Rodolfo Graziani: Italiaanse veldmaarschalk en oorlogsmisdadiger

Italiaanse fascistische maarschalk Rodolfo Graziani in militair uniform, bekend om zijn wreedheden in Libië en Ethiopië tijdens WOII.
Rodolfo Graziani in uniform, berucht om zijn militaire campagnes en oorlogsmisdaden in Noord-Afrika en Ethiopië tijdens het fascistische regime.

Rodolfo Graziani (11 augustus 1882 – 11 januari 1955), ook bekend als de 1e Markies van Neghelli, was een prominente Italiaanse militaire officier en fascist. Hij is vooral bekend vanwege zijn brute campagnes in Afrika en zijn controversiële rol tijdens de Tweede Wereldoorlog. Als een van de belangrijkste militaire figuren van het Koninkrijk Italië onder koning Victor Emanuel III, werd Graziani berucht voor zijn harde onderdrukking van inheemse bevolkingen en zijn betrokkenheid bij oorlogsmisdaden.

Vroege leven en militaire loopbaan

Rodolfo Graziani werd geboren op 11 augustus 1882 in Filettino, een klein dorpje in de provincie Frosinone. Zijn vader, Filippo Graziani, was dorpsarts, en het gezin verkeerde in bescheiden financiële omstandigheden. Graziani ontving zijn opleiding aanvankelijk aan een seminarie in Subiaco en vervolgde zijn studie aan het Liceo Torquato Tasso in Rome. Hoewel hij oorspronkelijk rechten studeerde op aandringen van zijn vader, koos Graziani uiteindelijk voor een militaire loopbaan en sloot zich in 1903 aan bij het Italiaanse leger als reserveofficier.

In 1906 werd hij na een competitief examen bevorderd tot tweede luitenant en gestationeerd bij het 1e Regiment Grenadiers in Rome. Zijn eerste uitzending was naar Italiaans-Eritrea, waar hij Arabisch en Tigrinya leerde. Zijn militaire carrière werd tijdelijk onderbroken toen hij in 1911 door een slang werd gebeten, waardoor hij de Italo-Turkse Oorlog miste. Na zijn herstel werd hij gepromoveerd tot kapitein en speelde hij een actieve rol in de Eerste Wereldoorlog, waar hij de jongste kolonel in de Italiaanse geschiedenis werd.

Italiaanse kolonisatie in Libië

In de jaren 1930 werd Graziani benoemd tot vice-gouverneur van Cyrenaica, een regio in Libië, waar hij verantwoordelijk was voor het neerslaan van de Senussi-opstand. Tijdens deze zogenaamde “pacificatie” bouwde Graziani verschillende concentratiekampen waar duizenden Libische gevangenen omkwamen door uithongering, ziekte en executie. De meest prominente gevangene was de Libische verzetsleider Omar Mukhtar, die door Graziani’s bevel werd opgehangen in 1931. De brutaliteit van zijn methoden leverde hem de bijnaam “De Slager van Fezzan” op.

De invasie van Ethiopië

Graziani’s bekendheid nam toe tijdens de Tweede Italiaans-Ethiopische Oorlog (1935-1936), waar hij de leiding had over de zuidelijke invasie vanuit Italiaans-Somaliland. Hoewel zijn veldtocht secundair was aan de noordelijke aanval geleid door Pietro Badoglio, speelde Graziani een belangrijke rol in de verovering van Ethiopië. Hij verklaarde openlijk: “De Duce zal Ethiopië hebben, met of zonder de Ethiopiërs.”

Na de val van Addis Abeba in mei 1936 werd Graziani benoemd tot onderkoning van Italiaans Oost-Afrika en gouverneur-generaal van Shewa (Addis Abeba). Zijn wreedheden in Ethiopië werden het meest berucht na een mislukte moordaanslag op hem in februari 1937, wat leidde tot een bloedige vergeldingsactie bekend als Yekatit 12. Onder zijn bevel werden duizenden Ethiopische burgers gedood en werden prominente Ethiopische figuren verbannen of geëxecuteerd. Deze gebeurtenissen bezorgden hem de bijnaam “De Slager van Ethiopië.”

Tweede Wereldoorlog en militaire nederlagen

Aan het begin van de Tweede Wereldoorlog werd Graziani benoemd tot bevelhebber van de Italiaanse strijdkrachten in Noord-Afrika, waar hij de rol van de in 1940 omgekomen Italo Balbo overnam. Ondanks twijfels over de slagkracht van zijn troepen, die grotendeels niet-gemotoriseerd waren, werd Graziani door Benito Mussolini gedwongen een invasie in Egypte te lanceren in september 1940. Deze veldtocht bleek echter een mislukking toen de Britten een tegenaanval uitvoerden in december 1940 tijdens Operatie Compass, waarbij het Italiaanse 10e Leger werd vernietigd.

Graziani werd al snel vervangen door generaal Italo Gariboldi en trok zich grotendeels terug uit het militaire openbare leven. Ondanks deze nederlagen bleef hij trouw aan Mussolini, zelfs nadat het fascistische regime in Italië in 1943 viel.

Loyaliteit aan Mussolini en de Italiaanse Sociale Republiek

Na de val van het fascistische regime in Italië en de wapenstilstand met de geallieerden, sloot Graziani zich aan bij de door Mussolini opgerichte Italiaanse Sociale Republiek (RSI) in Noord-Italië. Hij werd benoemd tot minister van Defensie van de RSI en voerde het bevel over het RSI-leger, dat vocht tegen de geallieerden tot het einde van de oorlog.

In december 1944 behaalde Graziani zijn laatste militaire overwinning in de Slag om Garfagnana, waar hij leiding gaf aan een gezamenlijke Italiaans-Duitse strijdmacht tegen de geallieerden. Ondanks zijn inspanningen stortte de RSI uiteindelijk in toen Mussolini werd gevangengenomen en geëxecuteerd in april 1945. Graziani gaf zichzelf over aan de geallieerden op 1 mei 1945.

Oorlogsmisdaden en gerechtelijke vervolging

Na de oorlog werd Graziani niet vervolgd voor zijn misdaden in Afrika, ondanks de herhaalde pogingen van Ethiopië om hem voor het gerecht te brengen. De Verenigde Naties stelden een oorlogsmisdadentribunaal in, maar geallieerde tegenstand en internationale onverschilligheid frustreerden de Ethiopische inspanningen. Uiteindelijk werd Graziani in 1950 door een Italiaanse rechtbank veroordeeld tot 19 jaar gevangenisstraf voor zijn samenwerking met de nazi’s, maar hij werd al na vier maanden vrijgelaten.

In de jaren na zijn vrijlating keerde Graziani terug naar de politiek en sloot zich aan bij de neofascistische Italiaanse Sociale Beweging (MSI). Hij werd in 1953 erevoorzitter van de partij, hoewel hij later zijn betrokkenheid bij de beweging beperkte.

Overlijden en controverses

Rodolfo Graziani overleed op 11 januari 1955 in Rome op 72-jarige leeftijd. Zijn dood werd gevolgd door een controversiële publieke eerbetoon van duizenden mensen die zijn begrafenis bijwoonden. In 2012 ontstond er een nieuw debat over zijn nalatenschap toen een monument ter ere van Graziani werd gebouwd in Affile, gefinancierd door overheidsgeld. Dit leidde tot verontwaardiging en juridische stappen tegen de betrokken politici, wat uitmondde in veroordelingen voor verheerlijking van het fascisme.

Conclusie

Rodolfo Graziani blijft een van de meest controversiële figuren uit de Italiaanse militaire geschiedenis. Zijn betrokkenheid bij de brute onderdrukking van de inheemse bevolkingen in Libië en Ethiopië, samen met zijn rol tijdens de Tweede Wereldoorlog, hebben zijn reputatie als oorlogsmisdadiger en fascist stevig verankerd. Ondanks zijn veroordeling voor samenwerking met de nazi’s, wist hij te ontsnappen aan gerechtelijke vervolging voor zijn wreedheden in Afrika, wat bij veel historici en betrokken landen tot op heden tot onvrede leidt.

Bronnen en meer informatie

  1. Anthony Mockler, Haile Selassie’s War, Olive Branch Press, 2003.
  2. Afbeelding: See page for author, Public domain, via Wikimedia Commons
  3. Angelo Del Boca, The Ethiopian War, 1935-1941, University of Chicago Press, 1969.
  4. Giorgio Rochat, Le guerre italiane 1935-1943, Einaudi, 2005.
  5. Richard Lamb, Mussolini as Diplomat: Il Duce’s Italy on the World Stage, Harcourt Brace Jovanovich, 1992.
  6. Bronnen Mei1940
  7. Ian Campbell, The Addis Ababa Massacre: Italy’s National Shame, Hurst & Co., 2017.