Jannetje Johanna (Jo) Schaft, beter bekend als Hannie Schaft, werd geboren op 16 september 1920 in Haarlem, Nederland. Tijdens de Tweede Wereldoorlog was ze actief binnen het Nederlandse verzet, waar ze bekend stond als “het meisje met het rode haar.” Haar moedige daden en tragische einde hebben haar een blijvende plek in de Nederlandse geschiedenis gegeven.
Inhouds opgave
Begin van het verzet
Hannie Schaft begon haar verzetswerk met kleine, maar betekenisvolle daden. Ze stal identiteitsbewijzen om Joodse inwoners, waaronder haar vrienden, te helpen onderduiken. Deze acties markeerden het begin van haar betrokkenheid bij de verzetsbeweging. Schaft was vastbesloten om een actieve rol te spelen in de strijd tegen de Duitse bezetters en de Nederlandse collaborateurs. Haar inzet leidde tot haar lidmaatschap van de Raad van Verzet, een organisatie met nauwe banden met de Communistische Partij van Nederland.
Geheime operaties en sabotage
In haar werk binnen het verzet koos Schaft ervoor om direct betrokken te zijn bij sabotage en gewapende acties, in plaats van ondersteunende taken zoals koerierswerk. Ze leerde vloeiend Duits spreken en infiltreerde in Duitse kringen, wat haar hielp bij het uitvoeren van aanvallen op Duitse soldaten, Nederlandse nazi’s, en verraders. Hannie’s moedige acties omvatten het saboteren van communicatielijnen en het uitvoeren van gerichte moorden op strategische doelen.
Echter, niet alle opdrachten accepteerde ze. Toen ze werd gevraagd om de kinderen van een Nazi-functionaris te ontvoeren, weigerde ze. Ze vond dat het doden van kinderen, mocht het plan mislukken, te veel leek op de terreurdaden van de nazi’s.
De jacht op “het meisje met het rode haar”
Hannie Schaft’s identiteit als “het meisje met het rode haar” werd een symbool binnen zowel het verzet als onder de nazi’s. Deze bijnaam ontstond na haar betrokkenheid bij een aantal publieke aanslagen, waardoor ze op de lijst van de meest gezochte personen van de nazi’s kwam te staan.
Op 21 juni 1944 voerden Schaft en haar medeverzetsstrijder Jan Bonekamp een aanslag uit op Willem Ragut, een Nederlandse politieagent en collaborateur. Tijdens deze actie werd Bonekamp dodelijk verwond en gaf hij onbewust Schaft’s naam en adres prijs aan Nazi-verpleegsters, die zich voordeden als verzetsstrijders. Als reactie arresteerden de nazi’s Schaft’s ouders en stuurden hen naar concentratiekamp Herzogenbusch, wat haar tijdelijk dwong te stoppen met haar verzetswerk.
Vermomming en terugkeer
Na de vrijlating van haar ouders en een periode van rouw, hervatte Hannie Schaft haar verzetsactiviteiten. Ze verfde haar kenmerkende rode haar zwart en droeg een bril om haar identiteit te verbergen. Wederom nam ze deel aan sabotageacties, koerierswerk, en de verspreiding van illegale kranten. Samen met haar medeverzetsstrijders, waaronder Truus Oversteegen, bleef ze vastberaden in haar strijd tegen de nazi’s.
Kritieke missies en aanhouding
Hannie Schaft bleef actief in het verzet ondanks de voortdurende dreiging van ontdekking. Op 1 maart 1945 executeerde ze samen met Truus Oversteegen de NSB-politieagent Willem Zirkzee in Haarlem. Deze actie was een van de vele risicovolle missies die ze ondernam om de Duitse bezetters en hun Nederlandse handlangers te verzwakken.
Niet alle missies verliepen echter volgens plan. Op 15 maart 1945 raakten Hannie en Truus betrokken bij een mislukte aanslag op Ko Langendijk, een kapper uit IJmuiden die voor de Sicherheitsdienst (SD) werkte. Hoewel Langendijk de aanslag overleefde, speelde hij later een cruciale rol in de naoorlogse rechtspraak door te getuigen tegen een collega-verrader.
Schaft’s onverminderde inzet voor het verzet leidde uiteindelijk tot haar arrestatie op 21 maart 1945. Ze werd aangehouden bij een militaire controlepost in Haarlem terwijl ze illegale kranten en geheime documenten vervoerde. Deze kranten, waaronder de communistische uitgave “De Waarheid,” dienden als dekmantel voor haar verzetswerk. Tijdens haar verhoor en gevangenschap werd ze verraden door Anna Wijnhoff, een voormalige collega die haar identificeerde aan de hand van de rood gekleurde haarwortels, ondanks Schaft’s pogingen om haar uiterlijk te veranderen.
Het laatste oordeel en executie
Na haar arrestatie werd Hannie Schaft overgebracht naar een gevangenis in Amsterdam. Hier werd ze onderworpen aan intensieve ondervragingen, marteling en isolatie. De Nazi-autoriteiten, die haar als een belangrijke bedreiging zagen, besloten haar te executeren. Op 17 april 1945, slechts enkele weken voor de bevrijding van Nederland, werd ze naar de duinen van Overveen gebracht. Daar voerden Mattheus Schmitz en Maarten Kuiper, beiden betrokken bij de Nazi-bezetting, de executie uit. Volgens overlevering waren Schaft’s laatste woorden “Ik schiet beter” een verwijzing naar de mislukte poging van Schmitz om haar in één keer te doden, waarna Kuiper het fatale schot loste.
Naoorlogse herinnering en erfenis
Na de oorlog werd Hannie Schaft herbegraven tijdens een staatsbegrafenis op de Erebegraafplaats Bloemendaal. De ceremonie werd bijgewoond door leden van de Nederlandse regering en het Koninklijk Huis, waaronder koningin Wilhelmina. Schaft werd postuum een symbool van het Nederlandse verzet, en haar moedige acties werden officieel erkend met de toekenning van het Verzetskruis.
De herinnering aan Hannie Schaft bleef levend, ondanks de politieke controverse die ontstond door de associatie van haar naam met de Communistische Partij. Dit leidde tot een tijdelijke afname van publieke erkenning, maar haar heldendaden werden later weer volop herdacht, onder andere door de oprichting van de Nationale Hannie Schaft Stichting. Deze stichting, samen met de jaarlijkse herdenkingen en de talrijke scholen en straten die naar haar vernoemd zijn, draagt bij aan het voortbestaan van haar nalatenschap.
Postume eerbetoon en culturele impact
Hannie Schaft’s heldhaftige daden en haar tragische einde hebben een blijvende indruk achtergelaten in zowel de Nederlandse als internationale geschiedenis. Na de oorlog werden haar bijdragen aan het verzet breed erkend, en ze werd een icoon voor de strijd tegen onderdrukking en onrecht.
Eretitel en monumenten
In 1945 werd Hannie Schaft postuum onderscheiden met het Verzetskruis, een van de hoogste onderscheidingen voor verzetsstrijders in Nederland. Dit eerbetoon onderstreepte de erkenning van haar moed en offers. Op 27 november 1945 werd Schaft opnieuw begraven in een plechtige staatsbegrafenis op de Erebegraafplaats Bloemendaal. Koningin Wilhelmina noemde haar “het symbool van het Verzet”, en haar graf blijft een belangrijk herdenkingspunt voor velen.
Naast de Erebegraafplaats zijn er meerdere monumenten en gedenktekens opgericht ter ere van Hannie Schaft. In Haarlem, haar geboorteplaats, onthulde koningin Juliana een bronzen standbeeld in het Kenaupark. Dit standbeeld herdenkt niet alleen Schaft, maar ook de vele anderen die hun leven hebben gegeven voor vrijheid.
Controverses en vergeten erfenis
Na de oorlog werd Hannie Schaft’s naam sterk geassocieerd met de Communistische Partij van Nederland, wat leidde tot enige controverse. In de jaren vijftig verbood de Nederlandse regering aanvankelijk de jaarlijkse herdenkingen bij haar graf, uit angst voor politieke instrumentalisatie door communistische groeperingen. Dit verbod leidde tot massale protesten en uiteindelijk tot de verplaatsing van de herdenking naar Haarlem, waar het sindsdien jaarlijks wordt gehouden.
In de jaren negentig leidde de oprichting van de Hannie Schaft Memorial Foundation tot een hernieuwde erkenning van haar bijdragen. Deze stichting heeft geholpen om haar verhaal en haar plaats in de geschiedenis te herstellen, weg van politieke lading en als een bredere symbool van verzet tegen tirannie.
Literatuur en media
Hannie Schaft’s leven en daden zijn ook vereeuwigd in boeken en films. De roman “De Aanslag” (1982) door Harry Mulisch, die later werd verfilmd, verwees naar haar leven en werk. De biografie “Het meisje met het rode haar” door Theun de Vries inspireerde een gelijknamige film in 1981, geregisseerd door Ben Verbong, waarin Renée Soutendijk de rol van Schaft vertolkte.
Hannie Schaft blijft een bron van inspiratie, niet alleen door haar heldendaden, maar ook door haar morele standpunten en menselijke empathie. Dit aspect van haar leven wordt benadrukt in moderne vertellingen en herdenkingen, zoals in de historische roman “To Die Beautiful” door Buzzy Jackson uit 2023.
Conclusie
De nalatenschap van Hannie Schaft reikt verder dan haar daden tijdens de oorlog. Ze symboliseert de strijd tegen onderdrukking en de moed om op te staan voor gerechtigheid, zelfs onder de moeilijkste omstandigheden. Haar verhaal wordt levend gehouden door herdenkingen, monumenten, en in de cultuur, als een blijvende herinnering aan de kracht van individueel verzet.
Herdenking en educatie
De jaarlijkse herdenking van Hannie Schaft op de laatste zondag van november is een belangrijke gelegenheid voor reflectie en onderwijs. Deze ceremonie, georganiseerd door de Nationale Hannie Schaft Stichting, biedt een kans om stil te staan bij de offers die zijn gebracht voor vrijheid en democratie. Het benadrukt ook het belang van het bewaren van historische herinneringen en het doorgeven van deze verhalen aan toekomstige generaties.
Scholen en straten die naar Hannie Schaft zijn vernoemd, evenals het blijvende werk van de stichting, dragen bij aan het levend houden van haar nalatenschap. Educatieve programma’s en evenementen helpen jongeren bewust te maken van de geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog en de rol van het verzet, en stimuleren hen om kritisch na te denken over kwesties van rechtvaardigheid en ethiek in hun eigen tijd.
Bronnen en meer informatie
- “Het meisje met het rode haar” – Theun de Vries, biografie over Hannie Schaft.
- “De Aanslag” – Harry Mulisch, roman geïnspireerd door Schaft’s leven.
- To Die Beautiful – Buzzy Jackson, historische roman gebaseerd op het leven van Hannie Schaft.
- Nationale Hannie Schaft Stichting – Officiële website en bron van informatie over herdenkingen en educatieve projecten.
- Erebegraafplaats Bloemendaal – Historische locatie en monument voor Hannie Schaft en andere verzetsstrijders.
- Bronnen Mei1940
- Afbeelding: : UnknownUnknown (NIOD, Nationaal Archief and others all state “unknown photographer”), Public domain, via Wikimedia Commons