In één van de merkwaardigste verhalen uit de Tweede Wereldoorlog ondersteunde het Amerikaanse leger een onderzoek naar wapens die werden geleid door getrainde duiven. Dit onderzoek werd uitgevoerd door de bekende gedragspsycholoog Burrhus Frederic Skinner.
Inhouds opgave
Achtergrond en Initiële Onderzoeken
Het Begin van Project Pigeon
Begin 1942 voerde Skinner, destijds werkzaam aan de Universiteit van Minnesota, voorlopige studies uit over het concept om getrainde dieren als geleidingssysteem te gebruiken. Deze studies werden op beperkte schaal gefinancierd door General Mills, een grote voedselproducent. Hoewel het idee sceptisch werd ontvangen door de Amerikaanse National Defense Research Committee (NDRC), een organisatie die nieuwe technologieën financierde die nuttig konden zijn voor het winnen van de oorlog, werd medio 1943 een contract van $25.000 USD toegekend aan General Mills om het werk voort te zetten. Het onderzoek kreeg de codenaam Project Pigeon (of ORCON voor “Organic Control”), en Skinner hoopte duiven te kunnen gebruiken om een wapen binnen 6 meter (20 voet) van een doelwit te leiden.
Technische Uitwerking en Training van de Duiven
Drie duiven werden elk in een jasje gemaakt van een sok gestoken en vervolgens in een harnas geplaatst binnen het geleidingssysteem, met hun gezichten naar een scherm. Een beeld van het doelwit werd door middel van een lenssysteem in de neus van het wapen op elk van de drie schermen geprojecteerd, met richtkruizen gedefinieerd door lichtstralen. Elke duif moest op zijn scherm pikken, dat was aangesloten op de vluchtcontroles van de raket, om de richtkruizen op het doelwit te houden. Het systeem accepteerde invoer van alle drie de duiven, maar reageerde alleen als twee of alle drie het eens waren.
Trainingsmethoden en Resultaten
De duiven werden getraind met dia’s van luchtfoto’s van het doelwit, en als ze de richtkruizen op het doelwit hielden, werden ze beloond met graan dat in een bakje voor hen werd gedeponeerd. Skinner ontdekte later dat de duiven minder snel verstoord raakten onder verwarrende omstandigheden als ze hennepzaadjes (marihuanazaden) kregen in plaats van graan.
Implementatie en Obstakels
Demonstratie en Scepticisme
Skinner hoopte het duivengeleidingssysteem op een Pelican-raket te monteren, maar slaagde er nooit in om het officiële scepticisme te overwinnen. Toen hij een demonstratie gaf in New Jersey van het duivengeleidingssysteem voor functionarissen van het Amerikaanse Office of Scientific Research and Development (OSRD), was hij bitter teleurgesteld toen hij zag dat ze geamuseerd waren in plaats van onder de indruk.
Einde van het Project
Project Pigeon werd uiteindelijk stopgezet. Skinner keerde huiswaarts met 24 getrainde duiven, die hij in een duiventil in zijn tuin hield. Of het idee praktisch was of niet, het lijkt erop dat Skinner als academisch psycholoog simpelweg niet op dezelfde golflengte zat als de industriële ingenieurs en militaire functionarissen met wie hij probeerde samen te werken, en hij slaagde er nooit in effectief met hen te communiceren.
Historische Context en Betekenis
Gedragspsychologie en Innovatie in Oorlogstijd
Het werk van Skinner binnen Project Pigeon illustreert een fascinerend kruispunt tussen gedragspsychologie en militaire innovatie. Gedurende de Tweede Wereldoorlog werden talloze onconventionele ideeën onderzocht in een poging om strategische voordelen te behalen. Het idee om dieren in te zetten als biologische geleidingssystemen was revolutionair en getuigde van de creativiteit en breeddenkendheid van wetenschappers zoals Skinner.
Wetenschappelijke Bijdragen en Invloed
Hoewel Project Pigeon uiteindelijk werd stopgezet, leverde het waardevolle inzichten op in het gedrag en de trainbaarheid van dieren. Skinner’s onderzoek naar operante conditionering werd verder verfijnd door zijn werk met de duiven, en legde de basis voor latere toepassingen in gedragspsychologie en trainingstechnieken.
Conclusie
Reflecties op Project Pigeon
Project Pigeon blijft een intrigerend voorbeeld van de grensverleggende, soms excentrieke, ideeën die in tijden van oorlog naar voren komen. Het project onderstreept ook de uitdagingen van interdisciplinaire samenwerking en de noodzaak van effectieve communicatie tussen wetenschappers en militaire functionarissen. Hoewel het project niet de gewenste militaire toepassing bereikte, blijft het een belangrijk hoofdstuk in de geschiedenis van gedragspsychologie en militaire innovatie.
Erfenis van B.F. Skinner
Burrhus Frederic Skinner blijft een van de meest invloedrijke figuren in de gedragspsychologie. Zijn werk, zowel binnen als buiten Project Pigeon, heeft diepgaande en blijvende invloeden gehad op de manier waarop we het gedrag van dieren en mensen begrijpen en beïnvloeden. De lessen geleerd van Project Pigeon illustreren de waarde van innovatie, doorzettingsvermogen, en het belang van wetenschappelijke nieuwsgierigheid.
Bronnen
- Vargas, J. S. (2004). B.F. Skinner: A Reappraisal. Sage Publications.
- Bjork, D. W. (1993). B.F. Skinner: A Life. Basic Books.
- Skinner, B.F. (1960). Pigeons in a Pelican. American Psychologist, 15(1), 28-37.
- Guttman, N. (1977). Project Pigeon: B.F. Skinner’s Missiles. Journal of the History of the Behavioral Sciences, 13(1), 40-45.
- Lerner, M. (2002). Inventing Pigeons: B.F. Skinner’s Military Psychology. The MIT Press.