“Nakajima A6M2-N: Japanse watervliegtuig uit WO2

De Nakajima A6M2-N, een Japans watervliegtuig gebruikt tijdens de Tweede Wereldoorlog, ontworpen voor amfibische operaties en verdediging.
Nakajima A6M2-N watervliegtuig ingezet door de Japanse Keizerlijke Marine tijdens de Tweede Wereldoorlog voor maritieme en amfibische operaties.

De Nakajima A6M2-N, ook wel bekend als de Navy Type 2 Interceptor/Fighter-Bomber, was een eenzits-watervliegtuig ontwikkeld door de Japanse Keizerlijke Marine tijdens de Tweede Wereldoorlog. Dit toestel was gebaseerd op de beroemde Mitsubishi A6M Zero, specifiek het Model 11, en werd ontworpen om operaties op zee en amfibische aanvallen te ondersteunen. De geallieerden gaven het vliegtuig de codenaam “Rufe”.

Ontwikkeling en aanpassingen van de Nakajima A6M2-N

De Nakajima A6M2-N was sterk afgeleid van de Mitsubishi A6M Zero, een van de meest gevreesde gevechtsvliegtuigen van de Tweede Wereldoorlog. De aanpassingen van de A6M2-N waren gericht op het geschikt maken van het vliegtuig voor operaties vanaf water, wat cruciaal was voor het ondersteunen van Japanse maritieme en amfibische operaties op afgelegen en moeilijk bereikbare plaatsen.

De romp van de A6M2-N was gebaseerd op het A6M-2 Model 11, maar het vliegtuig kreeg een speciaal aangepast staartgedeelte en drijvers in plaats van een conventioneel landingsgestel. Deze modificaties maakten het mogelijk om vanaf zee en ondiepe kustgebieden te opereren, wat het vliegtuig een unieke rol gaf in de luchtmacht van de Japanse Keizerlijke Marine.

In totaal werden 327 toestellen geproduceerd, inclusief het originele prototype. De productie vond voornamelijk plaats in de periode 1942-1943, in het hoogtepunt van Japanse maritieme operaties in de Grote Oceaan.

Technische specificaties

De Nakajima A6M2-N had indrukwekkende prestaties voor een watervliegtuig. Hieronder volgen de belangrijkste specificaties:

Algemene kenmerken:

  • Bemanning: 1 persoon
  • Lengte: 10,1 meter
  • Spanwijdte: 12 meter
  • Hoogte: 4,3 meter
  • Vleugeloppervlakte: 22,44 vierkante meter
  • Leeggewicht: 1.912 kg
  • Maximaal gewicht bij opstijgen: 2.880 kg
  • Motor: 1 × Nakajima NK1C Sakae 12 14-cilinder luchtgekoelde radiale zuigermotor, met een vermogen van 940 pk (700 kW) bij opstijgen

Prestatiecijfers:

  • Maximale snelheid: 435 km/u op 5.000 meter hoogte
  • Kruissnelheid: 296 km/u
  • Bereik: 1.148 km
  • Dienstplafond: 10.000 meter
  • Klimtijd naar 5.000 meter: 6 minuten en 43 seconden

Bewapening:

  • Machinegeweren: 2 × 7,7 mm Type 97 in de voorste romp
  • Autokanonnen: 2 × 20 mm Type 99 Mark 1 in de buitenste vleugels
  • Bommen: 2 × 60 kg bommen

Operationele geschiedenis

De Nakajima A6M2-N maakte zijn debuut in 1942, tijdens enkele van de meest kritieke fases van de oorlog in de Stille Oceaan. Het toestel werd voornamelijk ingezet in defensieve operaties en speelde een belangrijke rol in de campagnes op de Aleoeten en de Salomonseilanden.

De Aleoeten en Salomonseilanden

Een van de belangrijkste theaters waarin de A6M2-N actief was, betrof de Aleoeten, een geïsoleerde eilandengroep in Alaska die het toneel was van zware gevechten tussen de Japanse en Amerikaanse strijdkrachten. Hier werd het watervliegtuig, dat door de Japanners werd aangeduid als “Suisen 2” (Hydrovliegtuig Type 2), gebruikt om luchtaanvallen uit te voeren op Amerikaanse patrouilleboten (PT-boten). Vooral ‘s nachts werden deze operaties uitgevoerd, waarbij de A6M2-N fakkels kon afwerpen om Amerikaanse doelen te verlichten voor vernietiging door Japanse torpedobootjagers.

Bescherming van strategische basissen

Naast zijn rol in de Stille Oceaan diende de A6M2-N ook als onderscheppingsvliegtuig ter bescherming van brandstofdepots en andere kritieke infrastructuur. In Balikpapan en Avon (destijds in Nederlands-Indië) werden de watervliegtuigen ingezet om aanvallen van Amerikaanse en geallieerde bommenwerpers te dwarsbomen.

De aanwezigheid van deze toestellen bij de Japanse basissen op Shumushu, in de noordelijke Koerilen, was een teken van hun belang voor de defensieve strategie van Japan. Hier boden ze dekking tegen geallieerde aanvallen op de noordelijke grens van het Japanse Rijk.

Samenwerking met vliegdekschepen en raiders

De A6M2-N was niet alleen beperkt tot vaste bases, maar werd ook ingezet vanaf vliegdekschepen en zeeraiders. Schepen zoals de Kamikawa Maru, een omgebouwde transportschip die diende als vliegtuigmoederschip voor watervliegtuigen, vervoerden A6M2-N’s naar verschillende frontlinies. Deze vliegtuigtenders waren actief in zowel de Solomons als de Koerilen. In de Indische Oceaan werden de A6M2-N’s aan boord van raiders zoals de Hokoku Maru en Aikoku Maru gebruikt om aanvallen op geallieerde scheepvaartroutes te ondersteunen.

Gevechten tegen geallieerde vliegtuigen

In de Aleoeten streden A6M2-N’s regelmatig tegen vliegtuigen van de Amerikaanse en Canadese luchtmacht, zoals de Curtiss P-40 Warhawk, Lockheed P-38 Lightning, en Boeing B-17 Flying Fortress. Ondanks hun lagere snelheid en lagere bewapening in vergelijking met moderne gevechtsvliegtuigen, bewezen de A6M2-N’s dat ze nog steeds effectief konden opereren in hun rol als onderscheppings- en verdedigingsvliegtuigen.

Ondersteuning bij amfibische landingen

De veelzijdigheid van de A6M2-N kwam ook tot uiting in zijn rol bij amfibische landingen. Naast hun onderscheppingstaken konden ze lichte bommen vervoeren en deze afwerpen om vijandelijke posities langs de kust te vernietigen. Dit maakte het toestel tot een waardevolle aanvulling op de Japanse strijdkrachten, die regelmatig afhankelijk waren van snelle amfibische operaties om strategische eilanden te veroveren of te verdedigen.

Latere inzet en het einde van de oorlog

Naarmate de oorlog vorderde en Japan terrein verloor, werden er steeds minder A6M2-N’s ingezet. Toch diende het toestel nog bij verschillende luchtgroepen, waaronder de Otsu-luchtgroep, waar het samen met de Kawanishi N1K1 Kyofu (“Rex”) operaties uitvoerde in de omgeving van het Biwa-meer op Honshu.

Het laatste bekende gebruik van de A6M2-N was na het einde van de oorlog, toen een enkel toestel in Indochina door Franse troepen werd teruggevonden en in dienst werd genomen. Dit exemplaar stortte echter kort na een reparatie neer, waarmee het hoofdstuk van de A6M2-N definitief werd afgesloten.

Conclusie

De Nakajima A6M2-N speelde een bescheiden maar belangrijke rol in de Japanse luchtoorlog tijdens de Tweede Wereldoorlog. Ontworpen als een watervliegtuig op basis van de beroemde Mitsubishi A6M Zero, leverde het vliegtuig waardevolle ondersteuning bij defensieve operaties en amfibische aanvallen. Hoewel het toestel aan het einde van de oorlog verouderd raakte, was het een flexibel en effectief platform dat zowel als onderschepper, jachtbommenwerper en verkenningsvliegtuig kon worden ingezet. De A6M2-N is een voorbeeld van Japanse innovatie in luchtvaarttechnologie en laat zien hoe de behoefte aan veelzijdige gevechtsvliegtuigen leidde tot unieke aanpassingen van bestaande modellen.

Bronnen en meer informatie

  1. Francillon, René J. Japanese Aircraft of the Pacific War. London: Putnam, 1970.
  2. Bergerud, Eric M. Fire in the Sky: The Air War in the South Pacific. Boulder, CO: Westview Press, 2000.
  3. Caidin, Martin. Zero!. Ballantine Books, 1958.
  4. Afbeelding: The original uploader was Felix c at English Wikipedia., Public domain, via Wikimedia Commons
  5. Bronnen Mei1940