Operatie Ke: Japanse Evacuatie Guadalcanal in 1943

Operatie Ke: Evacuatie van Japanse troepen van Guadalcanal (januari–februari 1943), een strategische operatie tijdens de Tweede Wereldoorlog.
Operatie Ke, januari-februari 1943: Japanse troepen worden geëvacueerd van Guadalcanal per torpedobootjagers, onder constante geallieerde dreiging.

Operatie Ke (ケ号作戦, Ke-gō Sakusen) was de strategische evacuatie van Japanse troepen van Guadalcanal tijdens de Tweede Wereldoorlog. De operatie vond plaats van 14 januari tot 7 februari 1943 en markeerde het einde van de Guadalcanal-campagne, een cruciaal conflict in de Stille Oceaan. Onder leiding van admiraal Isoroku Yamamoto en generaal Hitoshi Imamura evacueerden Japanse troepen 10.652 soldaten uit een hopeloze situatie, veroorzaakt door tekorten aan voedsel, medische voorraden en militaire middelen.

Deze operatie werd uitgevoerd door zowel de Keizerlijke Japanse Marine (IJN) als het Japanse Keizerlijke Leger (IJA). Het was een directe reactie op maandenlange gevechten waarin Japanse pogingen om Guadalcanal terug te winnen consistent werden afgeslagen door geallieerde troepen.

De Guadalcanal-campagne

De Guadalcanal-campagne begon op 7 augustus 1942, toen Amerikaanse troepen landden op Guadalcanal, Tulagi en de Florida-eilanden in de Salomonseilanden. Deze operatie was bedoeld om Japanse bases te elimineren die de aanvoerroutes tussen de Verenigde Staten en Australië bedreigden. Bovendien was het een cruciale stap in de bredere strategie van de geallieerden om het Japanse bolwerk Rabaul te neutraliseren.

De Amerikaanse landing overrompelde de Japanse verdedigers, en de Amerikanen namen snel een onvoltooide Japanse luchtmachtbasis in beslag, later omgedoopt tot Henderson Field. Vanaf deze basis voerden de “Cactus Air Force” (CAF) luchtoperaties uit die Japanse pogingen om het eiland te heroveren ernstig belemmerden.

De Japanse strijdkrachten, onder leiding van generaal Harukichi Hyakutake van het 17e Leger, probeerden meerdere malen Henderson Field te heroveren, ondersteund door marineschepen in de zogenaamde “Tokyo Express”. Deze nachtelijke bevoorradingsmissies konden echter niet voldoende middelen leveren om de Japanse troepen effectief te ondersteunen.

Japanse Verliezen en Moeilijke Beslissingen

Na maanden van zware gevechten en mislukte aanvallen werd duidelijk dat het Japanse garnizoen op Guadalcanal zich in een steeds slechtere positie bevond. Tegen december 1942 waren de verliezen onder Japanse troepen enorm. Van de oorspronkelijke 36.000 soldaten waren er slechts 11.000 over, waarvan velen aan ondervoeding en ziekte leden. De marine leed ook zware verliezen, met meerdere schepen vernietigd of beschadigd in pogingen om versterkingen en voorraden te leveren.

In Tokio begonnen militaire leiders zich zorgen te maken over de strategische kosten van de campagne. Het behouden van Guadalcanal vereiste middelen die nodig waren voor andere fronten, zoals Nieuw-Guinea, waar geallieerde troepen ook vooruitgang boekten. Op 31 december 1942 gaf keizer Hirohito officieel toestemming voor de evacuatie van Guadalcanal.

Strategische Belang van Guadalcanal

Guadalcanal werd door zowel de geallieerden als de Japanners als cruciaal beschouwd vanwege zijn strategische ligging in de Salomonseilanden. Het eiland fungeerde als een belangrijk knooppunt in de geallieerde communicatie- en aanvoerroutes tussen de Verenigde Staten en Australië. Het verlies van Guadalcanal betekende dat Japanse troepen niet langer een bedreiging konden vormen voor deze vitale lijnen en een deel van hun controle over de Stille Oceaan verloren.

Besluit en Planning van Operatie Ke

Het Besluit tot Terugtrekking

In november en december 1942 werd het duidelijk dat het vasthouden van Guadalcanal voor Japan onhoudbaar was. Onder leiding van stafleden van het Keizerlijk Hoofdkwartier (IGH), zoals kolonel Joichiro Sanada en majoor Takahiko Hayashi, werd het idee van een terugtrekking serieus overwogen. Rapporten van frontlijncommandanten beschreven de erbarmelijke toestand van de troepen op het eiland: sterfte door ondervoeding en ziekte liep op tot tientallen per dag, terwijl gevechtskracht vrijwel volledig was uitgeput.

Na overleg met admiraal Yamamoto en generaal Imamura bevestigden hoge officieren dat de campagne niet langer strategisch verdedigbaar was. Op 31 december 1942 keurde keizer Hirohito het voorstel goed om Guadalcanal te verlaten en de nadruk te leggen op het verdedigen van Nieuw-Guinea en andere strategisch belangrijke gebieden.

Het Ontwerp van Operatie Ke

De planning van de evacuatie, bekend als Operatie Ke, begon op 3 januari 1943. Het doel was om zoveel mogelijk troepen van Guadalcanal te evacueren zonder de aandacht van geallieerde troepen te trekken. De evacuatie moest snel en efficiënt verlopen, ondanks de voortdurende bedreiging door geallieerde schepen, vliegtuigen en grondtroepen.

Het plan omvatte drie belangrijke fases:

  1. De Voorbereiding: Een Japanse infanteriebataljon zou worden ingezet als achterhoede om de terugtocht van het 17e Leger te dekken.
  2. De Luchtoorlog: Japanse luchtmachtdivisies en marinevliegtuigen zouden luchtoverwicht proberen te verkrijgen in de regio. Tegelijkertijd zouden misleidende aanvallen in Nieuw-Guinea en de Marshalleilanden de geallieerden moeten afleiden.
  3. De Evacuatie: Japanse torpedobootjagers zouden in drie afzonderlijke nachtmissies in februari 1943 de overgebleven troepen naar veiliger gebieden vervoeren.

Troepen en Middelen

De operatie werd geleid door admiraal Gunichi Mikawa van de 8e Vloot. Hij kreeg de leiding over 21 torpedobootjagers, ondersteund door zware kruisers, lichte kruisers en een dekkingsvloot geleid door admiraal Nobutake Kondō.

Voor de luchtdekking mobiliseerde Japan een gecombineerde macht van 436 vliegtuigen, inclusief vliegtuigen van de “R” Area Air Force en vliegdekschepen zoals de Jun’yō en Zuihō.

De Amerikaanse strijdkrachten onder leiding van admiraal William Halsey Jr. waren goed voorbereid. Zij beschikten over 539 vliegtuigen, waaronder die van de carriers USS Enterprise en USS Saratoga. De Amerikaanse grondtroepen op Guadalcanal, geleid door generaal Alexander Patch, telden meer dan 50.000 man, tegenover de 14.000 uitgeputte Japanse soldaten.

Misleiding en Voorzorgsmaatregelen

Japanse planners namen extra maatregelen om de geallieerden te misleiden. Dit omvatte het verspreiden van valse radioverkeer en het uitvoeren van schijnbewegingen in andere regio’s. Bovendien werd de Japanse communicatietechnologie aangepast, waardoor de geallieerden minder in staat waren om Japanse plannen te onderscheppen.

Op 14 januari begon de operatie met de inzet van het Yano-bataljon, een achterhoede-eenheid van 850 man. Deze eenheid had als taak om de Amerikaanse opmars te vertragen en tijd te winnen voor de evacuatie. Ondanks zware luchtaanvallen door de geallieerden slaagde deze eenheid erin haar positie te behouden.

Uitvoering van de Evacuatie

De Eerste Evacuatiepoging

Op 1 februari 1943 begon de eerste fase van de daadwerkelijke evacuatie. Admiraal Shintaro Hashimoto leidde een vloot van 20 torpedobootjagers vanuit de Shortland-eilanden richting Guadalcanal. Deze vloot, aangeduid als de “Reinforcement Unit”, werd ondersteund door Japanse verkenningsvliegtuigen en luchtaanvallen gericht op het afleiden van geallieerde aandacht.

Tijdens de reis werd de vloot aangevallen door 92 vliegtuigen van de Cactus Air Force (CAF), die erin slaagden een van de schepen, de Makinami, zwaar te beschadigen. Ondanks de schade bereikte de vloot Guadalcanal in de nacht van 1 februari. Bij Cape Esperance en Kamimbo Point werden 4.935 uitgeputte soldaten, voornamelijk van de 38e Divisie, aan boord genomen.

Tijdens de terugtocht liep de torpedobootjager Makigumo op een mijn of werd geraakt door een torpedo van een Amerikaanse PT-boot. Het schip moest worden achtergelaten en werd door de Japanners tot zinken gebracht. De rest van de vloot keerde op 2 februari veilig terug naar de Shortland-eilanden.

De Tweede Evacuatiepoging

Op 4 februari ondernam de Japanse marine de tweede evacuatiemissie. Hoewel de geallieerden vermoedden dat de Japanse vloot versterkingen leverde, werd pas later duidelijk dat het om een evacuatie ging. Ondanks herhaalde aanvallen door CAF-vliegtuigen en zware kustverdediging wisten de Japanse schepen 3.921 soldaten te evacueren, inclusief generaal Harukichi Hyakutake en zijn staf.

De Japanse vloot verloor ditmaal geen schepen, hoewel verschillende beschadigd raakten door nabij missende bommen. Bij aankomst in Bougainville bleken veel van de geëvacueerde soldaten zwaar verzwakt en in slechte gezondheid te verkeren.

De Laatste Evacuatiepoging

De derde en laatste evacuatiemissie vond plaats in de nacht van 7 op 8 februari. Om detectie te voorkomen, nam de Japanse vloot een route ten zuiden van de Salomonseilanden. Onder leiding van Hashimoto vervoerden 18 torpedobootjagers de laatste 1.972 soldaten van Guadalcanal, waaronder de overlevenden van de 2e Divisie.

Om 01:32 vertrokken de schepen definitief van Guadalcanal en bereikten zij de veiligheid van Bougainville zonder verdere verliezen. Japanse scheepsbemanningen controleerden grondig of alle troepen waren geëvacueerd, waarbij zelfs ernstig verzwakte soldaten aan boord werden gebracht.

Reactie van de Geallieerden

De geallieerden merkten pas op 8 februari dat de Japanse troepen volledig waren geëvacueerd. Generaal Patch verklaarde Guadalcanal veilig en stuurde een bericht naar admiraal Halsey: “De totale nederlaag van de Japanse troepen op Guadalcanal is om 16:25 vandaag voltooid. De Tokyo Express heeft geen eindstation meer op Guadalcanal.”

Hoewel de geallieerden een strategische overwinning hadden behaald door Guadalcanal te heroveren, wordt aangenomen dat zij meer hadden kunnen doen om de Japanse evacuatie te verhinderen. Door hun voorzichtigheid en de effectieve misleidingsstrategieën van Japan wisten duizenden Japanse soldaten aan gevangenschap te ontsnappen.

Conclusie en Gevolgen

De Gevolgen voor Japan

Operatie Ke wordt beschouwd als een van de meest succesvolle Japanse evacuatieoperaties tijdens de Tweede Wereldoorlog. Ondanks de overweldigende militaire overmacht van de geallieerden slaagde Japan erin 10.652 soldaten te redden uit een uitzichtloze situatie. Deze troepen werden herverdeeld naar andere fronten, waaronder Nieuw-Guinea en de Filippijnen. Toch waren de verliezen zwaar: van de geëvacueerde soldaten overleden 600 tijdens of kort na de evacuatie, en 3.000 waren langdurig niet inzetbaar door ziekte en ondervoeding.

Het verlies van Guadalcanal markeerde een strategische keerpunt in de oorlog in de Stille Oceaan. Voor Japan betekende het niet alleen het verlies van een cruciale uitvalsbasis, maar ook een verschuiving in de balans van macht naar de geallieerden. De Japanse focus verplaatste zich naar het verdedigen van Nieuw-Guinea en het centrale deel van de Salomonseilanden, terwijl de geallieerden hun offensieven voortzetten in de richting van Rabaul en andere strategische doelen.

De Gevolgen voor de Geallieerden

De herovering van Guadalcanal was een belangrijke overwinning voor de geallieerden. Het stelde hen in staat om de bevoorradingsroutes tussen de Verenigde Staten en Australië veilig te stellen en bood een strategisch startpunt voor verdere offensieven in de Stille Oceaan. Generaal Douglas MacArthur’s campagne in Nieuw-Guinea kreeg hierdoor een directe ondersteuning, terwijl admiraal Chester Nimitz zijn “Island hopping”-strategie verder kon uitvoeren.

Toch werden er kritieken geuit op de aanpak van de geallieerden tijdens de evacuatie van Operatie Ke. Ondanks hun numerieke en materiële overwicht faalden ze in het volledig verijdelen van de Japanse operatie. Dit wordt grotendeels toegeschreven aan de misleidingstactieken van Japan en de voorzichtigheid van generaal Patch en admiraal Halsey.

Bronnen en meer informatie

  1. Afbeelding : Strategische Japanse evacuatie, public domain, via wiki commens
  2. Frank, Richard B. (1990). Guadalcanal: The Definitive Account of the Landmark Battle. New York: Penguin Group. ISBN 0-14-016561-4.
  3. Morison, Samuel Eliot (1958). The Struggle for Guadalcanal, August 1942 – February 1943. Boston: Little, Brown and Company. ISBN 0-316-58305-7.
  4. Dull, Paul S. (1978). A Battle History of the Imperial Japanese Navy, 19411945. Annapolis, MD: Naval Institute Press. ISBN 0-87021-097-1.
  5. Griffith, Samuel B. (1963). The Battle for Guadalcanal. Champaign, IL: University of Illinois Press. ISBN 0-252-06891-2.
  6. Jersey, Stanley Coleman (2008). Hell’s Islands: The Untold Story of Guadalcanal. College Station, TX: Texas A&M University Press. ISBN 978-1-58544-616-2.
  7. Tagaya, Osamu (2001). Mitsubishi Type 1 “Rikko” ‘Betty’ Units of World War 2. New York: Osprey. ISBN 978-1-84176-082-7.
  8. Rottman, Gordon L. (2005). Japanese Army in World War II: The South Pacific and New Guinea, 1942–43. Oxford: Osprey Publishing. ISBN 1-84176-870-7.
  9. Bronnen Mei1940