuen deelnamen aan de onderdrukking en vernietiging tijdens het nazi-regime. Hoewel ze later beweerde slechts bevelen te hebben opgevolgd, laten getuigenverklaringen een ander beeld zien van haar gedrag tegenover gevangenen. Haar berechting in het Belsenproces markeert een belangrijke stap in het vastleggen van verantwoordelijkheid voor oorlogsmisdaden.
Bronnen en meer informatie
- Afbeelding: Silverside (Sgt) No 5 Army Film & Photographic Unit, Public domain, via Wikimedia Commons
- Belton, Neil (2012). The Good Listener: Helen Bamber: A Life Against Cruelty. London: Faber & Faber. ISBN 978-0-571-29527-2.
- Williams, A. T. (2016). A Passing Fury: Searching for Justice at the End of World War II. London: Random House. ISBN 978-1-4481-9176-5.
- Baxter, Ian (2014). Belsen and Its Liberation. Barnsley: Pen and Sword. ISBN 978-1-4738-3859-8.
- Wynn, Stephen (2020). Holocaust: The Nazis’ Wartime Jewish Atrocities. Barnsley: Pen and Sword. ISBN 978-1-5267-2822-7.
- Mailänder, Elissa (2015). Female SS Guards and Workaday Violence: The Majdanek Concentration Camp, 1942-1944. East Lansing: MSU Press. ISBN 978-1-62895-231-5.
- Bronnen Mei1940