
De USS Grampus (SS-207) was de achtste onderzeeër van de Tambor-klasse die door de Amerikaanse marine in dienst werd genomen, voorafgaand aan de Amerikaanse deelname aan de Tweede Wereldoorlog. De onderzeeër, vernoemd naar de Risso’s dolfijn (Grampus griseus), diende in de Stille Oceaan en voltooide vijf oorlogspatrouilles in een periode van veertien maanden. Gedurende haar carrière wordt de Grampus gecrediteerd met het tot zinken brengen van meer dan 45.000 ton aan Japanse schepen. In maart 1943 werd ze als verloren verklaard met de volledige bemanning. Van de twaalf onderzeeërs van de Tambor-klasse overleefden slechts vijf de oorlog.
Inhouds opgave
Constructie en ingebruikname
De kiel van de USS Grampus werd op 23 december 1940 gelegd door de Electric Boat Company in Groton, Connecticut, een toonaangevende Amerikaanse scheepswerf voor de bouw van onderzeeërs. Het schip werd op dezelfde dag te water gelaten, met Mrs. Clark H. Woodward als doopmoeder. Op 23 mei 1941 werd de Grampus officieel in dienst genomen in New London, Connecticut.
Algemene specificaties
- Klasse en type: Tambor-klasse diesel-elektrische onderzeeër
- Verplaatsing: 1.475 ton (oppervlakte), 2.370 ton (onderwater)
- Lengte: 93,62 meter
- Breedte: 8,31 meter
- Diepgang: 4,46 meter
- Voortstuwing: Vier General Motors V16 dieselmotoren, twee Sargo-batterijen, vier General Electric elektromotoren
- Snelheid: 20,4 knopen (oppervlakte), 8,75 knopen (onderwater)
- Bereik: 11.000 zeemijlen bij 10 knopen
- Bemanning: 6 officieren, 54 bemanningsleden
- Bewapening: Tien torpedobuizen (24 torpedo’s), één 76 mm dekkanon, Bofors 40 mm en Oerlikon 20 mm kanonnen
Sensoren
De USS Grampus was uitgerust met sonar- en radarsystemen die essentieel waren voor haar operaties tijdens de Tweede Wereldoorlog. Hieronder vind je een overzicht van de belangrijkste radar- en sonarapparatuur aan boord van de Grampus.
Sonar
- JK/QC sonar
De USS Grampus was waarschijnlijk uitgerust met het JK/QC-sonarsysteem, dat een standaard was op Amerikaanse onderzeeërs tijdens de Tweede Wereldoorlog. Dit sonarsysteem had zowel passieve als actieve functionaliteiten:- Passieve sonar: Het systeem kon geluiden onder water detecteren, zoals het geluid van scheepsschroeven van vijandelijke schepen of andere onderzeeërs. Dit was cruciaal om vijandelijke schepen op afstand te houden of hun positie te bepalen zonder zelf te worden opgemerkt.
- Actieve sonar: De QC-versie had actieve sonarcapaciteiten, waarbij geluidsgolven werden uitgezonden die bij het terugkaatsen informatie gaven over de locatie en afstand van objecten, zoals schepen of onderzeeboten. Actieve sonar werd voornamelijk gebruikt tijdens aanvallen of als er al vijandelijke schepen in de buurt waren.
Radar
- SJ-radar
In de latere fases van de oorlog werd de SJ-radar geïnstalleerd op veel Amerikaanse onderzeeërs, waaronder de Tambor-klasse onderzeeërs zoals de USS Grampus. Deze radar werd gebruikt voor het opsporen van oppervlakteschepen en had de volgende kenmerken:- Doel: De SJ-radar was speciaal ontworpen om vijandelijke schepen aan de oppervlakte te detecteren, vooral ‘s nachts of tijdens slechte weersomstandigheden. Dit stelde de onderzeeër in staat om vijandelijke schepen op afstand te houden en voorbereid te zijn op gevechten, zonder dat de Grampus haar positie zou verraden door naar boven te komen.
- Bereik: De radar had een effectief bereik van ongeveer 10 tot 15 zeemijlen, wat essentieel was voor het uitvoeren van nachtelijke aanvallen of bij slechte zichtomstandigheden.
- SD-radar
Naast de SJ-radar hadden onderzeeërs zoals de USS Grampus vaak een SD-radar. Dit was een luchtzoekradar die ontworpen was om vijandelijke vliegtuigen te detecteren:- Doel: De SD-radar waarschuwde de onderzeeër voor naderende vliegtuigen, waardoor de Grampus op tijd onder water kon duiken om aanvallen vanuit de lucht te vermijden.
- Bereik: Deze radar had een groter bereik dan de SJ-radar, aangezien vijandelijke vliegtuigen vaak op grotere afstand moesten worden gedetecteerd.
Operationele geschiedenis
Eerste patrouille: Pacific-operaties
Na haar eerste proefvaarten in Long Island Sound vertrok de USS Grampus op 8 september 1941, samen met de USS Grayback (SS-208), voor een patrouille in de Caribische Zee. Deze missie duurde tot 28 september 1941, waarna de Grampus terugkeerde naar New London voor een na-shakedown onderhoud.
De Japanse aanval op Pearl Harbor in december 1941 vond plaats terwijl de Grampus in onderhoud was op de Portsmouth Naval Shipyard in New Hampshire. Op 22 december was het schip gereed voor gevechtsoperaties en zette ze koers richting de Stille Oceaan, via het Panamakanaal en de Mare Island Naval Shipyard in Californië. De onderzeeër arriveerde op 1 februari 1942 in Pearl Harbor.
Eerste oorlogspatrouille
De eerste echte oorlogspatrouille van de Grampus vond plaats van 8 februari tot 4 april 1942. Tijdens deze missie bracht de Grampus een Japanse tanker van 8.636 ton, de Kaijo Maru No.2, tot zinken op 4 maart 1942. Dit was het enige vijandelijke schip dat de Grampus tijdens haar korte carrière zou vernietigen. Naast deze aanval voerde de Grampus verkenningsmissies uit bij de atollen Kwajalein en Wotje, die later het toneel zouden worden van bloedige landingen door Amerikaanse troepen.
Tweede en derde oorlogspatrouille
De tweede patrouille van de Grampus begon toen ze op weg ging naar Fremantle, Australië. De derde patrouille werd vanuit deze basis uitgevoerd en vond plaats nabij de Truk-lagune en de kusten van Luzon en Mindoro. Deze patrouilles werden gekenmerkt door hevige regenbuien en een groot aantal Japanse anti-onderzeebootpatrouilles, die het voor de Grampus moeilijk maakten om succesvolle aanvallen uit te voeren.
Vierde oorlogspatrouille
Tijdens haar vierde oorlogspatrouille, die begon op 2 oktober 1942, nam de Grampus vier coast watchers aan boord. Ondanks de aanwezigheid van Japanse torpedobootjagers slaagde de onderzeeër erin om de coast watchers af te zetten op de eilanden Vella Lavella en Choiseul. Deze missie vond plaats tijdens de Guadalcanal-campagne, een van de meest cruciale campagnes in de Stille Oceaan. Tijdens deze patrouille zag de Grampus vier vijandelijke kruisers en 79 torpedobootjagers in vijf verschillende konvooien. Hoewel de Grampus agressieve aanvallen uitvoerde en werd bestookt met 104 dieptebommen, werd ze niet gecrediteerd met het tot zinken brengen van schepen. Een torpedoaanval op de Japanse kruiser Yura op 18 oktober 1942 mislukte omdat de torpedo niet ontplofte. De Grampus keerde op 23 november 1942 terug naar Australië.
Vijfde oorlogspatrouille
De vijfde patrouille van de Grampus, die duurde van 14 december 1942 tot 19 januari 1943, voerde haar door drukke scheepsvaartroutes die vaak door Japanse onderzeeërs werden gebruikt. Ondanks de zware lucht- en waterpatrouilles en 41 gedetecteerde vijandelijke contacten, wist de Grampus geen vijandelijke schepen te vernietigen tijdens deze missie.
Zesde oorlogspatrouille en ondergang
De Grampus vertrok op 11 februari 1943 vanuit Brisbane, Australië, voor haar zesde oorlogspatrouille. Deze patrouille werd uitgevoerd in samenwerking met de USS Grayback (SS-208). Het schip keerde echter nooit terug van deze missie, en de exacte omstandigheden van haar verlies blijven een mysterie. Japanse watervliegtuigen meldden op 18 februari 1943 dat ze een Amerikaanse onderzeeër hadden vernietigd in het patrouillegebied van de Grampus. Dit rapport werd echter in twijfel getrokken, aangezien de USS Grayback op 4 maart 1943 meldde de Grampus in datzelfde gebied te hebben gezien.
Er wordt aangenomen dat de Grampus op 19 februari 1943 het Japanse koopvaardijschip Keiyo Maru van 6.442 ton heeft beschadigd. Op 27 februari 1943 beschadigde ze mogelijk de Japanse mijnenveger W.22. De definitieve aanwijzingen voor haar ondergang kwamen op 5 maart 1943, toen de Japanse torpedobootjagers Minegumo en Murasame een aanval op een onderzeeër uitvoerden nabij het eiland Kolombangara. De volgende dag werd een grote olievlek waargenomen, wat suggereerde dat de Grampus mogelijk tijdens een nachtelijke aanval of vuurgevecht met de torpedobootjagers verloren is gegaan. Ironisch genoeg werden deze Japanse torpedobootjagers zelf korte tijd later tot zinken gebracht tijdens de Slag bij Blackett Strait, een nachtelijke actie met Amerikaanse lichte kruisers en torpedobootjagers.
Vermissing en uitschrijving
Ondanks meerdere pogingen om radiocontact te maken, bleef de Grampus onvindbaar. Op 21 juni 1943 werd de onderzeeër formeel als verloren verklaard en haar naam werd geschrapt van het Naval Vessel Register. Alle bemanningsleden werden verondersteld omgekomen te zijn. De USS Grampus werd postuum geëerd met drie battle stars voor haar dienst tijdens de Tweede Wereldoorlog.
Conclusie
De USS Grampus (SS-207), een onderzeeër van de Tambor-klasse, speelde een belangrijke rol in de vroege operaties van de Amerikaanse marine in de Stille Oceaan tijdens de Tweede Wereldoorlog. Hoewel ze slechts één schip officieel tot zinken bracht, voltooide ze vijf uitdagende patrouilles en voerde meerdere gedurfde missies uit onder zware vijandelijke druk. Haar verdwijning tijdens haar zesde patrouille blijft tot op de dag van vandaag een mysterie. De Grampus en haar bemanning worden herinnerd voor hun moed en opoffering in de strijd tegen de Japanse strijdkrachten.
Bronnen en meer informatie
- Naval History and Heritage Command (NHHC): Naval History and Heritage Command
- Afbeelding: Naval History & Heritage Command , Public domain, via Wikimedia Commons
- National Archives: Documenten en verslagen over de Amerikaanse onderzeeërs tijdens de Tweede Wereldoorlog: National Archives
- The Submarine Operations of World War II (Theodore Roscoe)
- Lost 52 Project. Dit project is specifiek gericht op de ontdekking van verdwenen Amerikaanse onderzeeërs uit de Tweede Wereldoorlog. De ontdekking van de USS Grayback in 2019 is gedetailleerd gedocumenteerd, inclusief de technische details van de zoektocht en de identificatie van het wrak. Lost 52 project
- Submarine Force Library and Museum: Historische archieven van Amerikaanse onderzeeërs, inclusief de USS Grampus: Submarine Force Library and Museum
- U.S. Submarine Veterans: Een bron van informatie en verhalen over Amerikaanse onderzeeërs en hun bemanningen tijdens de Tweede Wereldoorlog: U.S. Submarine Veterans
- Bronnen Mei1940