De Republic P-43 Lancer was een eendekker jachtvliegtuig met een enkele motor, geheel van metaal en voorzien van een laaggeplaatste vleugel. Het vliegtuig werd gebouwd door Republic Aviation Company en voor het eerst geleverd aan de United States Army Air Corps (USAAC) in 1940. Hoewel de P-43 Lancer geen bijzonder indrukwekkende jager was, beschikte het over goede prestaties op grote hoogte en had het een effectief zuurstofsysteem. Dit maakte de P-43 een van de weinige Amerikaanse jagers die in staat was om een Japanse Mitsubishi Ki-46 “Dinah” verkenningsvliegtuig te onderscheppen op de snelheid en hoogte waarop deze opereerde. Het vliegtuig werd vooral ingezet voor langeafstandsfotoverkenningsmissies, totdat het werd vervangen door de F-4/F-5 varianten van de P-38 Lightning.
Inhouds opgave
Ontwerp en ontwikkeling
Vroege prototypes en technologische innovaties
De Seversky Aircraft Company, die in 1939 de naam veranderde naar Republic Aviation Company, ontwierp verschillende private-venture prototypes gebaseerd op het P-35 ontwerp. Deze varianten, waaronder de AP-2, AP-7, AP-4, AP-9, en XP-41, waren bedoeld om de prestaties en mogelijkheden van het oorspronkelijke ontwerp te verbeteren. Een van de meest significante ontwerpen was de AP-4, die diende als basis voor toekomstige Republic vliegtuigen. Dit prototype had volledig intrekbaar landingsgestel, vlakke klinknagels en een Pratt & Whitney R-1830-SC2G motor met een onder de romp gemonteerde turbosupercharger, wat zorgde voor uitstekende prestaties op grote hoogte.
De turbosupercharger die in de AP-4 werd gebruikt, was verfijnd door Boeing als onderdeel van het ontwikkelingsprogramma voor de B-17 Flying Fortress. Dit maakte het een interessant kenmerk voor andere vliegtuigfabrikanten. De XP-41 en de enige AP-4 waren bijna identiek, hoewel de AP-4 aanvankelijk was uitgerust met een grote propellerspinner en een strak passend motorgondel, wat diende als testbed om de aerodynamica van radiaal gemotoriseerde jagers te verbeteren. Helaas leidden deze maatregelen tot oververhittingsproblemen, en op 22 maart 1939 vatte de motor in de lucht vlam, waardoor de piloot moest springen en het prototype verloren ging.
De YP-43 en de eerste productiemodellen
Ondanks het verlies van het AP-4 prototype, was de USAAC onder de indruk van de prestaties van het toestel en bestelde in mei 1939 dertien pre-productie modellen, aangeduid als YP-43. De YP-43 verschilde van de AP-4 door een “razorback” romp, waarbij een hoge rug van de cockpit naar de staart doorliep. De luchtinlaat van de motor werd verplaatst van de vleugel naar onder de motor, wat leidde tot de kenmerkende ovale motorgondel. Het vliegtuig werd aangedreven door een R-1830-35, een 14-cilinder luchtgekoelde radiaalmotor met een General Electric B-2 turbosupercharger, die 1.200 pk leverde en een drievleugelige verstelbare propeller aandreef.
De eerste van de dertien YP-43’s werd geleverd in september 1940, en de laatste in april 1941. Tijdens vroege tests vertoonde het vliegtuig een sterke neiging tot “yaw” tijdens het opstijgen en landen, een probleem dat werd opgelost door het staartwiel opnieuw te ontwerpen. Hoewel het toestel voldeed aan de oorspronkelijke prestatie-eisen van de USAAC, werd het tegen 1941 als verouderd beschouwd, met een gebrek aan wendbaarheid, bepantsering en zelfdichtende brandstoftanks.
Productie en variantontwikkeling
Standaard P-43 Lancer en de geannuleerde P-44 Rocket
De productiemodellen, die identiek waren aan de YP-43 prototypes, werden aangeduid als “Lancer” en geleverd tussen 16 mei en 28 augustus 1941. Ongoing vertragingen in het P-47 programma dwongen de USAAC om 80 extra P-43A’s te bestellen, aangedreven door een Pratt & Whitney R-2180-1 Twin Hornet motor met een vermogen van 1.400 pk. Deze motor beloofde betere prestaties op grote hoogte, en de bewapening werd geüpgraded met 12,7 mm machinegeweren in de vleugels, ter vervanging van de oorspronkelijke 7,62 mm wapens. De USAAC was voldoende geïnteresseerd om de AP-4J variant een officiële aanduiding te geven als P-44 Rocket. Echter, gevechtsrapporten uit Europa gaven aan dat het nieuwe type al verouderd was, en op 13 september 1940 werd de volledige bestelling geannuleerd zonder dat er prototypes werden gebouwd.
Lend-Lease programma en Chinese inzet
In een poging om de productielijnen van Republic draaiende te houden, werden uiteindelijk 54 P-43’s besteld, ondanks de aanvankelijke intentie om er geen te bouwen. Bovendien werden 125 P-43A-1’s besteld voor China via het Lend-Lease programma, oorspronkelijk bedoeld om de Derde Amerikaanse Vrijwilligersgroep (AVG) uit te rusten. Deze varianten zouden aanvankelijk verschillen door de bewapening, met vier 12,7 mm machinegeweren in de vleugels, in plaats van de gebruikelijke rompkanonnen. Ook werd rudimentaire bepantsering en brandstoftankbescherming toegevoegd. Door de urgente situatie werden deze vliegtuigen echter uiteindelijk geleverd met dezelfde configuratie als de eerdere P-43A modellen.
Operationele inzet
Chinese en Amerikaanse ervaringen
De Lend-Lease vliegtuigen werden geleverd aan China via Claire Chennault’s American Volunteer Group, ook wel bekend als de Flying Tigers. Piloten die betrokken waren bij de ferryvluchten prezen de P-43 om zijn goede prestaties op grote hoogte, vergeleken met de Curtiss P-40, en zijn goede rolvermogen. De radiaalmotor zonder kwetsbaar vloeistofkoelsysteem werd ook als een voordeel gezien. Enkele AVG piloten vroegen Chennault om enkele P-43’s te behouden, maar dit verzoek werd afgewezen vanwege het gebrek aan bepantsering en zelfdichtende brandstoftanks van het toestel. Bovendien bleek de turbosupercharger onbetrouwbaar en lekten de brandstoftanks in de vleugels voortdurend.
In april 1942 fotografeerde Robert Lee Scott Jr., een USAAF piloot die bij de AVG diende, de toppen van de Mount Everest vanaf 13.000 meter hoogte, wat de capaciteiten van dit vliegtuig bevestigde. Aan de andere kant crashte veteraan CAF-jagerpiloot Maj. Zheng Shaoyu, die vele luchtgevechten had overleefd, in april 1942 toen hij een P-43 naar China overbracht. Het vliegtuig vatte plotseling vlam, wat leidde tot zijn dood.
Operationele tekortkomingen en vervanging
Japanse piloten merkten op dat de brandstoftanks van de P-43 gemakkelijk doorboord konden worden, waardoor het toestel kwetsbaarder was dan de P-40’s. Tegen 1944 was het type vervangen door andere vliegtuigen. De rudimentaire bescherming die was toegevoegd aan de P-43A-1 was onvoldoende, en de R-1830 motoren werden vaak opgeëist voor gebruik in de Douglas C-47 transportvliegtuigen, waardoor veel overgebleven P-43’s aan de grond werden gehouden.
De USAAC beschouwde de P-43 en zijn varianten vanaf het begin als verouderd en gebruikte ze voornamelijk voor trainingsdoeleinden. In de herfst van 1942 werden alle overgebleven P-43’s opnieuw aangeduid als RP-43, wat aangaf dat ze permanent waren beperkt tot niet-gevechtstaken. Veel van de vliegtuigen die niet naar China werden gestuurd, werden omgebouwd voor fotoreconnaissancedoeleinden en gebruikt voor training. Acht P-43’s, waaronder vier P-43A-1’s en vier P-43D’s, werden in 1942 uitgeleend aan de Royal Australian Air Force (RAAF) en dienden bij No. 1 Photo Reconnaissance Unit. De RAAF voerde verschillende langeafstandsfotoverkenningsmissies uit voordat de zes overlevende toestellen in 1943 werden teruggegeven aan de USAAF.
Varianten en specificaties
Varianten van de P-43 Lancer
- YP-43: Pre-productie prototypes; 13 gebouwd.
- P-43: Eerste productieversie, identiek aan YP-43; 54 gebouwd.
- P-43A: Versie aangedreven door de R-1830-49 motor en bewapend met 12,7 mm machinegeweren in de vleugels; 80 gebouwd.
- P-43A-1: Versie voor China, met rudimentaire bepantsering en bescherming van de vleugelbrandstoftanks, bewapend met vier 12,7 mm machinegeweren in de vleugels; 125 gebouwd.
- P-43B-RE: Conversie van P-43A naar fotoreconnaissance versie met camera’s in de achterste romp; 14 vliegtuigen geconverteerd.
- P-43C: Conversie van P-43A naar fotoreconnaissance versie met andere fotografieapparatuur dan de P-43B; 2 geconverteerd.
- P-43D: Conversie van P-43A naar fotoreconnaissance versie met herzien apparatuur; 6 geconverteerd.
- P-43E: Voorgestelde fotoreconnaissance versie; niet gebouwd.
- RP-43: Herbenoeming van USAAF P-43’s als “beperkt voor gevecht” in oktober 1942.
- RP-43A: Herbenoeming van USAAF P-43A’s als “beperkt voor gevecht” in oktober 1942.
- P-44 Rocket (AP-4J): Voorgestelde versie met 1.400 pk Pratt & Whitney R-2180-1 motor; niet gebouwd.
Specificaties (P-43A)
- Bemanning: 1
- Lengte: 8,69 m
- Spanwijdte: 10,97 m
- Hoogte: 4,27 m
- Vleugeloppervlak: 20,7 m²
- Leeggewicht: 2.720 kg
- Maximaal startgewicht: 3.846 kg
- Motor: 1 × Pratt & Whitney R-1830-49 14-cilinder luchtgekoelde radiaalmotor, 1.200 pk (890 kW)
- Maximumsnelheid: 573 km/u op 6.100 m
- Kruissnelheid: 450 km/u
- Bereik: 1.050 km
- Plafond: 11.000 m
- Bewapening: 4 × 12,7 mm M2 Browning machinegeweren
Conclusie
De Republic P-43 Lancer was een overgangsvliegtuig dat een belangrijke rol speelde in de ontwikkeling van latere, meer geavanceerde jagers zoals de P-47 Thunderbolt. Hoewel het toestel uiteindelijk verouderd was en nooit volledig voldeed aan de verwachtingen, droeg het bij aan de kennis en ervaring die nodig was om meer succesvolle ontwerpen te realiseren. Zijn inzet in China en de beperkte operationele geschiedenis benadrukken de uitdagingen waarmee vliegtuigontwerpers in het interbellum werden geconfronteerd.
Bronnen en meer informatie
- The American Fighter: The Definitive Guide to American Fighter Aircraft from 1917 to the Present, Enzo Angelucci
- Republic Aviation Company Historical Archives
- USAAF Museum Documentation
- Claire Chennault’s Memoirs: The Flying Tigers
- Bronnen mei1940
- Afbeelding: USAAF, Public domain, via Wikimedia Commons