USS Paul Jones (DD-230): Een Clemson-klasse Torpedobootjager

USS Paul Jones was een Clemson-klasse torpedobootjager uit WOII en vocht in de Slag in de Javazee
USS Paul Jones was een Clemson-klasse torpedobootjager uit WOII en vocht in de Slag in de Javazee

De USS Paul Jones (DD-230/AG-120) was een Clemson-klasse torpedobootjager in de Amerikaanse marine tijdens de Tweede Wereldoorlog. Als derde schip dat de naam droeg van de legendarische marineofficier John Paul Jones, speelde de USS Paul Jones een rol in verschillende maritieme operaties gedurende haar diensttijd.

Constructie en Indienststelling

De bouw van de USS Paul Jones begon op 23 december 1919 in de scheepswerf van William Cramp & Sons in Philadelphia, Pennsylvania. Het schip werd te water gelaten op 30 september 1920, met Miss Ethel Bagley als sponsor. De indienststelling vond plaats op 19 april 1921. De Clemson-klasse torpedobootjagers, waartoe de USS Paul Jones behoorde, waren ontworpen voor snelheid en wendbaarheid.

Algemene Kenmerken van de USS Paul Jones (DD-230)

  • Klasse en type: Clemson-klasse torpedobootjager
  • Waterverplaatsing: 1.215 ton
  • Lengte: 314 voet 4 inch (95,81 meter)
  • Breedte: 30 voet 8 inch (9,35 meter)
  • Diepgang: 9 voet 4 inch (2,84 meter)
  • Aandrijving: 26.500 shp (20 MW); tandwielreductieturbines, 2 schroeven
  • Snelheid: 35 knopen (65 km/u)
  • Bemanning: 145 officieren en manschappen
  • Bewapening: 4 x 4 inch (102 mm) kanonnen, 1 x 3 inch (76 mm) kanon, 12 x 21 inch (533 mm) torpedobuizen

Ontwikkeling van Sensortechnologie en Anti-onderzeebootoorlogvoering (ASW)

Aan het begin van de Tweede Wereldoorlog waren de torpedobootjagers van de Clemson-klasse uitgerust met basis sonarapparatuur, zoals de QC- of SC-sonar, om vijandelijke onderzeeërs op te sporen. Deze vroege sonarapparatuur werkte op basis van actieve sonarprincipes: geluidsgolven werden uitgezonden en de echo’s die terugkaatsten, werden gebruikt om de positie van onderwaterdoelen te bepalen. Hoewel effectief voor die tijd, waren deze systemen beperkt in hun reikwijdte en nauwkeurigheid.

Met de toenemende dreiging van Duitse U-boten werd de USS Paul Jones gemoderniseerd voor geavanceerdere anti-onderzeebootoorlogvoering (ASW). Het schip werd uitgerust met verbeterde sonarapparatuur en dieptebommen, evenals het innovatieve Hedgehog-wapen, een voorwaarts schietend systeem dat meerdere explosieven tegelijk kon afvuren om onderzeeboten uit te schakelen.

Daarnaast kreeg het schip radar, wat de detectiemogelijkheden onder moeilijke weersomstandigheden en beperkte zichtbaarheid vergrootte. Deze upgrades maakten de USS Paul Jones en andere schepen in haar klasse beter voorbereid op de oorlog op zee.

Vroege Operationele Geschiedenis en Overplaatsing naar de Stille Oceaan

Na haar shakedown-cruise werd de USS Paul Jones toegevoegd aan de Atlantische Vloot, waar ze deelnam aan oefeningen, training en kustoperaties. In 1923 werd ze overgeplaatst naar de Stille Oceaan en voegde ze zich bij de Aziatische Vloot, die belast was met de bescherming van Amerikaanse belangen in het onrustige Verre Oosten. Tijdens haar dienst in de Aziatische wateren nam de USS Paul Jones deel aan de Yangtze River Patrol, een cruciale missie om stabiliteit en veiligheid in de regio te handhaven tijdens perioden van politieke onrust en militaire conflicten in China.

De aanwezigheid van de USS Paul Jones in de Aziatische wateren tijdens de pre-oorlogsjaren was een belangrijk aspect van de Amerikaanse maritieme strategie om invloed en macht in de regio te behouden. Ze voerde patrouilles uit langs de Chinese kust en ondernam incidentele reizen van en naar Manilla, wat haar rol onderstreepte als een essentieel onderdeel van de Amerikaanse maritieme aanwezigheid in de regio.

Reactie op de Aanval op Pearl Harbor en Vroege Oorlogsoperaties

Op 8 december 1941, terwijl de USS Paul Jones aan de oostkust van Borneo was gestationeerd, bereikte het schip het nieuws van de Japanse aanval op Pearl Harbor. Als vlaggenschip van Destroyer Squadron 29, onderdeel van de Aziatische Vloot, maakte de USS Paul Jones zich onmiddellijk gereed voor actie. In samenwerking met de kruiser USS Marblehead en andere torpedobootjagers zoals de USS Stewart, USS Barker en USS Parrott, werd de Paul Jones ingezet in de Lombok Straat en de haven van Soerabaja op Java voor verkennings- en pickettaken.

Haar eerste oorlogsopdracht omvatte het contact maken met Nederlandse maritieme eenheden om instructies te ontvangen over het zoeken naar een vijandelijke onderzeeër in de Javazee, die verantwoordelijk werd geacht voor het zinken van het Nederlandse schip Langkoems. Tijdens deze operatie redde de USS Paul Jones overlevenden van de Langkoems en andere Nederlandse bemanningsleden die op drift waren geraakt na een tweede aanval door een Japanse onderzeeër op een Nederlands koopvaardijschip.

De Slag om Balikpapan en Andere Gevechtsacties

Op 23 januari 1942 maakte de USS Paul Jones deel uit van een aanvalsgroep die werd samengesteld om een Japanse konvooi te onderscheppen dat richting Balikpapan voer. De groep, bestaande uit drie andere torpedobootjagers—USS John D. Ford, USS Pope en USS Parrott—samen met de kruisers USS Marblehead en USS Boise, kwam in actie tegen de Japanners. Ondanks de tegenslagen, zoals de beschadiging van de USS Boise door een aanvaring en technische problemen bij de USS Marblehead, die de slagkracht van de groep verminderde, slaagden de torpedobootjagers erin verschillende Japanse schepen te beschadigen en te zinken door middel van torpedo-aanvallen.

Na deze operatie voerde de USS Paul Jones meerdere escortetaken uit, zoals de begeleiding van het schip Tidore voor de kust van Sumbawa-eiland. Ondanks dat de Tidore verloren ging door Japanse luchtaanvallen, slaagde de USS Paul Jones erin om de bemanning te redden en veilig naar Java te varen. Deze missies toonden de constante dreiging en uitdagingen waarmee de bemanningen van de torpedobootjagers werden geconfronteerd tijdens de vroege stadia van de oorlog in de Stille Oceaan.

De Slag in de Javazee en Ontsnapping naar Australië

Tijdens de kritieke fase van de Japanse opmars in Zuidoost-Azië nam de USS Paul Jones deel aan operaties onder leiding van het Amerikaans-Brits-Nederlands-Australisch Commando (ABDA). Op 27 februari 1942, tijdens de Slag in de Javazee, opende de USS Paul Jones het vuur op een Japanse dekkingseenheid, waarbij het schip al haar torpedo’s afvuurde voordat het zich moest terugtrekken vanwege een tekort aan brandstof. Door de snelle actie van de bemanning en tactische navigatie kon de USS Paul Jones, samen met drie andere Amerikaanse torpedobootjagers, een Japanse omsingeling vermijden en de gevaarlijke wateren van de Straat Bali ontvluchten door rookgordijnen te leggen en dicht langs de kust te varen.

Na deze intensieve periode van operaties werd de USS Paul Jones naar Fremantle, Australië gestuurd voor reparaties en onderhoud. Deze rustperiode was van korte duur, want al snel voer het schip naar Melbourne en vervolgens naar San Francisco, waar het opnieuw werd ingezet voor konvooiescorte tussen de westkust van de Verenigde Staten en Pearl Harbor. Dit benadrukte de constante inzet en het uithoudingsvermogen van zowel het schip als haar bemanning gedurende de oorlogsjaren.

Convoy Escortdiensten in de Atlantische Oceaan

Na haar dienst in de Stille Oceaan en de daaropvolgende reparaties in San Francisco, werd de USS Paul Jones toegewezen aan konvooi-escortediensten tussen de westkust van de Verenigde Staten en Pearl Harbor. Deze operaties, die duurden tot eind maart 1943, waren cruciaal voor het waarborgen van veilige transportroutes voor troepen en voorraden die noodzakelijk waren voor de oorlogsinspanningen in de Stille Oceaan.

Begin april 1943 vertrok de USS Paul Jones samen met de torpedobootjagers USS Parrott en USS Barker vanuit San Francisco en passeerde op 6 mei het Panamakanaal. Na haar aankomst in New York op 28 mei begon ze aan konvooi-escortediensten tussen Noord-Afrikaanse havens en de Verenigde Staten. Gedurende deze periode bood de USS Paul Jones bescherming aan handelsschepen tegen Duitse U-boten en luchtgevaar, een essentiële taak die de maritieme aanvoerlijnen openhield en het moreel van de geallieerde troepen ondersteunde.

Antionderzeebootpatrouilles en Trainingsmissies

In april 1944 werd de USS Paul Jones tijdelijk toegewezen aan anti-onderzeeboot (ASW) patrouilles buiten de Chesapeake Bay. Deze taak bestond uit het beschermen van kustwateren tegen potentiële bedreigingen van Duitse onderzeeërs, die toen een serieuze bedreiging vormden voor de oostkust van de Verenigde Staten. Daarnaast maakte de USS Paul Jones konvooireizen naar verschillende havens in het Verenigd Koninkrijk.

Vanaf november 1944 werd de USS Paul Jones opnieuw toegewezen, dit keer als opleidingsschip voor pas in dienst genomen onderzeeërs in Balboa, Panama Kanaalzone. Deze trainingsmissies waren cruciaal om nieuwe bemanningen bekend te maken met onderzeebootoperaties en tactieken, waardoor ze beter voorbereid waren op de uitdagende omstandigheden van onderzeebootoorlogvoering. Deze fase van haar dienst eindigde in april 1945, waarna ze terugkeerde naar New York voor verdere opdrachten.

Laatste Operaties en Ontmanteling

Na haar terugkeer naar New York werd de USS Paul Jones ingedeeld bij een taakgroep bestaande uit olietankers en torpedobootjagers, die dienden als een bevoorradingsgroep op zee. Dit was bedoeld om de escorts van oost- en westwaartse konvooien tussen Horta, de Azoren, en Casablanca, Frans Marokko, van brandstof te voorzien. Deze logistieke ondersteuning was essentieel om de langeafstandsmissies van de konvooiescortes vol te houden, vooral in het licht van de voortdurende dreiging van onderzeebootaanvallen.

Na deze laatste operationele taak keerde de USS Paul Jones terug naar Norfolk, Virginia, waar ze op 11 juni 1945 afmeerde. Vervolgens werd ze ingezet als vliegtuigbegeleider voor het vliegdekschip USS Lake Champlain. In deze rol bleef de USS Paul Jones dienen tot 4 augustus 1945, waarna ze onafhankelijk van Guantanamo Bay vertrok om terug te keren naar Norfolk ter voorbereiding op inactivatie.

Op 30 juni 1945 werd de USS Paul Jones opnieuw geclassificeerd als een “miscellaneous auxiliary” (AG-120), wat haar rol als operationeel schip beëindigde en de weg vrijmaakte voor haar uiteindelijke ontmanteling.

Ontmanteling en Einde van Dienst

Na een lange en veelzijdige carrière tijdens en na de Tweede Wereldoorlog, werd de USS Paul Jones formeel gedeactiveerd. In oktober 1945 werd het schip gestript van alle bruikbare onderdelen en toegewezen aan de Commandant van het 5e Marinedistrict voor administratieve doeleinden. Op 5 november 1945 werd de USS Paul Jones uit dienst genomen en op 28 november 1945 werd ze geschrapt uit het Naval Vessel Register, het officiële register van de Amerikaanse marine. Het schip werd op 5 oktober 1947 verkocht aan de Northern Metal Company in Norfolk, Virginia, waar ze uiteindelijk in april 1948 werd gesloopt.

Conclusie

De USS Paul Jones (DD-230/AG-120) vertegenwoordigde een stuk maritieme geschiedenis van de Verenigde Staten. Vanaf haar constructie aan het einde van de Eerste Wereldoorlog tot aan haar dienst in enkele van de meest uitdagende maritieme theaters van de Tweede Wereldoorlog, toonde de USS Paul Jones de flexibiliteit en het aanpassingsvermogen van de Clemson-klasse torpedobootjagers.

Bronnen en meer informatie

  1. Naval History and Heritage Command. (z.d.). Clemson Class Destroyer. Geraadpleegd van https://www.history.navy.mil
  2. Friedman, N. (2004). U.S. Destroyers: An Illustrated Design History. Naval Institute Press. ISBN: 978-1591140818.
  3. Roscoe, T. (1953). United States Destroyer Operations in World War II. United States Naval Institute. ISBN: 978-0870217265.
  4. Morison, S. E. (1958). History of United States Naval Operations in World War II, Vol. III: The Rising Sun in the Pacific 1931 – April 1942. Little, Brown and Company. ISBN: 978-0785813066.
  5. Dictionary of American Naval Fighting Ships. (z.d.). Paul Jones (DD-230). Geraadpleegd van https://www.history.navy.mil/research/histories/ship-histories/danfs.html.
  6. Bronnen Mei1940
  7. Afbeelding: U.S. Navy, Public domain, via Wikimedia Commons