HMAS Australia: Geschiedenis van een Australisch Slagschip WOI

HMAS Australia, een Indefatigable-klasse slagkruiser, gebouwd in 1911, vlaggenschip van de Royal Australian Navy.
HMAS Australia, een Indefatigable-klasse slagkruiser, speelde een sleutelrol in de vroege geschiedenis van de Royal Australian Navy.

HMAS Australia, een Indefatigable-klasse slagkruiser, was een van de meest indrukwekkende marineschepen van haar tijd. Besteld door de Australische regering in 1909 en in dienst genomen in 1913, diende het schip als vlaggenschip van de jonge Royal Australian Navy (RAN).

Ontwerp en Specificaties

De HMAS Australia behoorde tot de Indefatigable-klasse slagkruisers, die een doorontwikkeling waren van de eerdere Invincible-klasse. Het belangrijkste verschil in ontwerp was dat de Indefatigable-klasse een vergroot frame had, zodat de zijtorens een breder vuurbereik kregen. Ondanks deze verbetering waren de schepen niet beter beschermd dan de Duitse slagkruisers van die tijd.

Technische Specificaties

  • Afmetingen: De HMAS Australia had een totale lengte van 179,8 meter, een breedte van 24,4 meter en een maximale diepgang van 9,2 meter.
  • Verplaatsing: Het schip verplaatste 18.500 ton bij normale lading en 22.130 ton bij maximale lading.
  • Snelheid en Bereik: Aangedreven door vier Parsons-stoomturbines en 31 Babcock & Wilcox-ketels, bereikte het schip een topsnelheid van 25 knopen en een bereik van 6.690 zeemijl bij een kruissnelheid van 10 knopen.
  • Bewapening: Het schip was uitgerust met vier dubbelloops BL 12-inch Mark X-kanonnen, zestien BL 4-inch Mark VII-kanonnen en twee 18-inch torpedobuizen.

Bewapening en bepansering

De hoofdgeschuttorens van HMAS Australia waren strategisch geplaatst om effectief zowel voorwaarts, achterwaarts als zijwaarts vuur te leveren, wat het schip veelzijdig maakte in gevechten. Het hoofdgeschut bestond uit vier dubbelloops 12-inch (305 mm) Mark X-kanonnen, gemonteerd in torens op de voorsteven, achtersteven en aan beide zijden van het schip. Deze opstelling bood een breed schootsveld en zorgde ervoor dat het schip op meerdere vijandelijke doelen tegelijk gericht kon blijven.

Voor secundaire bewapening beschikte het schip over zestien 4-inch (102 mm) Mark VII-kanonnen, geplaatst in de bovenbouw. Deze waren bedoeld om vijandelijke torpedobootjagers en lichtere schepen af te weren. Daarnaast had HMAS Australia twee 18-inch (450 mm) onderwater torpedobuizen, die vooral in close-range gevechten strategisch konden worden ingezet.

De bescherming van het schip bestond uit een waterlijnpantser van 102 tot 152 mm dikte, ontworpen om vijandelijke granaten te weerstaan. De dekpansers varieerden in dikte van 38 tot 64 mm, met extra bescherming voor cruciale delen zoals de stuurmechanismen. De barbettes en geschuttorens hadden een pantserdikte van 178 mm, terwijl de vitale controlelocaties en munitiedepots extra zwaar beschermd waren.

Gebruiksdoeleinden en Aanpassingen

Gedurende haar operationele dienst onderging de HMAS Australia verschillende aanpassingen om haar prestaties en verdediging te verbeteren. Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd een 76 mm luchtafweergeschut geïnstalleerd. In 1918 werden er vliegtuigen aan boord genomen, waaronder een Sopwith Pup en Sopwith 1½ Strutter, die konden opstijgen vanaf platforms op de kanontorens.

Operationele Geschiedenis

De Eerste Wereldoorlog

Bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog werd HMAS Australia een essentieel onderdeel van de geallieerde strategie in de Stille Oceaan. Het schip kreeg de opdracht de Duitse Oost-Aziatische Squadron op te sporen en te neutraliseren. Hoewel de aanwezigheid van de slagkruiser de Duitsers ertoe aanzette zich terug te trekken, verhinderden logistieke obstakels en overvoorzichtige bevelen een directe confrontatie.

Vroege Operaties in de Stille Oceaan

In augustus 1914 speelde HMAS Australia een rol in de succesvolle inname van Duitse koloniën, waaronder Nieuw-Guinea en Samoa. Het schip escorteerde troepentransporten en voerde patrouilles uit om de veiligheid van de regio te waarborgen. Bij de bezetting van Rabaul fungeerde het schip als een afschrikmiddel tegen eventuele Duitse tegenaanvallen.

Noordzee-Operaties

In januari 1915 werd HMAS Australia verplaatst naar de Noordzee, waar het werd toegevoegd aan de Britse Grand Fleet als onderdeel van het 2e Slagkruisersquadron. Het schip nam deel aan een reeks patrouilles, oefeningen en escortemissies. Deze operaties hadden als doel de Duitse Hochseeflotte te blokkeren en te ontmoedigen om actie te ondernemen buiten Europese wateren.

Botsing met HMS New Zealand

Tijdens een patrouille in april 1916 kwam HMAS Australia in aanvaring met haar zusterschepen, HMS New Zealand. De schade was aanzienlijk: de romp werd beschadigd en reparaties namen maanden in beslag. Dit betekende dat HMAS Australia niet aanwezig was bij de Slag om Jutland, de grootste zeeslag van de oorlog.

Bijdragen aan de Geallieerde Luchtvaart

HMAS Australia speelde ook een pioniersrol in de ontwikkeling van marineluchtvaart. In 1918 werden platforms geïnstalleerd op de kanontorens, waarop vliegtuigen zoals de Sopwith Pup konden opstijgen. Dit experiment markeerde een belangrijke stap in de integratie van luchtvaart in marinestrategieën.

Na de Oorlog

Na de wapenstilstand in november 1918 voerde HMAS Australia taken uit bij het begeleiden van de Duitse Hochseeflotte naar Scapa Flow, waar de schepen werden geïnterneerd. Het schip keerde in 1919 terug naar Australië, waar het werd verwelkomd als een symbool van nationale trots. Desondanks kampte het schip met interne problemen, waaronder ontevredenheid onder de bemanning, die uiteindelijk culmineerde in een muiterij tijdens een bezoek aan Fremantle.

De Muiterij van 1919

In mei 1919 weigerden ongeveer honderd bemanningsleden hun taken uit te voeren nadat een verzoek om extra verlof was afgewezen. Dit incident weerspiegelde de frustraties van de bemanning over de strenge discipline, beperkte verlofregelingen en ongelijke promotiekansen. Hoewel de muiterij snel werd onderdrukt, leidde het tot publieke debatten over marinebeleid en discipline.

Latere Jaren en Ontmanteling

Rol als Opleidingsschip

Na de Eerste Wereldoorlog werd HMAS Australia gedegradeerd tot een opleidingsschip. Post-oorlogsbezuinigingen en de afnemende strategische relevantie van slagkruisers leidden ertoe dat het schip in 1921 in reserve werd geplaatst. Gedurende deze periode werd het gebruikt voor training van bemanningsleden en het testen van nieuwe technologieën, zoals luchtvaartoperaties met een Avro 504 watervliegtuig.

Washington Naval Treaty en Scuttling

De Washington Naval Treaty van 1922, een internationale overeenkomst om de wapenwedloop op zee te beperken, eiste de vernietiging van oudere slagschepen en slagkruisers. Als onderdeel van het Britse Gemenebest moest HMAS Australia worden ontmanteld. Het schip werd op 12 april 1924 door middel van explosieven tot zinken gebracht, op een locatie 25 zeemijl ten noordoosten van Sydney Heads.

Procedure van Scuttling

Voorafgaand aan het tot zinken brengen werd bruikbare apparatuur van boord gehaald. Artefacten, zoals de scheepsbel en een propeller, werden bewaard en tentoongesteld in musea. Tijdens de ceremonie begeleidden verschillende Australische en Britse marineschepen de slagkruiser naar haar laatste rustplaats. Een laatste saluut en het plaatsen van een krans markeerden het einde van een tijdperk.

Historische Betekenis

HMAS Australia vervulde een belangrijke rol binnen de maritieme geschiedenis van Australië. Hoewel het schip nooit betrokken was bij grote zeeslagen, leverde het een waardevolle bijdrage aan de verdediging van de Stille Oceaan en speelde het een pioniersrol in de ontwikkeling van marineluchtvaart. Het tot zinken brengen van het schip in 1924 markeerde het einde van een tijdperk, maar elementen van haar geschiedenis blijven behouden in musea en andere herdenkingen, waarmee haar invloed op de Australische marine en nationale identiteit voortleeft.

Bronnen en meer informatie

  1. Afbeelding: Alan C. Green, Public domain, via Wikimedia Commons
  2. Bennett, Geoffrey (2005). Naval Battles of the First World War. Barnsley: Pen & Sword Military Classics. ISBN 978-1-84415-300-8.
  3. Burt, R. A. (1986). British Battleships of World War One. Annapolis, MD: Naval Institute Press. ISBN 0-87021-863-8.
  4. Campbell, N. J. M. (1978). Battle Cruisers: The Design and Development of British and German Battlecruisers of the First World War Era. Greenwich: Conway Maritime Press. ISBN 0-85177-130-0.
  5. Cassells, Vic (2000). The Capital Ships: Their Battles and Their Badges. East Roseville, NSW: Simon & Schuster. ISBN 0-7318-0941-6.
  6. Frame, Tom & Baker, Kevin (2000). Mutiny! Naval Insurrections in Australia and New Zealand. St Leonards, NSW: Allen & Unwin. ISBN 1-86508-351-8.
  7. Roberts, John (1997). Battlecruisers. London: Chatham Publishing. ISBN 1-86176-006-X.
  8. Stevens, David (2001). The Royal Australian Navy. South Melbourne, VIC: Oxford University Press. ISBN 0-19-555542-2.
  9. Duncan, Brad (2011). Battlecruiser HMAS Australia (1): Wreck Inspection Report. Parramatta, NSW: Heritage Branch, NSW Office of Environment and Heritage. OCLC 754127975.
  10. Marder, Arthur J. (1978). From the Dreadnought to Scapa Flow, The Royal Navy in the Fisher Era, 1904–1919. Vol. III. London: Oxford University Press. ISBN 0-19-215841-4.
  11. Massie, Robert K. (2003). Castles of Steel: Britain, Germany, and the Winning of the Great War at Sea. New York: Random House. ISBN 0-679-45671-6.
  12. Bronnen mei1940