
Hr.Ms. Soemba was een Nederlandse kanonneerboot van de Floresklasse, genoemd naar het Indonesische eiland Soemba. Het schip werd in de jaren 1920 gebouwd door scheepswerf en machinefabriek Wilton in Rotterdam en was primair bedoeld voor patrouilletaken in Nederlands-Indië.
Inhouds opgave
Specificaties
De Soemba had een waterverplaatsing van circa 1.450 ton en een lengte van ongeveer 75 meter. Haar bewapening bestond oorspronkelijk uit drie 150mm-kanonnen, aangevuld met luchtafweer en kleinere wapens voor zelfverdediging. Het schip was niet zwaar bepantserd, maar ontworpen voor flexibiliteit en manoeuvreerbaarheid in kustwateren.
Na de voltooiing werd de Soemba in dienst genomen door de Koninklijke Marine en vertrok ze samen met haar zusterschip Hr.Ms. Flores naar Nederlands-Indië. Tijdens deze overtocht in 1926 werden diverse havens aangedaan, waaronder Sevilla, Tunis, Port Said, Aden en Colombo. Op 10 augustus 1926 arriveerde de Soemba in de haven van Sabang, waar zij haar operaties in de Oost-Indische wateren begon.
Operaties in Nederlands-Indië voor de Tweede Wereldoorlog
Gedurende de jaren 1920 en 1930 voerde Hr.Ms. Soemba patrouilletaken uit in Nederlands-Indië. Haar primaire rol was het waarborgen van de veiligheid op zee, het ondersteunen van koloniale autoriteiten en het beschermen van de Nederlandse handelsroutes.
In 1935 werd de Soemba geherclassificeerd als kanonneerboot. Dit betekende een aanpassing in haar operationele inzet, waarbij de nadruk kwam te liggen op kustbombardementen en maritieme defensie. Ondanks deze herclassificatie bleef het schip voornamelijk betrokken bij patrouilles en oefeningen binnen de Indische archipel.
Met de toenemende spanningen in Zuidoost-Azië eind jaren 1930 werd de Soemba vaker ingezet voor defensieve taken. De Koninklijke Marine probeerde de kustwateren van Nederlands-Indië te beveiligen tegen mogelijke dreigingen, met name vanuit Japan, dat steeds agressiever optrad in de regio.
De Tweede Wereldoorlog: Strijd in Nederlands-Indië
Met het uitbreken van de Pacifische Oorlog in december 1941 raakte Hr.Ms. Soemba direct betrokken bij de verdediging van Nederlands-Indië. De Japanse opmars in Zuidoost-Azië verliep snel, en de Koninklijke Marine zette haar beschikbare schepen in om de geallieerde verdediging te ondersteunen.
Gevechten in de Indische Archipel
Op 20 januari 1942 maakte Soemba deel uit van de escorte voor troepentransporten van de Britse oceaanliner RMS Aquitania bij de oversteek naar Malaya via de Sunda Strait. De Japanse luchtmacht voerde meerdere luchtaanvallen uit op geallieerde konvooien en schepen in het gebied, waardoor de situatie steeds gevaarlijker werd.
Op 16 februari 1942 was Soemba samen met de Australische korvetten HMAS Yarra, HMAS Goulburn en HMAS Burnie en de Britse torpedobootjagers HMS Tenedos en HMS Encounter betrokken bij de evacuatie van geallieerde troepen uit Oosthaven (het huidige Bandar Lampung) op Sumatra. Terwijl de meeste geallieerde eenheden zich terugtrokken, bleef Soemba samen met Burnie achter om strategische infrastructuur te vernietigen. Dit omvatte het opblazen van munitievoorraden, het saboteren van spoorwegmaterieel en het plaatsen van explosieven onder de Koninklijke Paketvaart Maatschappij-kade en een opslagloods. Ook werden vier vrachtwagens met torpedo’s onklaar gemaakt door de werking van hun propellers te saboteren en zwavelzuur in de mechanische onderdelen te gieten.
In de daaropvolgende dagen werd Soemba ingezet in de Sunda Strait Auxiliary Patrol, een geallieerde patrouille-eenheid bestaande uit Nederlandse en Australische schepen. De opdracht was het verhinderen van Japanse infiltratie in Java via kleine vaartuigen. Tijdens deze operaties kwam het schip onder zware luchtaanvallen te liggen. Op 27 februari 1942 werd Soemba getroffen, wat resulteerde in meerdere slachtoffers onder de bemanning.
Vlucht naar Ceylon en inzet in de Perzische Golf
Nadat de verdediging van Nederlands-Indië instortte, ontkwam Soemba in maart 1942 naar Ceylon (het huidige Sri Lanka). Hier werd het schip ingedeeld bij de Britse Eastern Fleet en kreeg het voornamelijk escorte- en patrouilletaken in de Perzische Golf. Gedurende 1942 en begin 1943 begeleidde Soemba geallieerde konvooien die essentiële bevoorradingen vervoerden naar strategische havens in het Midden-Oosten.
De rol van het schip in deze regio was van groot belang voor de geallieerde oorlogsvoering. De olietoevoer uit het Midden-Oosten naar de geallieerde strijdkrachten was cruciaal, en Japanse en Duitse onderzeeërs bedreigden deze transporten. Soemba ondersteunde de beveiliging van deze routes, hoewel ze zelf geen directe confrontaties met vijandelijke schepen had.
Inzet in de Middellandse Zee en de Slag om Normandië
Bombardementen bij Sicilië, Salerno en Anzio
In mei 1943 werd Hr.Ms. Soemba overgeplaatst naar de Middellandse Zee, waar ze werd ingezet ter ondersteuning van de geallieerde amfibische landingen in Zuid-Europa. Tijdens Operatie Husky, de geallieerde invasie van Sicilië in juli 1943, verleende Soemba samen met haar zusterschip Hr.Ms. Flores vuursteun aan de landingsoperaties. De schepen beschoten vijandelijke stellingen langs de kust, waaronder bunkers en artillerieposities, om de opmars van de geallieerde troepen te vergemakkelijken.
Door hun effectieve bombardementen kregen Soemba en Flores de bijnaam “Terrible Twins” van de Britse pers. Ondanks zware tegenaanvallen, waaronder artillerievuur en luchtaanvallen, bleef het schip operationeel.
Op 5 augustus 1943 werd Soemba echter zwaar getroffen door vijandelijke artillerie. Een granaatinslag op de brug resulteerde in de dood van de commandant, kapitein-ter-zee Sterkenburg. Hij werd samen met andere gesneuvelden begraven op het kerkhof van Syracuse, Sicilië.
Na Sicilië nam Soemba deel aan de landingen bij Salerno (Operatie Avalanche) in september 1943 en later aan de geallieerde operaties bij Anzio in begin 1944. De kanonneerboot bleef haar rol als vuursteunplatform vervullen en begeleidde ook konvooien langs de Italiaanse kust.
Voorbereiding op D-Day
In maart 1944 werd Soemba overgeplaatst naar Portsmouth voor een grondige refit, met het oog op haar deelname aan de geplande geallieerde invasie van Noord-Frankrijk. Haar artillerie werd gerepareerd en aangepast om geschikt te zijn voor langdurige kustbombardementen.
Een opmerkelijk incident vond plaats tijdens deze voorbereidingen: Soemba had schade opgelopen aan een van haar 150mm-kanonnen en vroeg via officiële kanalen om vervanging. De Britse marineofficier die het verzoek moest behandelen, kapitein ter zee Nicholl, wist dat de kans klein was dat zo’n verzoek werd goedgekeurd. Om de aanvraag extra aandacht te geven, besloot hij de boodschap in ludieke vorm van een limerick te versturen. Dit leidde tot een speelse uitwisseling van rijmende berichten binnen de Britse marine, waarna het verzoek uiteindelijk werd ingewilligd.
Deelname aan de landing in Normandië
Op 6 juni 1944, tijdens Operatie Overlord, nam Hr.Ms. Soemba deel aan de geallieerde invasie van Normandië. Het schip was toegewezen aan de bombardementsgroep bij Utah Beach, waar het Duitse verdedigingswerken onder vuur nam ter ondersteuning van de landingen.
Soemba en andere bombardementschepen schoten op bunkers, kanonstellingen en troepenconcentraties om de geallieerde troepen op de stranden dekking te bieden. De Nederlandse kanonneerboot bleef de hele dag actief, ondanks tegenvuur van Duitse artillerie. Haar bijdrage werd door geallieerde commandanten als waardevol beschouwd, mede dankzij de ervaring die ze had opgedaan in de Middellandse Zee.
Na de landingen bleef Soemba enige tijd in de regio om geallieerde troepen te ondersteunen bij hun opmars. In augustus 1944 werd het schip echter buiten dienst gesteld, omdat het als ongeschikt voor verdere gevechtsoperaties werd beschouwd.
Conversie tot radarinstructieschip
Ondanks haar formele uitdienststelling vroeg de Nederlandse marine eind 1944 om een herbestemming van Hr.Ms. Soemba als radarinstructieschip. De Britten gingen hiermee akkoord, en tussen mei 1945 en mei 1946 werd het schip omgebouwd in Grangemouth, Schotland.
De USS Moosehead was een vergelijkbaar schip met Hr.Ms. Soemba, gebruikt als radar en CIC instructieschip door de Amerikaanse marine. Beide schepen dienden voor training in geavanceerde radartechnologie, waarmee marinepersoneel werd opgeleid in navigatie, gevechtsinformatie en tactische besluitvorming binnen moderne maritieme operaties.
Tijdens deze verbouwing werd de bewapening van Soemba volledig verwijderd, de brug werd afgesloten en er werden meerdere radarsystemen geïnstalleerd, waaronder:
- Type 281 langeafstandsluchtradarsysteem op de voorste mast
- Type 271 oppervlaktescanderradar boven de brug
- Type 291 luchtsurveillance-radar op de voorste mast
- Type 277 radar voor hoogtebepaling
- Type 268 onderzeebootdetectieradar op een mast midscheeps
- Type 293 radar op de hoofdmast
Na de Tweede Wereldoorlog moest de Nederlandse Marine worden heropgebouwd. In 1946 startten de eerste radaropleidingen aan boord van Hr.Ms. Soemba, een tot radarinstructieschip omgebouwde kanonneerboot. Hier werden matrozen opgeleid voor het Radio Afstand Peiler Plot (RAPP)-brevet, gevolgd door kaderopleidingen. Vanaf 1949 kregen deze kaderleden een eigen dienstvak: de Navigatie Gevechts-Informatie Dienst (NGID).

De eerste Nederlandse opleiding tot Navigatie Dienst-officier (ND-officier) begon in 1949 bij de Artillerie Gevechts-Informatie School (ARGIS) in Den Helder, later NAVGIS genoemd. In 1976 werd NAVGIS geïntegreerd in de Operationele School (OPSCHOOL), die personeel opleidde voor diverse marine dienstvakken. Later werd dit het dienstvak Operationele Dienst Operaties (ODOPS).
NGID-personeel verwerkte gegevens van navigatieradars en andere installaties in radarhutten en -centrales. In de beginjaren gaf de US Navy training in het gebruik van Amerikaanse radarapparatuur, terwijl de Nederlandse marine voorheen vooral ervaring had met Britse systemen.
RAPP’ers en later NAGI-personeel werkten in de commandocentrale, de Nederlandse tegenhanger van de Combat Information Center (CIC). Hier verwerkten ze radargegevens, coördineerden ze tactische operaties en ondersteunden ze de commandovoering bij maritieme missies, waarbij een helder overzicht van de gevechtssituatie essentieel was voor besluitvorming en operationele effectiviteit.
Latere dienstjaren en definitieve uitdienststelling
Vervolg als vliegtuigdirectieschip
In oktober 1949 werd Hr.Ms. Soemba officieel uit dienst gesteld als radarinstructieschip, omdat er inmiddels voldoende trainingsfaciliteiten aan wal beschikbaar waren. De Koninklijke Marine besloot het schip echter niet af te danken, maar om te bouwen tot vliegtuigdirectieschip. Dit betekende dat Soemba een nieuwe rol kreeg in het begeleiden en coördineren van luchtoperaties, een belangrijke functie binnen de moderniserende naoorlogse marine.
De conversie vond plaats in Den Helder, waarbij de gepantserde commandotoren werd verwijderd en zowel de voorste als achterste bovenbouw werd vergroot. De oorspronkelijke masten werden vervangen door latticemasten, die beter geschikt waren voor het dragen van radarsystemen. Daarnaast kreeg het schip een nieuwe bewapening, bestaande uit:
- Twee 40mm Bofors-kanonnen achterop
- Twee 20mm Oerlikon-kanonnen, geplaatst aan weerszijden van de brug
Soemba’s oppervlakte-radarsystemen werden verwijderd en vervangen door:
- Type 281 langeafstandsluchtradar op de voorste mast
- Type 277 radar boven de voorste bovenbouw
- Type 293 radar op de hoofdmast
Met deze configuratie was het schip volledig aangepast voor haar nieuwe taak als vliegtuigdirectieschip, waarbij ze gevechtsvliegtuigen kon begeleiden tijdens oefeningen en missies op zee.
Deelname aan NAVO-oefeningen
Tussen 1949 en 1954 speelde Hr.Ms. Soemba een actieve rol binnen de NAVO. Ze nam deel aan diverse maritieme oefeningen en werkte regelmatig samen met de Britse Royal Navy, waarbij ze vaak werd ingezet naast haar Britse tegenhanger, HMS Boxer. Deze samenwerking versterkte de integratie van de Nederlandse marine binnen het NAVO-bondgenootschap.
In deze periode was de Soemba betrokken bij grootschalige oefeningen in de Noordzee en de Atlantische Oceaan, waarbij ze haar nieuwe rol als vliegtuigdirectieschip in de praktijk bracht. Door haar inzet droeg het schip bij aan de modernisering van de Nederlandse marine, die zich steeds meer aanpaste aan de naoorlogse militaire strategieën van de NAVO.
Conversie tot logementsschip en definitieve uitdienststelling
Aan het eind van 1954 werd Hr.Ms. Soemba opnieuw uit dienst gesteld. De marine besloot haar echter een nieuwe functie te geven als logementsschip (drijvend onderkomen voor maritiem personeel). Vanaf 1956 werd het schip gestationeerd in Den Helder, waar het voornamelijk werd gebruikt voor de huisvesting van personeel bij het duik en demonteergroep van de marine. Hiermee volgde Soemba haar voorganger, Hr.Ms. Castor, op als accommodatie-eenheid.
De Soemba bleef bijna dertig jaar in deze rol en diende als opleidings- en verblijfsschip voor marinepersoneel. Pas in juli 1985 werd het schip definitief uit dienst gesteld en uit de vloot verwijderd.
Conclusie
Hr.Ms. Soemba kende een lange en veelzijdige carrière binnen de Koninklijke Marine. Van haar oorspronkelijke rol als kanonneerboot in Nederlands-Indië tot haar inzet tijdens de Tweede Wereldoorlog en haar latere functies als radarinstructie- en vliegtuigdirectieschip, speelde het schip een belangrijke rol in de Nederlandse maritieme geschiedenis.
Tijdens de oorlog voerde Soemba gevechtsmissies uit in de Indische Archipel, de Perzische Golf en de Middellandse Zee. Ze ondersteunde belangrijke geallieerde operaties, zoals de landingen op Sicilië en in Normandië, en verwierf erkenning als een effectief ondersteuningsschip.
Na de oorlog werd het schip ingezet voor radar- en luchtgeleidingstrainingen, wat de Koninklijke Marine hielp moderniseren. Uiteindelijk werd Soemba omgebouwd tot logementsschip, waarmee ze nog decennialang in dienst bleef.
Hr.Ms. Soemba was een schip dat zich steeds opnieuw aanpaste aan de veranderende behoeften van de Nederlandse marine en haar bondgenoten. Dit maakt haar tot een van de meest veelzijdige schepen uit de Nederlandse maritieme geschiedenis.
Bronnen en meer informatie
- Afbeelding 1: The original uploader was DirkV at Dutch Wikipedia. (Original text: NIMH), Public domain, via Wikimedia Commons
- Afbeelding 2:Fotoafdrukken Koninklijke Marine, CC0, via Wikimedia Commons
- Chesneau, Roger, ed. (1980). Conway’s All the World’s Fighting Ships 1922-1946. Greenwich, UK: Conway Maritime Press. ISBN 0-85177-146-7.
- Cruijff, Henryk J. (2012). “HNLMS Soemba: Radar-Instruction Ship & Aircraft Direction Ship, 1946–1954”. In John Jordan (ed.). Warship 2012. London: Conway. pp. 170–72. ISBN 978-1-84486-156-9.
- Bronnen Mei1940