De USS Nautilus (SF-9/SS-168) was een onderzeeër van de Narwhal-klasse en behoorde tot de groep van de zogenoemde “V-boten”. Het was het derde schip van de Amerikaanse marine dat de naam Nautilus droeg. Gebouwd in de late jaren 1920 en ingrijpend gemoderniseerd tijdens de Tweede Wereldoorlog, speelde de Nautilus een cruciale rol in belangrijke zeeslagen zoals de Slag bij Midway.
Inhouds opgave
Constructie en indienststelling
De USS Nautilus werd oorspronkelijk aangeduid als V-6 (SF-9) en kreeg later de definitieve classificatie SS-168 op 1 juli 1931. Haar kiel werd gelegd op 10 mei 1927 in de Mare Island Naval Shipyard in Vallejo, Californië. De tewaterlating vond plaats op 15 maart 1930, en het schip werd uiteindelijk op 1 juli 1930 in dienst genomen.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd de Nautilus gemoderniseerd in de Mare Island Naval Shipyard (1941-1942), waarbij ze uitgerust werd met nieuwe motoren, bewapening en radar.
Ontwerp en technologische ontwikkelingen
Het ontwerp van de V-boten, waaronder de Nautilus, weerspiegelde de strategische noodzaak van langeafstandsoperaties in de Stille Oceaan, met Japan als mogelijke tegenstander. De implicaties van het Washington Naval Verdrag van 1922 speelden hierin een belangrijke rol. De focus lag op het ontwikkelen van onderzeeërs die niet alleen als “strategische verkenners” konden optreden, maar ook als langeafstandsmijnenleggers. Dit resulteerde in een ontwerp waarbij uithoudingsvermogen belangrijker was dan snelheid.
De Nautilus en haar zusterschepen V-4 (USS Argonaut) en V-5 (USS Narwhal) waren aanvankelijk uitgerust met krachtige MAN-dieselmotoren. Helaas faalden deze motoren in hun vermogen om het ontwerpvermogen te leveren, en dit leidde zelfs tot gevaarlijke krukasexplosies. Als gevolg daarvan werd de aandrijving van de Nautilus in 1941-1942 vervangen. De vervangende installatie bestond uit vier Winton diesels en verbeterde elektrische systemen.
Weldingen werden voor sommige delen van de romp gebruikt, zoals de verticale kielplaten en delen van de bovenbouw. Het grootste deel van de binnen- en buitenromp bleef echter met klinknagels bevestigd, zoals gebruikelijk was in die tijd.
Technische specificaties van de USS Nautilus
Algemene kenmerken
- Klasse en type: Narwhal-klasse (V-5) onderzeeër
- Waterverplaatsing:
- 2.730 lange ton (2.770 ton) boven water
- 3.900 ton (4.000 ton) onder water
- Lengte:
- 349 voet (106 meter) waterlijn
- 371 voet (113 meter) totaal
- Breedte: 33 voet, 3¼ inch (10,14 meter)
- Diepgang: 16 voet, 11¼ inch (5,16 meter)
- Bemanning:
- In 1930: 9 officieren, 10 onderofficieren, 70 manschappen
- In 1942: 9 officieren, 88 manschappen
- In 1943: 8 officieren, 80 manschappen
Aandrijving
De Nautilus had oorspronkelijk een dieselmotor met directe aandrijving, maar onderging in 1941-1942 een hermotorisering:
- Originele aandrijving:
- 2 × BuEng MAN ontworpen directe-aandrijving diesels, elk 2.350 pk (1.750 kW)
- 2 × BuEng MAN hulpgeneratoren, 300 kW (400 pk)
- 2 × 120-cellige Exide ULS37 batterijen
- 2 × Westinghouse elektrische motoren, elk 800 pk (600 kW)
Aandrijving na hermotorisering (1941-1942):
- 4 × General Motors Winton Model 16-278A, 16-cilinder tweetakt diesels, elk 1.600 pk (1.200 kW)
- 2 × GM Winton 8-268A hulpgeneratoren, elk 300 kW (400 pk)
- 2 × 120-cellige Exide UHS39B batterijen
- 2 × Westinghouse elektrische motoren, elk 1.270 pk (950 kW)
- 2 assen met Fairbanks-Morse reductieversnellingen
Snelheid en bereik
- Maximale snelheid:
- 17,4 knopen (32,2 km/h) boven water (op proef)
- 14 knopen (26 km/h) in operationele omstandigheden
- 8 knopen (15 km/h) onder water
- Bereik:
- 9.380 nautische mijlen (17.370 km) bij 10 knopen (19 km/h) boven water
- Tot 25.000 nautische mijlen (46.000 km) bij een lage snelheid van 5,7 knopen (10,6 km/h) wanneer brandstof in de ballasttanks werd opgeslagen
- Onderwatercapaciteit:
- Duur: 10 uur bij 5 knopen (9 km/h)
- Testdiepte: 300 voet (90 meter)
Bewapening
- Torpedobuizen:
- 6 × 21-inch (533 mm) torpedobuizen (vier voorin, twee achterin) met een voorraad van 24-26 interne torpedo’s
- Tijdens moderniseringen (1941-1942) werden vier extra externe torpedobuizen toegevoegd (twee voor en twee achter), met de capaciteit voor 8-12 extra torpedo’s
- Dekgeschut:
- 2 × 6-inch (152 mm)/53 kaliber Mark XII Mod. 2 dekkanonnen
Sonar, hydrafoon en radar
Sonar en hydrafoon
De USS Nautilus werd, net als de meeste Amerikaanse onderzeeërs in de Tweede Wereldoorlog, uitgerust met zowel sonar als hydrafoons voor het detecteren van vijandelijke schepen en onderzeeërs:
- Hydrafoon: Een passief apparaat dat gebruikt werd om geluiden van vijandelijke schepen, zoals schroefgeluiden, op te vangen. Dit systeem werd in de vroege jaren van de Nautilus gebruikt, maar had beperkingen omdat het alleen geluiden kon detecteren, zonder nauwkeurige informatie over afstand of richting.
- Sonar: In de jaren 1930 werd de Nautilus uitgerust met sonar. Dit actieve systeem zendt geluidsgolven uit die terugkaatsen van objecten onder water, zoals vijandelijke onderzeeërs of schepen. Sonar bood de bemanning van de Nautilus een veel nauwkeuriger manier om vijanden te detecteren, inclusief hun afstand en richting, wat essentieel was voor torpedoaanvallen.
Radar
De Nautilus had aanvankelijk geen radar bij haar indienststelling in 1930, maar tijdens haar modernisering in 1942 werd ze voorzien van radarapparatuur. Dit was een belangrijke toevoeging, vooral in situaties met weinig zicht, zoals ‘s nachts of bij mist. De radar gaf de Nautilus de mogelijkheid om vijandelijke schepen en vliegtuigen boven water te detecteren, wat haar operationele effectiviteit aanzienlijk vergrootte.
De interbellumperiode en vroege operaties
Na haar indienststelling opereerde de USS Nautilus voornamelijk vanuit New London en voerde speciale onderdompingstests uit. Op 19 februari 1931 werd het schip hernoemd tot Nautilus en kreeg ze de rompnummer SS-168. In deze periode fungeerde ze als vlaggenschip van SubDiv 12, gestationeerd in Pearl Harbor, en nam ze deel aan verschillende vlootoefeningen. Tussen 1935 en 1938 werd de Nautilus toegewezen aan SubDiv 13 in San Diego.
In juli 1941 keerde het schip terug naar de Mare Island Naval Shipyard voor een ingrijpende modernisering, waarbij onder andere de radioapparatuur, torpedobuizen en luchtverversingssystemen werden verbeterd.
Operationele geschiedenis
Eerste oorlogspatrouille: de Slag bij Midway
De eerste oorlogspatrouille van de Nautilus begon op 21 april 1942, toen ze vertrok uit San Francisco en Pearl Harbor bereikte. Op 24 mei vertrok ze richting Midway onder bevel van William H. Brockman Jr., om deel te nemen aan de verdediging tegen de verwachte Japanse aanval.
Tijdens de vroege uren van 4 juni, de eerste dag van de Slag bij Midway, nam de Nautilus deel aan een van de meest iconische onderzeebootacties van de oorlog. Hoewel de eerste aanvallen op Japanse schepen weinig succes hadden, speelde de Nautilus een indirecte maar belangrijke rol. Een van haar acties leidde tot een keten van gebeurtenissen die bijdroegen aan de ontdekking van de Japanse vloot door Amerikaanse piloten. Dit incident markeerde het begin van de vernietiging van vier Japanse vliegdekschepen.
Hoewel de aanvallen van de Nautilus tijdens Midway geen directe successen opleverden, overleefde ze meerdere aanvallen met dieptebommen en droeg ze bij aan de Amerikaanse overwinning. Voor zijn acties tijdens deze patrouille ontving Brockman de Navy Cross, een van de hoogste onderscheidingen van de Amerikaanse marine.
Op 25 juni 1942 bracht de USS Nautilus de Japanse torpedobootjager Yamakaze tot zinken tijdens haar tweede oorlogspatrouille. De aanval vond plaats voor de kust van Japan, waarbij de onderzeeër de Yamakaze vernietigde met een enkele torpedoaanval.
Latere oorlogspatrouilles en operaties
De tweede patrouille van de Nautilus omvatte een speciale missie met de Marine Raiders, geleid door luitenant-kolonel Evans F. Carlson. Op 17 augustus 1942 werden de Raiders afgezet op Makin Atoll om een afleidingsaanval uit te voeren op de Japanse posities. Hoewel de operatie succesvol was in het veroorzaken van verwarring bij de Japanse strijdkrachten, ging een deel van de troepen verloren en werden sommigen gevangen genomen en geëxecuteerd.
Tijdens haar derde patrouille van september tot november 1942, opereerde de Nautilus in de Japanse wateren en voerde ze een succesvolle blokkade uit. Ze vernietigde meerdere Japanse koopvaardijschepen en overleefde opnieuw zware aanvallen met dieptebommen.
In haar vierde patrouille speelde de Nautilus een humanitaire rol door evacuaties uit te voeren van eilandbewoners in de Salomonseilanden, voordat ze terugkeerde naar Pearl Harbor in februari 1943.
Fotoverkenning en aanvallen: 1943–1944
De zesde oorlogspatrouille van de Nautilus in september 1943 stond in het teken van fotoverkenningen van de Gilbert-eilanden, ter voorbereiding van de Amerikaanse invasie. Ze leverde waardevolle informatie over kustlijnen, landingsplaatsen en vijandelijke verdedigingswerken. Deze informatie was van cruciaal belang tijdens de Slag om Tarawa later dat jaar.
Tijdens de zevende patrouille, in november 1943, werd de Nautilus per ongeluk geraakt door Amerikaanse schepen, maar ze kon haar missie voltooien zonder slachtoffers. In de daaropvolgende maanden voerde ze verschillende ondersteunende missies uit in de Stille Oceaan, waarbij ze verkenningsteams aan land zette en Japanse eenheden aanviel.
Laatste patrouilles: Filipijnse guerrillastrijd en evacuaties
In 1944 begon de Nautilus aan een reeks speciale missies ter ondersteuning van Filipijnse guerrillastrijders. Tijdens haar negende patrouille leverde ze munitie en voorraden aan de guerrillagroepen op de Filipijnen, onder leiding van kolonel R.V. Bowler. Gedurende de daaropvolgende patrouilles evacueerde ze burgers en voerde ze verkenningsmissies uit in vijandelijk gebied.
Tijdens haar dertiende patrouille speelde de Nautilus een belangrijke rol bij het vernietigen van de gestrande USS Darter, zodat de Japanners het schip niet konden bergen. Deze operatie werd uitgevoerd met de zes-inch kanonnen van de Nautilus en maakte de Darter onbruikbaar voor de vijand.
Conclusie
De USS Nautilus (SS-168) was een van de meest succesvolle onderzeeërs van de Amerikaanse marine tijdens de Tweede Wereldoorlog. Haar geavanceerde technologie, waaronder sonar, hydrafoons en radar, gaf haar een strategisch voordeel in zowel offensieve als defensieve operaties. Van haar belangrijke rol bij de Slag bij Midway tot haar ondersteunende missies in de Filipijnen, de Nautilus heeft een blijvende indruk achtergelaten op de geschiedenis van de oorlog in de Stille Oceaan.
Bronnen en meer informatie
- Afbeelding: USN; Originally from User Gdr on en.wikipedia, 17 December 2004, Public domain, via Wikimedia Commons
- Naval History and Heritage CommandDit is de officiële historische bron van de Amerikaanse marine. Het biedt uitgebreide informatie over de geschiedenis, specificaties en operaties van de Nautilus, met een focus op militaire nauwkeurigheid en historische gegevens. Website: Naval History and Heritage Command
- U.S. Naval Institute Een van de meest gezaghebbende bronnen voor maritieme en militaire geschiedenis, met gedetailleerde artikelen en analyses van onderzeeërs en hun rol in de Tweede Wereldoorlog, waaronder de Nautilus. Website: U.S. Naval Institute
- Silent Victory: The U.S. Submarine War Against Japan – Clay Blair
Dit boek wordt algemeen beschouwd als het standaardwerk over de Amerikaanse onderzeebootoorlog in de Stille Oceaan en biedt een uitgebreide analyse van de operaties van de USS Nautilus. ISBN: 978-1591147122