De Havilland DH.82 Tiger Moth: Historie en Ontwerp

Twee Tiger Moths maken zich klaar voor opstijgen. Iran gebruikte bijna 100 van deze trainers binnen de Iraanse Luchtmacht (IIAF).
Twee de Havilland Tiger Moths stonden klaar voor training, een type dat in de jaren 1930 en 1940 veel werd gebruikt.

De Havilland DH.82 Tiger Moth was een tweedekker uit de jaren 1930, ontworpen door Geoffrey de Havilland en geproduceerd door de de Havilland Aircraft Company. Dit toestel werd voornamelijk gebruikt door de Britse Royal Air Force (RAF) als trainingsvliegtuig. Tijdens de Tweede Wereldoorlog vond het vliegtuig ook andere toepassingen, zoals maritieme patrouilles, defensieve voorbereidingen tegen invasies en zelfs lichte bombardementstaken. Na de oorlog vond het toestel een tweede leven in de civiele luchtvaart en recreatieve luchtvaart, waarin het wereldwijd populair bleef.

Ontwerp en Ontwikkeling

Oorsprong van de Ontwikkeling

Geoffrey de Havilland wilde met de Tiger Moth een vliegtuig ontwerpen dat zowel superieur als veelzijdig was in vergelijking met eerdere ontwerpen zoals de DH.60 Moth. De ontwerpfocus lag op een toestel dat geschikt was voor zowel militaire als civiele toepassingen, waaronder trainingsdoeleinden en privégebruik. Een belangrijke inspiratiebron voor de DH.82 was de DH.71 Tiger Moth, een eendekker met een krachtige Gipsy-motor. Verschillende technologische verbeteringen die bij de DH.71 werden geïntroduceerd, werden geïntegreerd in het ontwerp van de DH.82.

Een van de meest opmerkelijke aanpassingen betrof de toegankelijkheid van de cockpit. Om evacuatie met een parachute te vergemakkelijken, werd de bovenste vleugel naar voren geplaatst, gecombineerd met een lichte achterwaartse vleugelsweep. Dit zorgde voor een verbeterde balans en veiligheid, zonder afbreuk te doen aan de prestaties van het toestel.

Het Eerste Prototype

Het eerste prototype, genaamd E6, maakte zijn maiden flight op 26 oktober 1931. Het toestel werd gevlogen door testpiloot Hubert Broad en bleek al snel geschikt als basisopleidingsvliegtuig voor de RAF. Dit leidde tot de bouw van de eerste productieserie van 35 toestellen. Het prototype voldeed aan de specificaties van het Britse luchtvaartministerie, waaronder verbeterde zichtbaarheid en een versterkte structuur.

Productie en Verspreiding

Wereldwijde Productie

De massaproductie van de Tiger Moth begon in 1931. Tijdens de piek van de productieperiode had de Havilland moeite om zowel de militaire als civiele vraag bij te benen. Naast het Verenigd Koninkrijk werd het vliegtuig ook in andere landen geproduceerd, zoals Canada, Australië en Nieuw-Zeeland. Deze buitenlandse fabrieken pasten het ontwerp aan aan lokale omstandigheden. Zo werden in Canada bijvoorbeeld cockpitverwarming en een versterkt landingsgestel toegevoegd voor gebruik in koude klimaten.

In totaal werden er meer dan 8.800 toestellen geproduceerd, waarvan een groot deel tijdens de Tweede Wereldoorlog. De productie in Groot-Brittannië stopte in 1945, maar in andere landen bleef men nog jaren doorbouwen en modificaties maken.

Civiele Markt en Alternatieve Gebruiken

Na de oorlog kwamen veel Tiger Moths op de civiele markt terecht. De toestellen werden populair bij vliegclubs en particulieren vanwege hun eenvoudige onderhoud en lage kosten. Ook werden ze ingezet voor rollen zoals luchtreclame, cropdusting en sleepvliegtuigen voor zweefvliegtuigen.

Operationele Geschiedenis

Gebruik in de Tweede Wereldoorlog

Bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog beschikte de RAF over ongeveer 500 Tiger Moths. Deze werden ingezet voor de initiële vliegopleiding van piloten binnen het Britse Commonwealth Air Training Plan. De dociele vliegkenmerken van het toestel maakten het een ideaal lesvliegtuig, maar de Tiger Moth bleek ook veeleisend genoeg om de vaardigheden van beginnende piloten te testen.

Antiluchtmachtdoelen en Maritieme Surveillance

De Tiger Moth werd tijdens de oorlog voor enkele minder gebruikelijke taken ingezet. Het werd gebruikt als een doelvliegtuig voor luchtafweertraining, waarbij pilotenloze versies onder de naam Queen Bee werden ingezet. Daarnaast werden de toestellen aangepast voor maritieme surveillancemissies, waarbij ze ongebruikelijke tactieken gebruikten, zoals het vervoeren van postduiven om noodsignalen door te geven.

Innovaties en Bijzondere Toepassingen

Aanpassingen voor Militaire Doelen

Tijdens de Tweede Wereldoorlog werden enkele Tiger Moths aangepast voor taken die verder gingen dan training. Een bijzonder voorbeeld is het gebruik van de Tiger Moth als lichte bommenwerper in het kader van Operation Banquet. Deze toestellen werden uitgerust met bomrekken, waarmee kleine bommen van 11,5 kilogram konden worden vervoerd en gedropt. Hoewel dit gebruik voornamelijk bedoeld was als een defensieve maatregel tijdens een mogelijke invasie, bleek het in de praktijk een noodoplossing zonder strategisch voordeel.

Een andere opvallende toepassing was de zogenaamde “paraslasher”. Dit was een scythe-achtige constructie, bedoeld om parachutes van vijandelijke parachutisten te vernietigen terwijl zij landden. Hoewel deze innovatie effectief bleek tijdens tests, werd het nooit operationeel gebruikt. Daarnaast werd het toestel geëxperimenteerd als sproeivliegtuig om rattenvergif of chemische stoffen te verspreiden, maar deze rol bleef beperkt tot experimentele doeleinden.

Naoorlogse Toepassingen

Na de oorlog kwam de Tiger Moth in grote aantallen beschikbaar op de civiele markt. De toestellen werden vooral gebruikt in recreatieve luchtvaart en voor vlieglessen. Veel vliegtuigen werden omgebouwd voor specifieke doeleinden, waaronder:

  • Luchtacrobatiek: De Tiger Moth werd populair voor luchtshows vanwege de wendbaarheid en klassieke uitstraling.
  • Luchtreclame: Het toestel was geschikt voor het slepen van banners.
  • Landbouwtoepassingen: In Nieuw-Zeeland werden Tiger Moths omgebouwd tot sproeivliegtuigen voor het verspreiden van kunstmest en bestrijdingsmiddelen. Dit markeerde een vroege ontwikkeling in de landbouwluchtvaart.

Technische Specificaties van de De Havilland DH.82 Tiger Moth

De Tiger Moth stond bekend om zijn robuuste en functionele ontwerp, dat was gericht op eenvoud en betrouwbaarheid. Hier volgen enkele van de belangrijkste technische specificaties:

Algemene Kenmerken

  • Bemanning: 2 (in tandem-opstelling)
  • Lengte: 7,29 meter
  • Spanwijdte: 8,94 meter
  • Hoogte: 2,67 meter
  • Vleugeloppervlak: 22,2 vierkante meter
  • Leeggewicht: 506 kilogram
  • Maximaal startgewicht: 828 kilogram

Prestatie

  • Maximale snelheid: 175 km/u
  • Reissnelheid: 108 km/u
  • Bereik: 486 kilometer
  • Dienstplafond: 4.100 meter
  • Stijgsnelheid: 3,42 meter per seconde

Aandrijving

  • Motor: de Havilland Gipsy Major I (inverted inline 4-cilinder), 130 pk
  • Propeller: Twee-bladig, vaste spoed

Cultureel Erfgoed en Moderne Gebruiken

Vandaag de dag blijven tientallen Tiger Moths luchtwaardig, mede dankzij intensieve restauratieprojecten. Het toestel is populair bij luchtvaartenthousiastelingen en wordt vaak gebruikt voor nostalgische rondvluchten, vliegshows en vlieglessen. Diverse musea, waaronder het Imperial War Museum Duxford en het Canada Aviation and Space Museum, tonen zorgvuldig bewaarde exemplaren.

De de Havilland Moth Club, opgericht in 1975, ondersteunt eigenaren en piloten van de Tiger Moth. Deze club biedt technische ondersteuning en organiseert evenementen om de nalatenschap van het toestel in ere te houden.

Conclusie

De de Havilland DH.82 Tiger Moth speelt een bijzondere rol in de luchtvaartgeschiedenis. Vanwege zijn veelzijdigheid, eenvoudige ontwerp en robuuste prestaties heeft het vliegtuig zowel militaire als civiele toepassingen gehad. Het toestel is van groot belang geweest in de opleiding van piloten tijdens de Tweede Wereldoorlog en heeft bijgedragen aan de ontwikkeling van de moderne luchtvaart, vooral in landbouwtoepassingen en recreatieve luchtvaart. Het tijdloze ontwerp van de Tiger Moth zorgt ervoor dat het toestel ook vandaag de dag nog een iconische status geniet.

Bronnen en meer informatie

  1. Afbeelding: IIAF, Public domain, via Wikimedia Commons
  2. Bain, Gordon (1992). De Havilland: A Pictorial Tribute. London: AirLife. ISBN 978-1-85648-243-6.
  3. Bransom, Alan (1991). The Tiger Moth Story (4e editie). Shrewsbury: Airlife Publishing Ltd. ISBN 978-0-906393-19-1.
  4. Jackson, A.J. (1966). The de Havilland Tiger Moth: Aircraft Profile No. 132. Leatherhead: Profile Publications Ltd. ISBN 978-1-85310-001-7.
  5. McKay, Stuart (1998). Tiger Moth. New York: Orion Books. ISBN 978-0-517-56864-8.
  6. Ketley, Barry & Rolfe, Mark (1996). Luftwaffe Fledglings 1935–1945: Luftwaffe Training Units and their Aircraft. Aldershot: Hikoki Publications. ISBN 978-0-9519899-2-1.
  7. Bronnen Mei1940