Het slagschip Conte di Cavour was het naamgevende schip van de Conte di Cavour-klasse, die voor de Italiaanse marine (Regia Marina) werd gebouwd in het begin van de 20e eeuw.
Inhouds opgave
Ontwerp en bouw
Ontwikkeling van de klasse
De Conte di Cavour-klasse werd ontwikkeld om de Franse Courbet-klasse tegen te gaan, wat leidde tot een ontwerp met zwaardere bepantsering en relatief lagere snelheid in vergelijking met eerdere Italiaanse slagschepen, zoals de Dante Alighieri. De schepen van deze klasse hadden een totale lengte van 176 meter en een breedte van 28 meter. Bij normale belading bedroeg hun waterverplaatsing 23.088 lange tonnen, terwijl dit bij volle belading toenam tot 25.086 lange tonnen.
Technische specificaties (oorspronkelijke configuratie)
De Conte di Cavour was uitgerust met drie sets Parsons-stoomturbines die samen 31.000 shp (23.000 kW) genereerden, aangedreven door 20 waterpijpketels. Dit gaf het schip een maximumsnelheid van 22,2 knopen (41,1 km/h). De actieradius bedroeg 4.800 zeemijlen bij een snelheid van 10 knopen.
Bewapening en bepantsering
Het hoofdgeschut bestond uit dertien 305 mm kanonnen, verdeeld over vijf geschuttorens. De secundaire bewapening bestond uit achttien 120 mm kanonnen, terwijl veertien 76,2 mm kanonnen werden gebruikt voor de verdediging tegen torpedoboten. Het schip was ook uitgerust met drie 450 mm torpedobuizen. De bepantsering varieerde van een maximale dikte van 250 mm langs de waterlijn tot 280 mm aan de voorkant van de geschuttorens.
Modernisering in de jaren 30
Grondige herbouw
Tussen 1933 en 1937 onderging de Conte di Cavour een uitgebreide reconstructie in de scheepswerf van Cantieri Riuniti dell’Adriatico in Triëst. Het doel van deze modernisering was om het schip beter te laten presteren in vergelijking met moderne slagschepen. De aanpassingen omvatten onder andere de verlenging van de romp met 10,31 meter, waardoor de totale lengte toenam tot 186,4 meter. Ook werden de ketels vervangen door acht Yarrow-ketels, wat leidde tot een vermogen van 75.000 shp en een topsnelheid van 27 knopen.
Bewapening na de herbouw
De hoofdbewapening werd aangepast; de kanonnen werden vergroot tot 320 mm, en het middelste kanon van de drie werd verwijderd. De secundaire bewapening werd vervangen door zes tweelingtorens met 120 mm kanonnen en nieuwe luchtafweergeschutten van 100 mm en 37 mm. Verder werden extra 20 mm luchtafweergeschutten toegevoegd om het schip beter te beschermen tegen luchtaanvallen.
Versterking van bepantsering en onderwaterbeveiliging
Het dekpantser werd verhoogd tot een dikte van 135 mm boven de machinekamers en 166 mm boven de munitieopslag. Dit was echter verdeeld over meerdere lagen, wat de effectiviteit verminderde. Het schip werd ook uitgerust met het Pugliese-torpedoverdedigingssysteem, hoewel dit niet altijd effectief bleek tegen de krachtigere torpedo’s van die tijd.
Operationele geschiedenis
Eerste Wereldoorlog
Tijdens de Eerste Wereldoorlog diende de Conte di Cavour voornamelijk als vlaggenschip in de zuidelijke Adriatische Zee, maar werd nauwelijks ingezet. De Italiaanse marinechef, admiraal Paolo Thaon di Revel, vreesde de dreiging van Oostenrijks-Hongaarse onderzeeërs en mijnen, waardoor hij het risico van actieve inzet van zijn slagschepen minimaliseerde.
Interbellum en Corfu-incident
Na de oorlog bleef de Conte di Cavour grotendeels inactief, met uitzondering van operaties zoals de Italiaanse bezetting van Corfu in 1923. Het schip ondersteunde deze missie door de stad Corfu te beschieten, waarbij twintig burgers omkwamen en 32 anderen gewond raakten. Gedurende de rest van de jaren 20 en het begin van de jaren 30 verbleef het schip grotendeels in reserve.
Tweede Wereldoorlog
Aan het begin van de Tweede Wereldoorlog nam de Conte di Cavour deel aan de Slag bij Calabrië in juli 1940. Dit gevecht, ook bekend als de Slag bij Punta Stilo, zag een confrontatie tussen Italiaanse en Britse marinestrijdkrachten. Hoewel haar zusterschip, de Giulio Cesare, licht werd beschadigd, bleef de Conte di Cavour ongeschonden.
Aanval op Tarente
Op 11 november 1940 werd de Conte di Cavour ernstig beschadigd tijdens een Britse luchtaanval op de haven van Tarente. Britse torpedobommenwerpers van het vliegdekschip HMS Illustrious vielen de Italiaanse vloot aan en troffen de Conte di Cavour onder de ‘B’-toren. Dit leidde tot ernstige overstromingen, en het schip werd uiteindelijk opzettelijk aan de grond gezet om te voorkomen dat het zou zinken. De meeste van haar romp kwam onder water te liggen, en de reparaties werden vertraagd en uiteindelijk niet voltooid voor de Italiaanse wapenstilstand in september 1943.
Nasleep en sloop
Na de Italiaanse overgave werd het schip door Duitse troepen overgenomen, maar zij ondernamen geen poging om de reparaties te voltooien. In februari 1945 werd de Conte di Cavour beschadigd tijdens een geallieerde luchtaanval en kapseisde een week later. Het wrak werd na de oorlog geborgen en in 1946 gesloopt.
Conclusie
De Conte di Cavour speelde een centrale rol in de Italiaanse maritieme geschiedenis, van haar vroege dienst in de Eerste Wereldoorlog tot haar laatste dagen in de Tweede Wereldoorlog. Hoewel haar operationele inzet beperkt was, illustreert haar geschiedenis de evolutie van slagschepen in de eerste helft van de 20e eeuw, evenals de uitdagingen waarmee de Regia Marina werd geconfronteerd tijdens de conflictperiodes.
Bronnen en meer informatie
- Afbeelding: Luigi Rollino, CC BY 2.5 IT, via Wikimedia Commons
- Bagnasco, Ermino & de Toro, Augusto (2021). Italian Battleships: Conti di Cavour and Duilio Classes 1911–1956. Barnsley, UK: Seaforth Publishing. ISBN 978-1-5267-9987-6.
- Fraccaroli, Aldo (1985). “Italy”. In Gray, Randal (ed.). Conway’s All the World’s Fighting Ships 1906–1921. Annapolis: Naval Institute Press. ISBN 978-0-87021-907-8.
- Bronnen Mei1940
- Halpern, Paul G. (1995). A Naval History of World War I. Annapolis, Maryland: Naval Institute Press. ISBN 1-55750-352-4.
- O’Hara, Vincent P. (2008). “The Action off Calabria and the Myth of Moral Ascendancy”. In Jordan, John (ed.). Warship 2008. London: Conway. ISBN 978-1-84486-062-3.