De Mitsubishi A5M (Claude), formeel bekend als de Mitsubishi Navy Type 96 Carrier Fighter (九六式艦上戦闘機), was het eerste laagdekker jachtvliegtuig ter wereld dat operationeel werd vanaf een vliegdekschip. Ontworpen door Jiro Horikoshi, de latere ontwerper van de beroemde Mitsubishi A6M “Zero”, speelde de A5M een belangrijke rol in de luchtmacht van de Japanse Keizerlijke Marine voorafgaand aan de Tweede Wereldoorlog.
Specificaties en achtergrond
De aanduiding A5M verwijst naar het ontwerpjaar, gebaseerd op het Japanse keizerlijke jaartal 2596 (1936 in de gregoriaanse kalender). De A5M stond bekend om zijn uitstekende wendbaarheid en stevigheid, kenmerken die van groot belang waren voor een jachtvliegtuig bedoeld voor operaties vanaf vliegdekschepen.
In tegenstelling tot andere vliegtuigontwerpen uit die tijd, was de A5M een laagdekker met een vaste onderstel, wat een compromis vormde tussen prestatie en gewicht. Dit was een bewuste keuze van Horikoshi, die besloot dat de voordelen van een intrekbaar landingsgestel niet opwogen tegen het extra gewicht. Het toestel was uitgerust met een Nakajima Kotobuki 41-motor, een luchtgekoelde radiaalmotor met negen cilinders, goed voor een vermogen van 710 pk bij het opstijgen.
Belangrijke technische specificaties van de Mitsubishi A5M waren onder andere:
- Lengte: 7,57 meter
- Spanwijdte: 11 meter
- Gewicht: 1.216 kg (leeg) en 1.671 kg (beladen)
- Maximale snelheid: 435 km/u op 3.000 meter hoogte
- Bewapening: Twee 7,7 mm Type 97-machinegeweren
Vroege ontwikkelingsfase
Het ontwerp van de A5M begon in 1934, toen de Japanse Keizerlijke Marine een specificatie opstelde voor een nieuw gevechtsvliegtuig. Het nieuwe vliegtuig moest een topsnelheid van 350 km/u kunnen halen op 3.000 meter hoogte en binnen 6,5 minuten een hoogte van 5.000 meter kunnen bereiken. Mitsubishi en Nakajima werden uitgenodigd om ontwerpen in te dienen voor deze “9-shi”-specificatie, genoemd naar het jaar van de opdracht.
Het team van Mitsubishi, onder leiding van Horikoshi, ontwierp de Ka-14, een prototype met een omgekeerde meeuwvleugel, bedoeld om de prestaties te optimaliseren door de luchtweerstand te verminderen. De eerste vlucht vond plaats op 4 februari 1935. Het toestel behaalde een topsnelheid van 450 km/u, ver boven de gestelde eisen van de marine.
Later werd het ontwerp aangepast met een standaard vleugelvorm om de wendbaarheid te verbeteren en de luchtweerstand verder te verminderen. Dit aangepaste ontwerp werd in productie genomen als de Mitsubishi A5M. De luchtmacht van het Japanse leger toonde ook interesse en testte een aangepast prototype, de Ki-18, maar koos uiteindelijk voor een concurrerend model van Nakajima, de Ki-27.
Inhouds opgave
Operationele geschiedenis: Eerste inzet in China
De Mitsubishi A5M werd officieel in gebruik genomen door de Japanse Keizerlijke Marine in 1937. De eerste inzet van de A5M vond plaats tijdens de Tweede Chinees-Japanse Oorlog, waar het vliegtuig deelnam aan luchtaanvallen en luchtgevechten met de Chinese luchtmacht. Hier bleek de A5M de superieur te zijn ten opzichte van veel van zijn tegenstanders, waaronder de verouderde Boeing P-26 “Peashooter”, een jachtvliegtuig dat voornamelijk door de Chinese luchtmacht werd gebruikt.
De A5M werd gewaardeerd om zijn wendbaarheid en stevigheid, ondanks de relatief lichte bewapening van twee 7,7 mm machinegeweren. Deze lichte bewapening was toereikend in de luchtgevechten van die tijd, waarbij manouvreerbaarheid vaak belangrijker was dan vuurkracht. De A5M onderscheidde zich door zijn robuuste constructie en bleek in staat aanzienlijke schade te weerstaan tijdens gevechten.
Daarnaast vervulde de A5M ook de rol van escortejager voor de Mitsubishi G3M-bommenwerpers, die zeer kwetsbaar waren zonder de bescherming van jachtvliegtuigen.
Gevechtsoperaties in de Tweede Chinees-Japanse Oorlog
In de beginjaren van de Tweede Chinees-Japanse Oorlog werd de Mitsubishi A5M regelmatig ingezet in luchtgevechten tegen de Chinese Nationalistische luchtmacht. De A5M bleek bijzonder effectief te zijn tegen de verouderde vliegtuigen van de Chinese luchtmacht, zoals de Curtiss Hawk III en de eerder genoemde Boeing P-26 Peashooter. De A5M overtrof deze vliegtuigen in termen van snelheid, wendbaarheid en duurzaamheid, wat resulteerde in talrijke luchtgevechten waarbij Japanse piloten succes boekten.
A5M tegen de Polikarpov I-16
Een van de meest uitdagende tegenstanders voor de A5M tijdens de gevechten in China was de Polikarpov I-16, een Sovjet-geproduceerd jachtvliegtuig dat werd ingezet door zowel Chinese als Sovjet-vrijwillige piloten. De Polikarpov I-16 had een hogere snelheid en was beter bewapend dan de A5M, met vier machinegeweren en later zelfs twee 20 mm kanonnen, maar was minder wendbaar dan de A5M.
In de luchtslagen van 1938, zoals die op 18 februari en 29 april, speelden de A5M en de I-16 een prominente rol. Tijdens de slag op 29 april vielen 67 Polikarpov-jagers (31 I-16’s en 36 I-15’s) een Japanse formatie aan van 18 Mitsubishi G3M-bommenwerpers, geëscorteerd door 27 A5M-jagers. Beide partijen claimden overwinningen in deze enorme luchtgevechten. De Chinese en Sovjet-troepen beweerden dat ze 21 Japanse vliegtuigen hadden neergeschoten, terwijl de Japanse troepen aanvoerden dat ze slechts vier vliegtuigen hadden verloren en meer dan 40 Chinese vliegtuigen hadden vernietigd. Deze tegenstrijdige rapporten illustreren hoe complex en intens de luchtgevechten in die tijd waren.
Verbeteringen en aanpassingen
Gedurende zijn operationele leven werd de Mitsubishi A5M continu aangepast en verbeterd. De uiteindelijke productiemodellen, bekend als de A5M4, werden uitgerust met een onderbuik-drop tank om het brandstofbereik te vergroten. Dit maakte het mogelijk om langere missies uit te voeren, een cruciaal voordeel tijdens gevechtsoperaties boven het uitgestrekte grondgebied van China.
Daarnaast werd een speciale tweezitsversie van de A5M ontwikkeld, de A5M4-K, die werd gebruikt voor piloottraining. Deze trainer bleef tot ver in de Tweede Wereldoorlog in dienst, zelfs nadat de A5M in de frontlinie was vervangen door modernere vliegtuigen zoals de Mitsubishi A6M “Zero”.
Rol als escortejager
Naast zijn rol in luchtgevechten speelde de A5M een belangrijke rol als escortejager. De Japanse luchtmacht had tijdens de oorlog in China een groot aantal kwetsbare bommenwerpers, zoals de Mitsubishi G3M. Deze bommenwerpers hadden dringend behoefte aan bescherming tegen vijandelijke jagers. De A5M bood deze bescherming effectief door zijn superieure wendbaarheid en robuuste constructie. Ondanks de relatief lichte bewapening kon het vliegtuig vijandelijke jagers afweren en de bommenwerpers beschermen tegen luchtaanvallen.
De Mitsubishi A5M tijdens de Tweede Wereldoorlog
Toen in 1941 de Tweede Wereldoorlog in de Stille Oceaan uitbrak, was de Mitsubishi A5M al grotendeels vervangen door de nieuwere en krachtigere Mitsubishi A6M “Zero”. Toch bleef de A5M in dienst bij verschillende Japanse vliegdekschepen en luchtgroepen (Kōkūtai) die opereerden vanaf het vasteland en eilanden in de regio. Amerikaanse inlichtingen geloofden destijds dat de A5M nog steeds het belangrijkste jachtvliegtuig van de Japanse marine was, niet wetende dat de Zero het grootste deel van de operationele taken had overgenomen.
Slag om de Marshalleilanden (1942)
Op 1 februari 1942 nam de A5M deel aan een van de eerste confrontaties met de Amerikaanse marine tijdens een luchtaanval op de Marshalleilanden, specifiek op de atol Roi-Namur en Kwajalein. Amerikaanse vliegdekschepen, waaronder de USS Enterprise, lanceerden luchtaanvallen op Japanse vliegvelden en schepen in deze regio. Gedurende deze actie onderschepten A5M-jagers verschillende Amerikaanse vliegtuigen, waaronder de bekende Douglas SBD Dauntless duikbommenwerpers. In dit gevecht slaagden de A5M’s erin om drie Amerikaanse vliegtuigen neer te schieten, inclusief het toestel van LtCdr Halstead Hopping, commandant van het VS-6 Squadron.
Ondanks dit succes werd duidelijk dat de A5M verouderd was in vergelijking met de nieuwste Amerikaanse jachtvliegtuigen, zoals de Grumman F4F Wildcat. De A6M Zero was inmiddels het voornaamste Japanse jachtvliegtuig geworden en werd steeds vaker ingezet op vliegdekschepen. De A5M werd in toenemende mate beperkt tot tweede-lijnseenheden en operationele gebieden waar de vraag naar meer geavanceerde vliegtuigen minder groot was.
Laatste gevechtsacties: Slag om de Koraalzee (1942)
De laatste grote inzet van de Mitsubishi A5M als frontlinie-jachtvliegtuig vond plaats tijdens de Slag om de Koraalzee in mei 1942. Tijdens deze strategisch belangrijke zeeslag vochten twee A5M’s samen met vier A6M Zero’s tegen Amerikaanse vliegtuigen die de Japanse vliegdekschepen Shōhō aanvielen. Ondanks de inzet van deze vliegtuigen slaagden de Amerikaanse troepen erin om de Shōhō tot zinken te brengen, wat een vroege nederlaag betekende voor de Japanse marine in de Stille Oceaan-campagne.
Na de Slag om de Koraalzee werden de resterende A5M’s grotendeels uit actieve gevechtsrollen teruggetrokken en gebruikt voor training en secundaire taken. De A5M4-K-trainingsversie bleef nog enige tijd in gebruik om piloten op te leiden, vooral voor de meer geavanceerde A6M Zero. Tegen het einde van 1942 was de A5M vrijwel volledig vervangen op de voorste linies.
Laatste inzet: Kamikaze-missies en training
In de laatste fase van de Tweede Wereldoorlog, toen de geallieerden steeds verder oprukten in de Stille Oceaan en de Japanse strijdkrachten zwaar onder druk stonden, werden veel oudere vliegtuigen zoals de Mitsubishi A5M opnieuw ingezet voor kamikaze-missies. Deze zelfmoordaanvallen, die gericht waren op geallieerde schepen, werden een wanhopige tactiek van de Japanse luchtmacht in de hoop de overmacht van de geallieerden te doorbreken.
Kamikaze-aanvallen
Hoewel de A5M op dat moment sterk verouderd was en niet langer kon concurreren met de modernere gevechtsvliegtuigen van de geallieerden, werd het vliegtuig alsnog gebruikt in kamikaze-missies vanwege zijn betrouwbare en robuuste ontwerp. Het vaste onderstel en de eenvoudige constructie maakten het toestel geschikt voor deze aanvallen, waarbij precisie en directe schade belangrijker waren dan snelheid of wendbaarheid.
Vanaf 1944 werden resterende A5M’s uitgerust met bommen en naar het front gestuurd om als kamikaze-toestellen ingezet te worden. Deze aanvallen werden uitgevoerd tegen geallieerde schepen in de Filippijnen, Okinawa, en andere strategische locaties waar de geallieerde troepen vochten voor de uiteindelijke invasie van Japan.
Opleidingsrollen
Naast hun gebruik in kamikaze-operaties, bleven de A5M4-K-varianten nog steeds in gebruik voor het trainen van nieuwe piloten, zelfs toen de A6M Zero en andere modernere toestellen de hoofdmacht van de Japanse luchtmacht vormden. De tweezitsversies van de A5M waren populair in trainingsfaciliteiten en werden tot aan de laatste maanden van de oorlog gebruikt om nieuwe piloten op te leiden die ingezet zouden worden in het steeds intensievere luchtgevechten.
Conclusie
De Mitsubishi A5M speelde een cruciale rol in de luchtmacht van de Japanse Keizerlijke Marine voorafgaand aan en in de vroege jaren van de Tweede Wereldoorlog. Hoewel het aanvankelijk een zeer geavanceerd vliegtuig was, werd het naarmate de oorlog vorderde snel verouderd door de opkomst van nieuwere en snellere gevechtsvliegtuigen, zoals de Mitsubishi A6M Zero. De A5M bleef echter dienst doen in secundaire rollen, zoals escorte voor bommenwerpers en training voor piloten, en uiteindelijk zelfs als kamikaze-toestel.
Het ontwerp van de A5M, met zijn sterke nadruk op wendbaarheid en eenvoud, maakte het een effectief jachtvliegtuig tijdens de gevechten in China en de vroege campagnes van de Stille Oceaan. De overstap naar kamikaze-missies markeerde het laatste hoofdstuk in de operationele geschiedenis van dit toestel. De A5M blijft een belangrijk onderdeel van de Japanse militaire luchtvaartgeschiedenis, vooral als de directe voorloper van de legendarische A6M Zero.
Bronnen en meer informatie
- Francillon, René J. Japanese Aircraft of the Pacific War. Putnam Aeronautical Books, 1970.
- Shores, Christopher, and Brian Cull. Bloody Shambles, Vol. 1: The Drift to War to the Fall of Singapore. Grub Street, 1992.
- Mikesh, Robert C., and Shorzoe Abe. Japanese Aircraft, 1910–1941. Naval Institute Press, 1990.
- Peattie, Mark R. Sunburst: The Rise of Japanese Naval Air Power, 1909-1941. Naval Institute Press, 2007.
- Bronnen Mei1940
- Afbeelding: Not stated., Public domain, via Wikimedia Commons